Jeff Lindsay - Dexters sinistere schepping

Здесь есть возможность читать онлайн «Jeff Lindsay - Dexters sinistere schepping» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Amsterdam, Год выпуска: 2011, ISBN: 2011, Издательство: Luitingh, Жанр: Триллер, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

Dexters sinistere schepping: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Dexters sinistere schepping»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Overdag werkt Dexter als bloedanalist. ’s Nachts geeft hij toe aan zijn onverzadigbare verlangen mensen te doden. Maar als seriemoordenaar met een moreel besef, vermoordt hij alleen de mensen die de dood verdienen.
Na zijn huwelijksreis is Dexter zo goed als menselijk. Het huwelijksleven schijnt hem goed te doen en zijn moorddadige hobby lijkt onder controle. Maar oude liefde roest niet. Als er in Miami een nieuwe seriemoordenaar opduikt, is Dexter’s buitengewone gevoel voor rechtvaardigheid terug van weggeweest.

Dexters sinistere schepping — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Dexters sinistere schepping», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Verderop in de haven dobberde op de deining een grote binnenband waarin een man ronddreef en iets vasthield wat op een Cubaanse jojo leek: een klos vislijn zonder haspel of staaf. En nog verder, net voor de horizon, stoomden drie grote schepen langs, of het vracht- of passagiersschepen waren kon ik niet zien. De vogels scheerden over de golven, de zon fonkelde op het water; alles bij elkaar was het een prachtig gezicht. Ik realiseerde me dat er bij het raam helemaal niets te eten was, dus pakte ik mijn kamersleutel van het nachtkastje en ging op weg naar de lobby.

Vanaf de receptie aan de voorkant vond ik aan de verste kant van de liften een heel grote en officiële eetkamer, waar zich in de hoek ernaast een donkere, met hout gelambriseerde bar bevond. Ze waren allebei heel mooi, maar niet echt wat ik zocht. De barman vertelde me in perfect Engels dat er in de kelder een snackbar was, de trap af, helemaal aan het einde van de lobby, en ik bedankte hem, ook in perfect Engels, en ging op weg naar de trap.

De snackbar was als een eerbetoon aan de filmwereld aangekleed, en even had ik het er maar moeilijk mee, tot ik het menu zag en zag dat daar meer op stond dan alleen popcorn. Ik bestelde een Cubaanse sandwich, uiteraard, en een Iron-biertje, en ging met een spoortje bitterheid aan een tafel zitten peinzen over licht, camera en actie. Weiss was ergens in de buurt, of zou dat in elk geval binnenkort zijn, en hij had beloofd een grote ster van Dexter te maken. Ik wilde geen ster worden. Ik dwaalde veel liever in de schimmige duisternis rond, waar ik in alle stilte een uitmuntende en smetteloze reputatie op mijn zelfverkozen terrein kon opbouwen. Dat zou algauw volslagen onmogelijk worden, tenzij ik Weiss een halt wist toe te roepen, en aangezien ik niet precies wist hoe ik dat voor elkaar moest krijgen, was dat een heel verontrustend vooruitzicht. Maar de sandwich was lekker.

Toen ik klaar was met eten, liep ik de trap weer op en in een opwelling de prachtige marmeren trap af naar de voorkant van het hotel, waar een rij taxi’s op wacht stond. Ik liep er doelloos omheen naar de lange boulevard, langs een reeks ouderwetse Chevy’s en Buicks, en zelfs een Hudson; ik moest de naam aan de voorkant opzoeken. Een paar heel gelukkig uitziende mensen leunden tegen de auto’s die allemaal dolgraag een ritje met me wilden maken, maar ik glimlachte me een weg langs hen en liep naar het hek in de verte. Daarachter bevond zich een wanordelijke verzameling van een soort golfkarretjes waar felgekleurde plastic schelpen op zaten. De bestuurders daarvan waren jonger en zagen er lang niet zo duur uit als degenen die bij de Hudson hadden gestaan, maar ze wilden net zo graag voorkomen dat ik mijn eigen benenwagen gebruikte. Niettemin wist ik me ook langs hen te werken.

Bij het hek bleef ik staan en keek om me heen. Voor me was een bochtige weg die langs een bar of nachtclub liep. Rechts van mij leidde een weg heuvelafwaarts naar de boulevard langs de zeewering en links, ook heuvelafwaarts, zag ik iets wat leek op een bioscoop op de hoek van een rij winkels. En terwijl ik over dat alles nadacht en een besluit probeerde te nemen over welke kant ik op moest, stopte er een taxi naast me. Het raampje werd omlaag gedraaid en Chutsky riep me dringend toe: ‘Stap in,’ zei hij. ‘Kom op, maatje. In de taxi. Schiet op.’ Ik had geen idee waarom dat zo belangrijk was, maar ik stapte in en de taxi bracht ons naar het hotel, maakte voor de voordeur een bocht naar rechts en reed een parkeerterrein op dat aan een vleugel van het gebouw grensde.

‘Je kunt niet aan de voorkant lopen ronddwalen,’ zei Chutsky. ‘Als die kerel je ziet, is het spelletje voorbij.’

‘O,’ zei ik en ik voelde me ietwat sullig. Hij had natuurlijk gelijk. Maar Dexter was zo helemaal niet gewend aan overdag stalken dat het niet in me was opgekomen.

