Albert Baantjer - De Cock en de broeders van de zachte dood

Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en de broeders van de zachte dood» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Год выпуска: 1979, ISBN: 1979, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

De Cock en de broeders van de zachte dood: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en de broeders van de zachte dood»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

De Cock en de broeders van de zachte dood — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en de broeders van de zachte dood», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

‘Ik vrees dat moord, hoe dan ook, niet is te rechtvaardigen.’ Hij sprak zacht. ‘Daarom, rechercheur, als u van mening bent dat de moordenaar in onze gelederen moet worden gezocht, dan geef ik u ten aanzien van mijn broeders en zusters alle vrijheid om in uw onderzoek te doen wat u nodig acht.’ Hij zweeg even, vouwde de handen voor de borst. ‘Waarbij ik van uw kant toch wel op enige discretie mag rekenen? U weet hoe gemakkelijk genootschappen als de onze in opspraak komen.’

De Cock kwam langzaam overeind. ‘U kunt van onze zorgvuldigheid verzekerd zijn,’ sprak hij kalm. Plotseling boog hij zich naar de leider, die nog in zijn fauteuil zat. ‘Hebben wel eens vrouwen tot het Carillon behoord?’

De vraag kwam duidelijk aan. Broeder Rigobertus keek omhoog. In zijn ogen lag een waakzame blik. ‘Eenmaal,’ sprak hij bits. ‘Zuster Charisse. Ze was ons wegens haar onschuld aangeprezen.’

‘En?’

Broeder Rigobertus klemde zijn lippen opeen. ‘Ze hing zich op.’

9

Broeder Cornelis liep voor de rechercheurs uit. Op verzoek van broeder Rigobertus leidde hij hen terug. De Cock versnelde zijn pas en ging naast hem lopen.

‘Broeder Rigobertus heeft zeer lovend over u gesproken,’ opende hij glimlachend.

Broeder Cornelis blikte opzij. ‘Zo… heeft hij dat?’

De grijze speurder knikte nadrukkelijk. ‘Vooral uw bijzondere gaven op het gebied van geluid en geluidsweergave werden door hem zeer geprezen. Hij zei onder meer: “Dankzij broeder Cornelis zingen bij ons de doden.”’

Er gleed een glimlach over zijn bleek gelaat. ‘Wij hebben altijd mooie stemmen gehad,’ sprak hij enthousiast. ‘Vooral 1967 was een goed stemmenjaar. Ik laat elke nieuwe broeder en zuster onze gebeden en gezangen zingen. Die stemmen bewaar ik. En als ze zijn gestorven, vermeng ik ze met het levend koor. Zo zingen bij ons de doden met de levenden. Dat is zeer stimulerend. Het geeft kracht aan de eeuwigheidsgedachte.’ Hij keek de oude speurder onderzoekend aan. ‘Bent u geïnteresseerd?’

De Cock knikte heftig. ‘Dat ben ik.’

Broeder Cornelis blikte omhoog en strekte zijn arm naar de donkere zoldering.

‘Daarboven,’ legde hij uit, ‘hangen meer dan honderd geluidsboxen. Van verschillend formaat. De meeste van die boxen zijn door mijzelf vervaardigd.’ Hij glimlachte. ‘De fabrieksboxen hebben niet altijd de klankkleur, die ik verkies.’ Hij wees weer naar boven. ‘Lage tonen zijn niet zo kritisch. Ik bedoel, het is niet zo belangrijk vanwaar die komen. Ik heb ze daarom wat meer naar de zijkanten gebracht. De midden- en hoge tonen bepalen veelal de richting van het geluid. Daarom heb ik in het midden een grote concentratie van tweeters; dat zijn kleine speakers voor hoge tonen. En dan hangen er nog zo hier en daar resonantieborden om zwakke geluidsplekken wat meer kleur te geven.’

Hij liep naar een zijdeur, opende die en toonde een kamer vol technische apparatuur. Met vaardige hand dirigeerde hij hendels en knoppen. Bedrijvig liep hij terug en pakte de rechercheurs bij de arm.

‘U moet vooraan in het midden, op de plaats van het koor gaan staan. Het geluid is vrijwel overal mooi, maar op die plek heb ik het geheel gericht.’

Plotseling sloop het geluid naderbij. Het kwam van alle kanten. Geweldig, indringend. Een machtig koor zwol aan. Nader mijn God tot U daalde over hen neer.

De Cock sloot beide ogen om het geluid te verwerken. Het was alsof de golven hem meevoerden, opnamen in het koor. En ineens woelde in hem een sterk verlangen om mee te zingen. Hij opende zijn mond en met een schorre basstem brulde hij: ‘U naderbij.’ De tweede strofe van het lied.

Broeder Cornelis glunderde.

