Connie Willis - Zwarte winter

Здесь есть возможность читать онлайн «Connie Willis - Zwarte winter» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Amsterdam, Год выпуска: 1992, ISBN: 1992, Издательство: Sijthoff, Жанр: Фантастика и фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

Zwarte winter: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Zwarte winter»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Een Engelse studente in de middeleeuwse geschiedenis maakt in 2054 een tijdreis naar het Engeland van 1320. Ze heeft zich terdege voorbereid, maar als ze eenmaal in het 14e eeuwse Oxfordshire is gearriveerd, blijken diverse zaken niet te kloppen. Ze vermoedt dat haar tijdscoordinaten fout zijn en dat ze, gezien het uitbreken van de pest, in 1348 is terechtgekomen. Een bevriende professor maakt zich grote zorgen en weet haar ten slotte weer naar de 21e eeuw terug te halen. Een boeiende roman — een mix van sciencefiction en historie — levendig geschreven, vol kleurrijke figuren. Goede tekening van de historische achtergrond. Een meeslepend verhaal dat men ademloos uitleest. Vrij kleine druk.

Zwarte winter — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Zwarte winter», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Of doodging van de kou, dacht Kivrin. Ze merkte dat ze begon te verstijven, ook al lag ze hier nog maar net. De pijn in haar zij werd steeds erger, alsof er iets door haar huid was gedrongen en nu in haar long stak. Gilchrist had gezegd dat ze een paar minuten moest blijven liggen en dan moeizaam overeind moest komen, alsof ze een tijdje bewusteloos was geweest. Kivrin vond een paar minuten erg weinig, want volgens de verwachting zouden er niet veel reizigers op de weg zijn. Het kon veel langer duren voordat er iemand kwam en ze dacht dat het beter zou zijn als ze zich bewusteloos hield.

Dat was immers een voordeel, ook al beweerde meneer Dunworthy dat half Engeland een bewusteloze vrouw zou verkrachten, terwijl de andere helft vast een brandstapel ging oprichten. Ze wilde niet dat behulpzame reizigers haar meteen vragen zouden gaan stellen. Eerst wilde ze horen wat ze over haar en over andere dingen zeiden, over waar ze haar heen moesten brengen, wie ze was en waar ze vandaan kwam. Allemaal zaken waar Kivrin veel meer van kon leren dan van de simpele vraag wie ze was.

Maar nu had ze heel sterk de neiging om de raad van Gilchrist op te volgen, namelijk om op te staan en om zich heen te kijken. De grond was koud, ze had pijn in haar zij en haar hoofd begon te bonzen op het ritme van de kerkklok. Dokter Ahrens had het al voorspeld. Zo’n verre reis zou haar de symptomen van een jet lag opleveren: hoofdpijn, slapeloosheid en een algehele ritmeverstoring. Ze kreeg het ijskoud. Was dat ook een van de symptomen, of was de kou van de grond al zo snel door haar gevoerde mantel heen gedrongen? Of was er toch een grotere verschuiving opgetreden en was het misschien midden in de nacht?

Ze vroeg zich af of ze echt op de weg lag. In dat geval mocht ze hier niet blijven. In het donker zou ze overreden kunnen worden door een snelle ruiter of door een van de karren die het spoor hadden uitgesleten.

Kerkklokken hoor je midden in de nacht niet, bedacht ze, en bovendien kon ze door haar gesloten oogleden ook wel zien dat het niet donker was. Maar als er inderdaad voor de vesper werd geluid, kon ze maar beter opstaan en om zich heen kijken voor de avond viel.

Ze luisterde eerst nog eens naar de vogels en naar de wind in de bomen. Ze hoorde ook een aanhoudend schrapend geluid. De kerkklok zweeg. Terwijl de echo verstierf hoorde ze, heel dichtbij, een zwak geluid, alsof iemand ademhaalde of zachtjes zijn voet verzette.

Kivrin verstijfde en hoopte dat de mantel haar onwillekeurige beweging had verborgen. Ze wachtte af, maar er waren geen voetstappen of stemmen te horen. En geen vogels meer. Iets of iemand was vlak bij haar, daar was ze zeker van. Ze voelde de adem over haar gezicht gaan. Een eeuwigheid leek voorbij te gaan zonder dat er iets gebeurde, tot Kivrin besefte dat ze haar eigen adem had ingehouden. Ze liet hem langzaam ontsnappen en luisterde, maar ze hoorde alleen het bonzen van haar hart. Ze zuchtte diep en kreunde.

Niets. Ze voelde nog steeds die roerloze en doodstille aanwezigheid. Meneer Dunworthy had gelijk gehad: het was niet verstandig buiten westen naar een wereld te gaan waar wolven nog vrij in de bossen leefden. En beren. Plotseling begonnen de vogels weer te zingen, wat betekende dat het geen wolf was of anders dat die was weggegaan. Kivrin luisterde weer en daarna deed ze haar ogen open.

Ze zag alleen haar eigen mouw, die over haar neus hing, maar het opslaan van haar ogen was al genoeg om de pijn in haar hoofd nog erger te maken. Ze deed haar ogen dicht, maakte een kreunend geluid en verlegde haar arm een stukje om straks wat meer te kunnen zien. Ze kreunde opnieuw en knipperde met haar ogen.

Er stond niemand bij haar en het was ook niet midden in de nacht. Tussen de verwarde boomtakken zag ze een wazige, grijsblauwe lucht. Ze ging rechtop zitten en keek rond.

