Robert Jordan - Heer van Chaos
Здесь есть возможность читать онлайн «Robert Jordan - Heer van Chaos» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:Heer van Chaos
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:5 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 100
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
Heer van Chaos: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Heer van Chaos»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
Heer van Chaos — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Heer van Chaos», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Hij lette alleen op de Shaido voor hem – hij zag ze alleen als mannen, zelfs als hun lengte verried dat hij een Speervrouw bevocht. Hij betwijfelde of hij het van bloed druipende blad omlaag kon brengen als hij zich de gedachte gunde dat hij met een vrouw streed. Hij ging op in het gevecht, maar al hakkend kwamen andere zaken in zijn gezichtsveld. Een zilveren bliksem wierp ineengedoken figuurtjes in de cadin’sor omhoog, sommigen met de rode hoofdband, anderen niet. Een tweede bliksem sloeg Dobraine van het paard. De Cairhiener werkte zich, rondzwaaiend met zijn zwaard, overeind. Vuur omhulde een groepje Cairhienin en Aiel. Mannen en paarden werden gillende toortsen. Sommigen konden al niet meer gillen.
Deze dingen kwamen voor zijn ogen, maar hij wilde ze niet echt zien. Alleen de mannen voor hem bestonden, de doornstruiken. Zijn bijl, Loials bijl en Arams zwaard moesten die omhakken. Opeens zag hij toch iets dat zijn aandacht trok. Een trappelend paard op de achterpoten, een ruiter die uit zijn zadel werd getrokken terwijl speren op hem in staken. Een ruiter met een rode borstplaat. En daarachter reed nog een man van de Vleugelgarde, een groep, stekend met hun lansen en Nurelles pluim wuivend boven zijn helm. Even later zag hij Kiruna, haar gezicht onbezorgd en plechtig, als de koningin van de strijd over een pad schrijden dat door drie zwaardhanden en het vuur uit haar palmen werd uitgehakt. Daar zag hij Bera en wat verderop Faeldrin en Masuri en... Bij het Licht, wat deden die vrouwen hier? Wat dacht Kiruna hier te doen? Ze werden verondersteld bij de Wijzen te blijven.
Ergens klonk een holle klap, als een donder die door de herrie van geschreeuw en gegil daverde. Even later verscheen op nog geen twintig pas afstand een felle streep licht, die als een enorm scheermes dwars door verschillende mannen en een paard sneed en zich tot een doorgang verbreedde. Een met een zwaard gewapende man in een zwarte jas sprong erdoor en ging neer met een Shaidospeer in zijn buik, maar meteen erna sprongen er nog acht of negen de doorgang in voor hij verdween, waarbij ze met hun zwaarden een kring rond de gevallen man vormden. Met meer dan een zwaard. Shaido die op hen afsnelden, vielen neer door een zwaard of barstten gewoon in vlammen uit. Hoofden ontploften als meloenen die van grote hoogte op steen ploften. Misschien een honderd pas verder meende Perijn een tweede kring mannen in zwarte jassen te zien, omringd door vuur en dood, maar hij had geen tijd voor vragen. Ook hij werd door Shaido omsingeld. Rug aan rug met Loial en Aram kerfde en hakte hij wanhopig. Ze konden niet verder optrekken, ze konden alleen zichzelf verdedigen. Bloed bonsde in zijn oren. Hij hoorde hoe hij naar adem snakte en hoe Loial hijgde als een buitenmaatse blaasbalg. Perijn sloeg een toestekende speer met zijn bijl opzij, doorboorde bij het terugzwaaien een andere Aiel met de bijlpiek, greep een speer met zijn andere hand, zonder te denken aan de bloedige snee en hakte een gesluierd gezicht open. Hij dacht het niet veel langer te kunnen volhouden. Elk stukje van zijn lijf was erop gericht nog een oogwenk langer in leven te blijven. Bijna alles. In een hoekje van zijn gedachten zweefde het beeld van Faile en de droeve gedachte dat hij zich niet kon verontschuldigen dat hij niet was teruggekeerd.
Pijnlijk dubbelgevouwen in de kist voelde Rhand hijgend aan het schild tussen hem en de Bron. Gekreun dreef langs de leegte, grimmige woede en laaiende vrees langs de randen. Hij betwijfelde of het zijn gekreun was of dat van Lews Therin. Opeens stokte zijn adem. Zes punten, maar een was er nu hard. Niet zacht. Hard. Toen een tweede. Een derde. Schor gelach vulde zijn oren; zijn eigen gelach, besefte hij even later. Een vierde werd hard. Hij wachtte en probeerde te onderdrukken wat verontrustend veel op krankzinnig gegiechel leek. De laatste twee punten bleven zacht. Het gesmoorde kakelende gelach verdween. Ze zullen het voelen, gromde Lews Therin wanhopig. Ze zullen het voelen en de anderen terugroepen.
