Harry’s spullen waren ingepakt en Hedwig zat weer in haar kooi, die boven op zijn hutkoffer stond. Harry, Ron en Hermelien wachtten samen met de overige vierdejaars in de overvolle hal op de koetsen die hen naar het station van Zweinsveld zouden brengen. Het was opnieuw een prachtige zomerdag. Waarschijnlijk zou het in de Ligusterlaan warm en groen zijn en zouden de keurige borders een zee van kleur zijn als hij vanavond arriveerde, dacht Harry. Dat vooruitzicht was absoluut niet aanlokkelijk.
‘ ’Arry!’
Hij keek om. Fleur Delacour liep haastig het bordes op. Achter haar, bijna aan de andere kant van het terrein, zag hij dat Hagrid madame Mallemour hielp om twee van haar reusachtige paarden in te spannen. De koets van Beauxbatons stond op het punt om op te stijgen.
‘lek ‘oop dat we elkaar nog eens zullen zien,’ zei Fleur, die haar hand uitstak. ‘lek ‘oop ‘ier een baantje te krijgen, om mijn Engels te verbeteren.’
‘Dat is al hartstikke goed,’ zei Ron gesmoord. Fleur glimlachte tegen hem, maar Hermelien keek boos.
‘Tot ziens, ‘Arry,’ zei Fleur, die zich omdraaide. “Et was leuk om je te leren kennen!’
Onwillekeurig voelde Harry zich ietsje vrolijker toen hij keek hoe Fleur haastig terugliep naar madame Mallemour en haar zilverachtige haar golfde in het zonlicht.
‘Hoe zouden die lui van Klammfels terug willen gaan?’ zei Ron.
‘Denk je dat ze dat schip kunnen navigeren zonder Karkarov?’
‘Karkarov navigeerde niet,’ zei een bruuske stem. ‘Chij bleef in zijn chut en liet ons al het verk doen.’ Kruml kwam afscheid nemen van Hermelien. ‘Kan ik je even spreken?’ vroeg hij.
‘O… ja… goed,’ zei Hermelien, die een beetje bloosde. Ze volgde Kruml door de menigte en verdween uit het zicht.
‘Ik zou me maar haasten, als ik jou was!’ riep Ron haar na. ‘De koetsen kunnen elk moment hier zijn!’
Maar hij liet Harry uitkijken naar de koetsen en staarde zelf reikhalzend over de menigte, in een poging te zien wat Kruml en Hermelien uitvoerden. Ze kwamen al gauw weer terug. Ron keek Hermelien aan, maar haar gezicht verried niets.
‘Ik mocht Kannewasser,1 zei Kruml abrupt tegen Harry. ‘Chij vas altijd beleefd tegen me. Altijd. Ook al vas ik van Klammfels — met Karkarov,’ voegde hij er met een boze frons aan toe.
‘Hebben jullie al een nieuw schoolhoofd?’ vroeg Harry.
Kruml haalde zijn schouders op. Hij stak zijn hand uit, net als Fleur en schudde eerst de hand van Harry en toen die van Ron.
Ron werd zo te zien gekweld door een pijnlijke inwendige tweestrijd. Toen Kruml zich al had omgedraaid en wegliep, flapte Ron er plotseling uit: ‘Mag ik je handtekening?’
Hermelien keek glimlachend naar de koetsen zonder paarden die kwamen aanratelen over de oprit terwijl Kruml, verbaasd maar gevleid, een stuk perkament tekende voor Ron.
Het weer verschilde tijdens hun terugreis naar Londen totaal van het weer tijdens de heenreis, vorig jaar september. De hemel was blauw en wolkeloos. Harry, Ron en Hermelien hadden een coupe voor zich alleen. Ron had zijn galagewaad weer over de kooi van Koekeroekus gegooid, zodat hij niet aan een stuk door zou zitten krassen; Hedwig zat te soezen, met haar kop onder haar vleugel en Knikkebeen lag opgerold op een lege plaats, als een groot, harig rood kussen. Harry, Ron en Hermelien praatten uitvoeriger en ongedwongener met elkaar dan in weken, terwijl de trein naar het zuiden raasde. Harry had het gevoel alsof de toespraak van Perkamentus tijdens het Afscheidsfeest een soort blokkade bij hem had weggenomen. Het was minder pijnlijk om te praten over wat er gebeurd was. Ze kapten hun discussie over wat voor maatregelen Perkamentus misschien zou nemen om Voldemort tegen te houden pas af toen het etenskarretje arriveerde.
Toen Hermelien terugkwam van het karretje en haar geld weer in haar schooltas deed, viel er per ongeluk een exemplaar van de Ochtendprofeet uit.