‘Kom mee,’ zei hij en hij stapte uit de taxi met een nieuwe leren aktetas in zijn hand. Hij betaalde de chauffeur en ik liep achter hem aan door een zijdeur die langs een paar winkels regelrecht op de liften uitkwam. We gingen rechtstreeks naar onze kamer en zeiden pas weer iets toen we binnen waren. Chutsky gooide de aktetas op het bed, liet zich op een stoel vallen en zei: ‘Oké, we moeten wat tijd doodslaan en dat kunnen we het best op onze kamer doen.’ Hij wierp me een blik toe die voor een traag begrijpend kind bedoeld kon zijn en voegde eraan toe: ‘Zodat die vent niet weet dat we er zijn.’ Hij keek me even aan om te kijken of ik hem begreep en toen, kennelijk in de veronderstelling dat dat inderdaad zo was, haalde hij een beduimeld boekje en potlood tevoorschijn, opende dat en begon aan een sudoku .

‘Wat zit er in je aktetas?’ vroeg ik, vooral omdat ik een tikje geïrriteerd was.

Chutsky glimlachte, trok de tas met zijn stalen haak naar zich toe en maakte hem open. Hij zat vol souvenirs, goedkope percussie-instrumenten waarop op de meeste CUBA stond afgedrukt.

‘Waarom?’ vroeg ik aan hem.

Nog steeds glimlachend zei hij: ‘Je weet nooit waar ’t goed voor is,’ en hij wendde zich weer tot zijn ongetwijfeld fascinerende sudoku-puzzel. Aan mezelf overgeleverd, trok ik de andere stoel voor de tv, zette die aan en keek naar Cubaanse comedyshows.

We zaten daar vredig bij elkaar totdat het bijna schemerde. Toen keek Chutsky op de klok en zei: ‘Oké, maatje, we gaan.’

‘Waarheen?’ vroeg ik.

Hij knipoogde naar me. ‘Naar een vriend,’ zei hij en meer wilde hij niet zeggen. Hij pakte zijn nieuwe aktetas op en liep naar de deur. Het was weliswaar wat verwarrend dat er naar me werd geknipoogd, maar ik had niet echt een keus en liep gedwee achter hem aan de kamer uit, opnieuw via de zijdeur van het hotel naar buiten en naar een wachtende taxi.

In het wegstervende licht was het in de straten van Havana zelfs nog drukker. Ik draaide mijn raampje omlaag om naar de stad te kijken, die te horen en te ruiken, en werd beloond met een voortdurende veranderende maar nooit ophoudende golf van muziek, die uit elke deur en uit elk raam leek te komen waar we langsreden, evenals van de vele muziekgroepjes die op straat stonden. Hun lied rees en daalde en wisselde terwijl we door de stad reden, maar op de een of andere manier leek het altijd weer neer te komen op het koor van ‘Guantanamera’.

De taxi volgde een martelend pad door straten van ruwe kinderhoofdjes, almaar tussen mensenmassa’s door die zongen, spullen verkochten en, merkwaardig genoeg, baseball speelden. Ik was al snel mijn richtinggevoel kwijt en tegen de tijd dat de auto stilhield bij een afzetting van grote ijzeren ballen over het midden van de weg, had ik geen idee van welke kant we waren gekomen. Dus volgde ik Chutsky een zijstraat in, een plein over en naar een kruispunt voor iets wat op een hotel leek. Dat was in het licht van de ondergaande zon feloranje-roze en Chutsky leidde me daar naar binnen, langs een pianobar en een aantal tafels waarop foto’s van Ernest Hemingway lagen, die eruitzagen alsof ze door lagereschoolkinderen waren getekend.

Daarachter bevond zich aan het einde van de lobby een ouderwetse liftkooi, waar we naartoe gingen en Chutsky drukte op de knop. Onder het wachten keek ik om me heen. Aan een kant bevond zich een rij planken waarop koopwaar stond en ik liep erheen om er een blik op te werpen. Er stonden asbakken, mokken en andere spulletjes, allemaal met de beeltenis van Ernest Hemingway erop, in dit geval was die van betere kwaliteit dan het werk van de basisschoolkunstenaars.

De lift kwam eraan en ik liep terug om erin te stappen. Een reusachtig, grijs ijzeren hek gleed open en onthulde de binnenkant, compleet met een norse oude man die hem bediende. Chutsky en ik stapten in. Nog een paar mensen groepten bij ons naar binnen voordat de liftman het ijzeren hek dichtdeed en de hendel omhoogschoof. De kooi kwam schuddend in beweging en we schoven langzaam omhoog tot we op de vijfde verdieping waren. Daar gaf de liftman een ruk aan de hendel en we kwamen dreunend tot stilstand. ‘Hemingways kamer,’ zei hij. Hij opende het hek en de andere mensen schoten naar buiten. Ik keek naar Chutsky, maar hij schudde zijn hoofd en wees naar boven, dus bleef ik staan en wachtte tot het hek weer dichtgleed, waarna we nog twee etages omhoogschudden alvorens we met een schok tot stilstand kwamen. De man maakte het hek open en we stapten dankbaar in een kleine ruimte, eigenlijk niet meer dan een dak boven de lift en de bovenkant van een trap. Ik hoorde vlakbij muziek spelen en Chutsky gebaarde me het dak op naar de muziek toe.

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «Dexters sinistere schepping»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Dexters sinistere schepping» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «Dexters sinistere schepping»

Обсуждение, отзывы о книге «Dexters sinistere schepping» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x