Albert Baantjer - De Cock en de dode minnaars
Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en de dode minnaars» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 1986, ISBN: 1986, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Cock en de dode minnaars
- Автор:
- Издательство:De Fontein
- Жанр:
- Год:1986
- Город:Baarn
- ISBN:978-90-261-0251-8
- Рейтинг книги:3 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 60
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Cock en de dode minnaars: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en de dode minnaars»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Cock en de dode minnaars — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en de dode minnaars», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Vledder kneep zijn ogen half dicht.
‘Nu begrijp ik ook waarom Marius van der Graaf en De Beau zo bang zijn voor hun hachie. Manfred van Nettelhorst is des duivels en zint op wraak.’
De Cock plukte aan het puntje van zijn neus.
‘Het viel mij in de kamer van de commissaris direct al op dat Manfred van Nettelhorst mij niet vroeg hoe ik in het bezit van die zilveren sierkan was gekomen… waar ik dat kunstwerk in ’s hemelsnaam vandaan had gehaald. Hij vroeg niets… hoefde dat ook niet. Toen hij mij met die zilveren sierkan in mijn hand zag binnenkomen, begreep hij direct de toedracht: Marius van der Graaf en De Beau hadden hem belazerd.’
Vledder lachte.
‘En hij had dubbel pech… nu hij het kunstwerk weer in zijn bezit had, kon hij ook naar het geld van de verzekering fluiten.’
De Cock snoof.
‘Je mag die gevoelens als rechercheur uiteraard nooit laten meespelen, maar eerlijk… Manfred van Nettelhorst was mij al vanaf de eerste confrontatie niet bijster sympathiek.’
Vledder keek hem ernstig aan.
‘Kunnen we het bewijzen?’
‘Wat?’
‘Die fraude.’
De grijze speurder trok een bedenkelijk gezicht.
‘Zonder de verklaringen van Marius van der Graaf en De Beau… uitgaande van het feit dat hij inderdaad bij de overval was betrokken… bereiken we niets. Willen we deze fraudezaak… die door onze tussenkomst niet verder is gekomen dan een poging… strafrechtelijk aanpakken, dan vormen die twee de belangrijkste getuigen.’ Hij zweeg even. ‘En dat is voor Manfred van Nettelhorst een reden te meer om…’
Vledder onderbrak hem hijgend.
‘…die twee te elimineren.’
De Cock knikte. Zijn gezicht stond strak.
‘De zaak is inderdaad hoogst ernstig,’ sprak hij nadenkend, ‘en het lijkt mij zinvol nu reeds na te gaan of onze vriend Van Nettelhorst in het verleden op eenzelfde wijze met… eh, met bezoedelde kunstschatten is omgesprongen.’
‘Is dat mogelijk?’
‘Zeker. We kunnen zijn schadeclaims bij de diverse verzekeringsmaatschappijen nagaan en zien om welke kunstschatten ze handelen.’
Midden in de Lange Niezel bleef Vledder plotseling staan. Op het gezicht van de jonge rechercheur lag een trek van verbijstering… van angst.
‘Wat… wat gebeurt er met Thérèse de la Fontaine,’ vroeg hij trillend, ‘wanneer Van Nettelhorst meent dat ook zij is… bezoedeld?’
De Cock keek naar hem op.
‘Je bedoelt… wordt ook zij vernietigd?’
Ze stapten in de Warmoesstraat de hal van het politiebureau binnen. De Cock beduidde Vledder om even te wachten. Hij liep via de elektrisch bediende tussendeur, die Jan Kusters voor hem open knopte, naar achter de balie.
‘Welke rechercheurs hebben vanavond de dienst?’ Brigadier Kusters raadpleegde zijn lijst.
‘Fred Prins en Appie Keizer.’
De Cock knikte en liep naar de plottafel. Daar nam hij de telefoon en belde. Het duurde niet lang. Na enkele minuten kwam hij bij Vledder terug.
‘Staat onze wagen op de steiger?’
‘Ja.’
‘We gaan op pad.’
‘Waarheen?’
