Albert Baantjer - De Cock en de wortel van het kwaad

Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en de wortel van het kwaad» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 2007, ISBN: 2007, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

De Cock en de wortel van het kwaad: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en de wortel van het kwaad»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

De Cock en Vledder onderzoeken de moord op een lid van een goede doelenclub waar op dubieuze wijze fondsen worden geworven.

De Cock en de wortel van het kwaad — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en de wortel van het kwaad», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Albert Cornelis Baantjer

De Cock en de wortel van het kwaad

1

Rechercheur De Cock van het aloude politiebureau aan de Amsterdamse Warmoesstraat slenterde op zijn gemak over het brede trottoir van het Damrak. Om hem heen flaneerden vrouwen en meisjes in fleurige jurkjes. Zo nu en dan blikte de grijze speurder knipperend omhoog naar de gulle zon, die zich ondanks allerlei aangekondigde depressies niet wenste te verschuilen achter het grauw van een wolkendek, maar nu al vele dagen achtereen blij en onbekommerd straalde in een strakblauwe hemel.

De Cock genoot intens. Het humeur van de oude rechercheur had de wispelturige eigenschappen van een attente barometer. Bij kou, natte sneeuw en regen stond zijn gezicht op storm, maar in de koestering van het milde zonlicht fleurde het op. Dan dansten grillige accolades een zoete glimlach om zijn mond, dan jubelde zijn hart als van een jonge vent en hing zijn oude hoedje scheef op één oor.

Op de hoek van de Oudebrugsteeg bleef hij even besluiteloos staan. Een moment kwam de gedachte bij hem op om voor die dag de Warmoesstraat en de misdaad te laten voor wat ze waren en door te wandelen naar het Rokin, de stad uit, langs de Amstel met de zon weerspiegelend in het water, verder, langs groene weilanden met vredig grazende koeien en onschuldige schapen.

De grijze speurder trok een brede grijns tegen zichzelf in het spiegelend glas van een reclamezuil. Hij stak de rijbaan van het Damrak over, sprintte roekeloos voor een aanstormende tram langs, slofte traag, bijna bedaagd aan de schippersbeurs voorbij en sjokte de oude Warmoesstraat in.

Voor de ingang van het politiebureau bleef de oude rechercheur opnieuw staan. De blauwstenen stoep werd scherp op zijn netvlies geprojecteerd; in het bijzonder de uitholling door duizenden voetstappen van politiemensen en kleine en grotere zondaars.

Zo starend, ervoer hij die stenen stoep ineens als een barrière, een drempel, die hem vrees aanjoeg, die hem verkilde en alle zonnewarmte van het Damrak uit zijn botten joeg. Hij werd gegrepen door een onberedeneerbare angst. Het was alsof een vreemde inwendige stem hem influisterde om die dag uit zijn ambtelijke leven te schrappen, een sprong te maken in de tijdeen sprong van vierentwintig uur tot een lachende nieuwe morgen. Huiverend duwde hij die benauwende onrust uit zijn hart en stapte de brede hal in.

Aangekomen in de grote recherchekamer op de tweede etage, keek Vledder, zijn jonge assistent, onderzoekend naar hem op.

“Wat is er?” vroeg hij bezorgd.

“Ben je geschrokken?”

“Hoezo?”

De Cock hijgde van de klim langs de stenen trap.

“Je ziet bleek.”

De Cock zwiepte zijn oude hoedje naar de kapstok en trok zijn regenjas uit. Hij hing hem over de rugleuning van zijn bureaustoel en met een diepe zucht ging hij zitten.

“Geloof jij in omen?” vroeg hij Vledder toen hij op adem was gekomen. Vledder grinnikte.

“Welke ome…ome Jannes, ome Kees, ome Piet?”

De Cock schudde misprijzend zijn hoofd.

“Doe niet zo lollig. Met dergelijke zaken moet je niet spotten,” sprak hij ernstig.

“Omen zijn onverklaarbare voortekenen, aanwijzingen dat er iets zal gaan gebeuren…iets ernstigs of iets schokkends, iets wat aangrijpt.”

De grijze speurder staarde enige seconden zwijgend voor zich uit.

“Een paar minuten geleden ervoer ik zo’n omen,” ging hij verder.

“Het was voor de tweede keer in mijn leven. Op precies zo’n zelfde zomerse zonnige dag en op hetzelfde tijdstip. Destijds stond ik, net als nu, voor de stoep van het bureau, toen ik plotseling het gevoel kreeg dat ik deze dag niet naar binnen moest gaan. Het was alsof die uitgesleten blauwstenen stoep tegen mij sprak, me waarschuwde voor een naderend onheil.”

Vledder keek of De Cock een flauwe grap had verteld.