Rhand likte met een droge tong aan al even droge en gebarsten lippen. Al het vocht in zijn lichaam leek in het zweet te zitten dat hem glibberig maakte en in zijn striemen beet. Als hij het probeerde en faalde, zou er geen tweede kans komen. Hij kon niet wachten. Er zou trouwens nooit meer een tweede kans kunnen komen. Behoedzaam en blind voelde hij aan de vier harde punten. Daar was niets, niets meer dan het schild zelf. Hij kon niets voelen of zien, maar op de een of andere manier kon hij rond dat niets een vorm voelen. Als een touwknoop. Er was altijd ruimte tussen knooplussen, hoe strak ze ook waren aangetrokken; haarfijne gaatjes waar alleen lucht kon komen. Langzaam, o zo langzaam werkte hij zich in zo’n gaatje, perste hij zich in oneindig kleine openingen tussen wat er helemaal niet leek te zijn. Langzaam. Hoe lang zou het duren voor de anderen terugkeerden? Als ze de knoop weer oppakten voor hij een weg uit dit kronkelende doolhof vond... Langzaam. En opeens kon hij de Bron voelen, alsof hij er met een nagel langsstreek; het uiterste randje van een nagel. Saidin was nog onbereikbaar – het schild bestond nog – maar hij voelde de hoop in Lews Therin opborrelen. Hoop en onrust. Nog steeds hielden twee Aes Sedai hun deel van de afscherming in stand, ze beseften nog steeds wat ze vasthielden. Rhand had niet kunnen uitleggen wat hij daarna deed. Lews Therin had het hem verklaard tussen de wisselende buien van zijn eigen krankzinnige dagdromen door, tussen woedeuitbarstingen en jankend gehuil over zijn dode Ilyena, tussen zuchtend gesnik dat hij verdiende te sterven en het geschreeuw nooit toe te staan dat hij gescheiden zou worden. Het trilde. Het barstte. Nog vijf. De afscherming werd dunner. Hij voelde die slinken. Een onzichtbare muur van nog maar vijf stenen in plaats van zes. De twee Aes Sedai zouden het ook voelen, hoewel ze misschien niet precies begrepen wat er gebeurde en hoe. Alsjeblieft, alsjeblieft, Licht, nu niet. Nog niet.
Snel, bijna driftig viel hij op de volgende knoop aan. Een tweede verdween; het schild werd dunner. Het ging sneller, met iedere knoop sneller, alsof hij de lussen begon te kennen, hoewel ze elke keer anders waren. De derde knoop verdween. Een derde zachte punt verscheen. Misschien wisten de Aes Sedai niet wat er aan de hand was, maar ze zouden niet kalm blijven zitten terwijl het schild steeds zwakker werd. Bijna overspannen wierp Rhand zich op de vierde knoop. Hij moest die los krijgen voor een vierde zuster het schild kwam versterken. Vier konden misschien tegenhouden wat hij aan het doen was. Bijna huilend worstelde hij met de ingewikkelde knopen, gleed hij tussen het niets door. Verwoed wrong hij en wrong, liet de knoop openbarsten. Het schild hield stand maar werd nog maar door drie opgehouden. Was hij nu maar snel genoeg.
Hij reikte naar saidin. De onzichtbare afscherming was er nog, maar leek niet langer van rots of baksteen. Het gaf onder zijn druk mee, boog mee, dieper en dieper. Opeens scheurde het voor hem open als vergane stof. Hij werd vervuld met de Kracht en tegelijk greep hij de drie zachte punten en vermorzelde ze woest met vuisten van Geest. Afgezien daarvan kon hij slechts geleiden waar hij wat zag en hij zag slechts de grijze bodem van de kist doordat zijn hoofd tussen zijn knieën was geperst. Nog voor hij klaar was met de vuisten van Geest, geleidde hij Lucht. De kist barstte met een luide knal open. Vrij, zuchtte Lews Therin en het weerkaatste Rhands gedachte. Vrij. Of was het misschien andersom?
Ze zullen ervoor boeten, gromde Lews Therin. Ik ben de Heer van de Morgen.
Rhand wist dat hij nu nog sneller diende te bewegen, sneller en krachtiger, maar zijn eerste worsteling was om zijn spieren enigszins te laten werken. Spieren die al zoveel ontelbare dagen tweemaal per dag waren geslagen. Ze gilden en beten, nadat hij dag en nacht opgesloten was geweest. Hij klemde zijn tanden op elkaar en werkte zich langzaam op handen en knieën omhoog. Het gegil en gebijt leken van ver te komen, van het pijnlijke lichaam van iemand anders, maar hij kon dat lichaam niet dwingen sneller te bewegen, hoe sterk hij zich door saidin ook voelde. De leegte vormde een stootkussen voor zijn gevoel, maar iets dat bijna paniek was, probeerde door barstjes er in te kruipen.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «Heer van Chaos»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Heer van Chaos» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «Heer van Chaos» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.