‘Fraai… vindt u niet? Het heeft mij vele jaren gekost om het zover te krijgen. Het is met geluid een vreemde zaak. Men weet wat het is, hoe het ontstaat. Men kan het vastleggen en weergeven. Er zijn machtige industrieën die de apparatuur ervoor leveren. Toch zijn er maar weinigen die iets van klankkleur weten, die tonen met warmte kunnen bekleden.’

Hij gebaarde droef om zich heen. ‘Een oude fabriek. Uit de negentiende eeuw. Gebouwd om er mensen in te laten zweten. Wat kan men daar voor een akoestiek verwachten? Ik heb lang elk plekje van de grote hal beluisterd en onderzocht, voor ik alle dissonanten kende.’

De grijze speurder reageerde niet. Hij staarde voor zich uit; luisterde intens tot de laatste klanken van Nader mijn God tot U waren verstorven. Toen zuchtte hij diep en knikte.

‘Dissonanten,’ sprak hij somber. ‘Dissonanten vindt men overal.’ Hij stokte even. ‘Zelfs onder de blijde Broeders en Zusters van de Heilige Zegeningen.’

Broeder Cornelis keek naar hem op. Een denkrimpel ontsierde het hoge voorhoofd. Hij gebaarde naar De Cock. ‘Dissonanten hebben een functie,’ sprak hij ernstig. ‘Hoe zouden we welluidende klanken kunnen waarderen als er geen dissonanten waren? Het is als met goede en slechte mensen. Omdat er zovelen met kwade gedachten zijn bezield, is het een verademing een goed en eerlijk mens te ontmoeten.’

De grijze speurder glimlachte. ‘U bent een wijs man,’ sprak hij prijzend. ‘Even wijs als broeder Rigobertus.’

Het gelaat van broeder Cornelis verstarde plotseling. Zijn groene ogen flikkerden.

‘Broeder Rigobertus,’ siste hij, ‘is als de slang uit het paradijs.’

De grijze speurder keek hem aan, veinsde onbegrip. ‘Slang?’ herhaalde hij.

Broeder Cornelis knikte langzaam. ‘Een gespleten tong… en in dienst van de duivel.’

De rechercheurs reden van het fabrieksterrein van Duivendrecht terug naar Amsterdam. Het was zachtjes gaan regenen. De ruitenwissers gaven een monotoon geluid. Het overstemde het ruisen van de mobilofoon.

De Cock keek hem van terzijde aan.

‘Wat ben je stil. Ik heb je de hele middag niet gehoord. Had je geen vragen?’

De jonge rechercheur trok zijn schouders op.

‘Ik geloof niet dat we op de goede weg zijn.’

‘Hoe bedoel je?’

Vledder gebaarde met zijn vrije hand. ‘Dat Genootschap van de Broeders en de Zusters van de Heilige Zegeningen lijkt zo vredig. Die fraaie tempel, dat prachtige geluid. Het is voor mij zo moeilijk dat alles in verband te brengen met misdaad, geweld, moord.’ Hij zweeg even, een ernstige trek op zijn gezicht. ‘Toen ik voor die ongenaakbare muur stond, kon ik er nog in geloven.’

‘In misdaad, geweld, moord.’

Vledder knikte. ‘Ja. Toen zag ik het nog wel. Had het realiteit.’

De Cock schoof zijn hoed wat naar achteren. ‘En nu je binnen bent geweest niet meer?’ In zijn stem trilde verwondering.

Vledder zuchtte. ‘Ik weet het niet,’ antwoordde hij wat wrevelig. ‘Moord vraagt een motief. En om dat motief bij die blijde broeders en zusters te zoeken… daar heb ik moeite mee.’

De Cock kwam wat overeind. ‘Waar wil je het dan zoeken? Het feit, dat ook wijlen de heer Schoonenbeek tot het zogenaamde Carillon behoorde… en dat nog geen maand geleden, wijst weer in de richting van het genootschap.’

Vledder klemde zijn lippen op elkaar en schudde fel het hoofd. ‘Ik ben het niet met je eens. Volgens mij maak je een denkfout.’

De Cock blikte verrast naar hem op.

‘Een denkfout?’

De jonge rechercheur knikte heftig.

‘Jij redeneert als volgt: de slachtoffers Schoonenbeek en Van Bovenkerken behoorden als broeders Castor en Christiaan tot het Carillon… dus zal de dader wel tot het Genootschap van de Heilige Zegeningen behoren.’ Hij wreef langs zijn neus en grinnikte. ‘Een nogal simplistische denkwijze.’

‘Misschien.’

Vledder keek zijn leermeester wat uitdagend aan.

‘Ligt het niet veeleer voor de hand om de dader of daders juist buiten het genootschap te zoeken?’

De Cock toonde onbegrip. ‘Waarom?’

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «De Cock en de broeders van de zachte dood»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en de broeders van de zachte dood» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «De Cock en de broeders van de zachte dood»

Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en de broeders van de zachte dood» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x