“Wat een onzin,” bromde hij.

“Baarlijke nonsens. Lariekoek, De Cock. Blauwstenen stoepen spreken niet. Dat is geklets. Geen enkele stoep spreekt.”

Hij hield zijn hoofd iets schuin.

“Ik denk dat jij een klein zomergriepje onder je leden hebt. Dat heerst erg op het moment. Rillingen en koorts. Enweet je…koortsige mensen hebben vaak de vreemdste fantasieën.”

De Cock reageerde nukkig.

“Ik ben niet grieperig en ik heb ook geen koorts.”

Het klonk korzelig.

“Je mag dat omen van mijn part rustig vergeten.”

De oude rechercheur voelde hoe de huivering wegtrok en de kleur op zijn gezicht terugkeerde.

“Maar je vroeg mij waarom ik zo bleek binnenkwam.”

Vledder glimlachte gemaakt liefjes.

“Omen.”

“Precies. En omina sunt aliquid .”

“Latijn?” vroeg Vledder wantrouwend. Daar heb je hem weer, dacht hij. De Cock knikte.

“Een oude Latijnse spreuk: omina sunt aliquid ,” herhaalde hij, “voortekenen bedriegen niet.”

Vledder trok berustend zijn schouders op.

“Het is maar wat je gelooft,” opperde hij rustig.

“Je kunt elke gebeurtenis, elke opdoemende gedachteflits wel als een voorteken interpreteren. Nonsens. Laat jij nou gewoon je nuchtere verstand werken. Je bent een rechercheur van politie, en niet van gisteren, denk daar maar aan.”

De Cock knikte instemmend.

“Je hebt gelijk, maar mijn omen was vanmorgen duidelijk en indringend,” mokte hij.

Er werd op de deur van de recherchekamer geklopt. Vledder wachtte. Hij riep niet onmiddellijk ‘binnen’, zoals gewoonlijk. Het kloppen herhaalde zich. De jonge rechercheur keek met een schalkse blik naar De Cock.

“Jouw omen?”

De grijze speurder glimlachte.

“Het zou mij niets verbazen.”

Na het vertraagde en wat geïrriteerde ‘binnen’ door Vledder, ging de deur langzaam open en in de deuropening verscheen de gestalte van een vrouw. De Cock schatte haar op een leeftijd van achter in de dertig. Ze droeg een lichtgroen mantelpakje van ruige wollen stof, een fraaie combinatie met haar lange blonde haren, die tot op haar schouders reikten. De oude rechercheur bleef gebiologeerd naar het fenomeen kijken. Ze was mooi, vond hij. Zij etaleerde de schoonheid van een naar rijpheid lonkende vrouw. Haar rokje hing een handbreedte onder de knie. Haar gebruinde benen waren lang en slank. Aan een riempje over haar schouder bungelde een zwartleren tasje. In een trage, wat slepende tred liep ze op de beide mannen toe.

Een mooie vrouw fascineerde De Cock altijd weer, zeker wanneer ze de kille, grauwe recherchekamer betrad. Dan was het voor hem alsof de zon doorbrak in een politiecel. Hij zag dat ze zich bewust was van het effect dat ze op mannen had. Voor het bureau van de grijze speurder bleef ze staan. Met haar helblauwe ogen nam ze hem nauwkeurig op. Koel, schattend, haar hoofd iets schuin.

“U…eh, u bent rechercheur De Cock?” vroeg ze liefjes. De oude rechercheur schudde de betovering van zich af en kwam beleefd uit zijn stoel overeind.

“De Cock met…eh, met ceeooceekaa,” reageerde hij haast automatisch.

Hij wees met een breed gebaar voor zich uit.

“En dit hier is mijn jonge collega Vledder, met wie ik al eeuwen mijn geheimen deel.”

De jonge vrouw lachte.

“U acteert zoals mij was voorspeld.”

“Door wie, als ik vragen mag?”

“Iemand die mij aanraadde om mij met u in verbinding te stellen.”

De Cock wuifde als een ware cavalier naar de stoel naast zijn bureau.

“Gaat u zitten.”

Ze bleef even weifelend staan.

“Mag mijn vriend erbij zijn?” vroeg ze wat aarzelend.

“Ik durfde vanmorgen niet alleen naar het bureau in de Warmoesstraat te komen. Hij heeft mij begeleid.”

Ze duimde over haar schouder.

“Hij zit bij de deur op de bank.”

De Cock glimlachte.

“Ik weet nog niet wat u mij gaat vertellen.”

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «De Cock en de wortel van het kwaad»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en de wortel van het kwaad» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «De Cock en de wortel van het kwaad»

Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en de wortel van het kwaad» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x