Harry keek naar de krant, maar betwijfelde of hij wel wilde weten wat erin stond. Hermelien, die zijn blik zag, zei kalm: ‘Er staat niks in. Je mag zelf kijken, maar er staat echt niks in. Ik heb het elke dag gecontroleerd. Alleen een heel klein stukje op de dag na de derde opdracht, dat jij het Toernooi had gewonnen. Geen woord over Carlo. Niks over wat er verder allemaal is gebeurd. Volgens mij dwingt Droebel ze om dat stil te houden.’
‘Rita Pulpers houdt hij nooit stil,’ zei Harry. ‘Niet als het om zo’n verhaal gaat.’
‘O, Rita heeft sinds de derde opdracht geen regel meer geschreven,’ zei Hermelien, op merkwaardig geforceerde toon. ‘Eerlijk gezegd,’ voegde ze eraan toe, en haar stem trilde een beetje, ‘denk ik dat Rita Pulpers voorlopig helemaal niets meer zal schrijven, tenzij ze wil dat ik een boekje opendoe over haar.’
‘Waar heb je het over?’ zei Ron.
‘Ik ben erachter gekomen hoe ze privégesprekken kon afluisteren terwijl ze helemaal niet op het schoolterrein mocht komen,’ flapte Hermelien eruit.
Harry had de indruk dat Hermelien al dagenlang gepopeld had om dat te vertellen, maar dat ze zich had ingehouden omdat er zoveel andere en ergere dingen gebeurd waren.
‘Hoe deed ze dat dan?’ vroeg Harry meteen.
‘En hoe ben je daar achter gekomen?’ zei Ron, die haar aanstaarde.
‘Nou, eerlijk gezegd heb jij me op het idee gebracht,’ zei ze.
‘O ja?’ zei Ron perplex. ‘Hoe dan?’
‘Met dat gepraat over die monitor,’ zei Hermelien vrolijk.
‘Maar je zei dat die dingen niet werkten —’
‘O, ik heb het niet over elektronische monitors,’ zei Hermelien. ‘Nee, zie je… Rita Pulpers’ — Hermeliens stem trilde van triomf — ‘is een niet-geregistreerde Faunaat. Ze kan zich veranderen —’
Hermelien haalde een klein, verzegeld glazen potje uit haar tas.
‘- in een tor.’
‘Dat is een geintje, hè?’ zei Ron. ‘Je hebt toch niet… ze is toch niet…’
‘Ja,’ zei Hermelien blij en ze liet hun de pot zien.
Die bevatte een paar takjes en blaadjes en een grote, dikke tor.
‘Je bedoelt toch niet — dat kan niet waar zijn —’ fluisterde Ron, die de pot op ooghoogte hield.
‘Jawel,’ zei Hermelien met een brede grijns. ‘Ik heb haar gevangen op het raamkozijn van de ziekenvleugel. Als je goed kijkt, zul je zien dat die kleurige vlekjes rond haar voelsprieten precies dezelfde vorm hebben als die afschuwelijke bril die ze altijd draagt.’
Harry keek ook en zag dat Hermelien gelijk had. Plotseling schoot hem iets te binnen. ‘Er zat een tor op dat standbeeld, op de avond dat Hagrid madame Mallemour vertelde over z’n moeder!’
‘Ja, precies’ zei Hermelien. ‘En Viktor zei vlak na ons gesprek aan het meer dat ik een tor in m’n haar had. En ik moet we wel heel erg vergissen of Rita zat ook op het raamkozijn van professor Zwamdrifts lokaal toen je litteken pijn deed. Zo heeft ze het hele jaar rondgezoemd, op zoek naar sappige verhalen.’
‘Toen we Malfidus onder die boom zagen…’ zei Ron langzaam.
‘Had hij haar in z’n hand en praatte hij met haar,’ zei Hermelien. ‘Hij wist het natuurlijk. Zo kwam ze aan al die leuke interviewtjes met die Zwadderaars. Het kon hen niks schelen of ze iets illegaals deed, zolang ze haar maar vreselijke verhalen konden vertellen over ons en Hagrid.’
Hermelien nam de pot weer over en glimlachte tegen de tor, die nijdig tegen het glas zoemde.
‘Ik heb gezegd dat ik haar vrij zal laten als we weer thuis zijn,’ zei Hermelien. ‘Ik heb een Onbreekbaarheidsbezwering uitgesproken over de pot, zodat ze zich niet in haar normale gedaante kan veranderen. En ik heb gezegd dat ze haar veer een jaar lang moet laten rusten. Kijken of ze kan afkicken van haar verslaving om vreselijke leugens te schrijven over mensen.’
Met een serene glimlach stopte Hermelien de tor weer in haar schooltas.
Читать дальше
Конец ознакомительного отрывка
Купить книгу