Toen ze meneer Dunworthy de eerste keer had verteld dat ze naar de middeleeuwen wilde, had hij bijna meteen gezegd: ‘De middeleeuwen zijn smerig en vergeven van ziekten, ze zijn de beerput van de geschiedenis, dus zet alle sprookjesverhalen maar zo snel mogelijk uit je hoofd.’

En hij had gelijk. Natuurlijk had hij gelijk. Maar toch was ze nu in een sprookjesbos. Samen met de kar en al die andere dingen was ze op een kleine open plek beland, grotendeels in de schaduw van hoge en dikke bomen.

Ze lag onder een eik. Aan de kale takken boven haar hoofd zaten nog een paar gekartelde bladeren. Er zaten een heleboel nesten in de boom, maar de vogels hadden haar zien bewegen en hielden geschrokken hun snavel. De bodem was bedekt met een dikke laag dode bladeren en dor onkruid, die vreemd genoeg geen zachte ondergrond vormden. Kivrin zag dat ze op het harde kapje van een eikel had gelegen. Witte paddestoelen met rode vlekken stonden in groepjes rond de knobbelige wortels van de eik. Net als de boomstammen, de kar en het eiloof glinsterden ook de paddestoelen in de ijzige gloed van het net.

Het was duidelijk dat hier nooit iemand was geweest of zou komen, ook dat dit niet de weg tussen Oxford en Bath was waar gemiddeld elke 1,6 uur een reiziger voorbijkwam. De middeleeuwse kaarten die ze hadden gebruikt om de plaats te bepalen, waren blijkbaar inderdaad zo onnauwkeurig als meneer Dunworthy al had gezegd. De weg moest meer naar het noorden lopen en zij bevond zich ten zuiden ervan, in het bos van Wychwood.

‘Zorg dat je zo snel mogelijk te weten komt waar je precies bent en hoe laat het is,’ had Gilchrist gezegd. Ze vroeg zich af hoe ze dat moest klaarspelen, door het aan de vogeltjes te vragen misschien? De vogels bleven uit de buurt en ze kon geen soorten herkennen. De meeste soorten waren sinds de jaren zeventig van de twintigste eeuw pas verdwenen, maar tenzij er trekduiven of dodo’s bij zaten, zou hun aanwezigheid haar niets bijzonders leren.

Ze nam een zittende houding aan, waardoor de vogels wild met hun vleugels begonnen te klapperen. Ze wachtte tot het weer rustig was en ging op haar knieën liggen. Ook die beweging leidde tot angstig gefladder. Ze drukte haar handpalmen tegen elkaar en sloot haar ogen, zodat een toevallige passant de indruk zou krijgen dat ze aan het bidden was.

‘Ik ben er,’ zei ze en hield meteen haar mond. Als ze zei dat ze midden in het bos terecht was gekomen en niet op de weg tussen Oxford en Bath, zou meneer Dunworthy zich bevestigd voelen in zijn opvatting dat Gilchrist niet wist waar hij mee bezig was en dat zij niet voor zichzelf kon zorgen. Maar ze bedacht dat het niets uitmaakte, want hij zou haar verslag toch niet te horen krijgen voordat ze veilig en wel terug was.

Als ze tenminste veilig en wel terugkwam, wat zeker niet het geval zou zijn als ze hier tot het donker in het bos bleef. Ze ging staan en keek om zich heen. Ze kon hier niet zien of het laat in de middag of ’s ochtends vroeg was en misschien zou ze dat nog niet eens kunnen op een plaats waar ze de zon aan de hemel kon zien staan. Meneer Dunworthy had haar verteld dat sommige reizigers tijdens hun hele verblijf in het verleden gedesoriënteerd bleven. Hij had haar geleerd de richting te bepalen aan de hand van de schaduw, maar dan moest ze eerst weten hoe laat het was en bovendien had ze nu wel iets anders aan haar hoofd. Ze moest eerst uit het bos zien te komen, waar het bijna helemaal donker was.

Ze zag nergens een weg of zelfs maar een pad. Kivrin liep naar de andere kant van de kar en de kisten en zocht een opening tussen de bomen. Ze liep een eindje tussen de bomen door naar waar de begroeiing minder dicht leek te worden, telkens achterom kijkend om de verweerde blauwe overkapping van de kar niet uit het oog te verliezen. Ten slotte zag ze dat ze zich had laten misleiden door een groepje berken waarvan de witte stammen een illusie van ruimte schiepen. Ze ging terug naar de kar en liep de andere kant op, ook al leek het bos daar nog dichter te zijn.

De weg lag maar honderd meter verderop. Kivrin klauterde over een omgevallen boom en bereikte een paar treurwilgen, vanwaar ze over de weg uitkeek. Dit zou dan de hoofdweg moeten zijn, maar daar leek het helemaal niet op. Het leek niet eens op een gewone weg, het was eerder een bospad of een koeiespoor. Dit waren dus de prachtige verbindingsroutes van het veertiende-eeuwse Engeland, de hoofdwegen die de handel bevorderden en nieuwe horizonten openlegden.

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «Zwarte winter»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Zwarte winter» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Connie Willis - Winter's Tale
Connie Willis
Connie Willis - Black-out
Connie Willis
Connie Willis - Passage
Connie Willis
Connie Willis - Rumore
Connie Willis
Connie Willis - All Clear
Connie Willis
Connie Willis - Fire Watch
Connie Willis
Connie Willis - Remake
Connie Willis
Connie Willis - Doomsday Book
Connie Willis
Connie Willis - L'anno del contagio
Connie Willis
Отзывы о книге «Zwarte winter»

Обсуждение, отзывы о книге «Zwarte winter» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x