‘Naar de Keizersgracht.’
Door de Warmoesstraat en de Oudebrugsteeg liepen ze naar de steiger achter het bureau en stapten in. Vledder startte de motor.
‘Gaan we naar Van Heusden?’
De Cock knikte vaag en liet zich wat onderuitzakken. De vriendelijke accolades rond zijn mond plooiden zich in lijnen van geheimzinnigheid.
De jonge rechercheur keek hem van terzijde aan.
‘Wat wil je hem vragen?’
De Cock schoof zijn onderlip vooruit.
‘Of hij werkelijk Robbert Achterberg heeft vermoord.’
Vledder reageerde onzeker.
‘Echt?’ vroeg hij ongelovig.
De Cock keek schuin omhoog.
‘Jij bent er toch van overtuigd dat hij het deed?’
Vledder antwoordde niet. Zwijgend reden ze door de Amsterdamse binnenstad. Het regende opnieuw, zacht en miezerig. De felle kleuren van de neonreclames spiegelden zich grillig in het natte asfalt. Op de Keizersgracht, in de nabijheid van nummer 1217, vond Vledder nog een parkeerplaatsje aan de wallenkant tussen de bomen. Op het moment dat De Cock wilde uitstappen, hield de jonge rechercheur hem tegen.
‘Van Heusden,’ fluisterde hij, ‘in de spiegel. Hij loopt achter ons over het trottoir.’ Hij zweeg even. ‘Zullen we hem volgen?’
De Cock schudde zijn hoofd.
‘Ik weet waar hij heengaat.’
Vledder keek hem verbaasd aan.
‘Jij weet…’ Hij maakte zijn zin niet af.
De grijze speurder keek op zijn horloge en knikte bedaard. ‘Matthias van Heusden… toch wel iets verlaat… is op weg naar het politiebureau aan de Warmoesstraat om een gesprek te hebben met Fred Prins, die het onderzoek inzake de opsporing van Thérèse de la Fontaine zojuist van mij heeft overgenomen.’
Vledder vernauwde zijn blik.
‘Bluf?’
De Cock schudde zijn hoofd.
‘Een kleine truc om Matthias van Heusden een poosje uit de buurt te houden.’
‘Van wie?’
‘Van ons. Zie je, ik wil even naar binnen en dan vind ik het niet leuk als Van Heusden ons daarbij voor de voeten loopt.’
‘Wat wil je binnen doen?’
‘Kijken… kijken of er telefoon is.’
De mond van Vledder viel open.
‘Wat?’ riep hij onthutst.
De Cock grijnsde.
‘Spreek ik Russisch?’
16
Langs het lage souterrain met de halve ramen liepen de beide rechercheurs de wat uitgesleten blauwstenen stoep op. Boven, op het bordes met de zware groene toegangsdeur met Thérèse de la Fontaine verzonken in geel koper, bleven ze staan.
De Cock pakte het apparaatje van zijn oude vriend en ex-inbreker Handige Henkie, en zocht naar de juiste sleutelbaard. Voorzichtig, het soepele staal tussen duim, middel- en wijsvinger, drukte hij de baard in het sleutelgat en tastte het inwendige van het slot af. Het duurde nog geen minuut, toen klikte het slot en gleed de deur onder de druk van De Cocks schouder langzaam open.
De grijze speurder liet het licht van zijn zaklantaarn door de hal dwalen. Toen ook Vledder binnen was, duwde hij de deur achter hen dicht.
Behoedzaam liepen ze vanuit de hal door de brede roze marmeren gang. Aan de kamer met de wulpse engeltjes, waar Van Heusden hen een paar dagen geleden had ontvangen, ging De Cock voorbij. In de vele jaren die hij in het district van het bureau Warmoesstraat dienst deed, had hij de indeling van de oude grachtenhuizen leren kennen en wist dat de trappen naar hoger gelegen verdiepingen meestal in het achterste gedeelte van het pand draaiend omhoog voerden.
Vledder porde hem in de rug.
‘Waar wil je heen?’
De grijze speurder liep onverstoord door. Midden op een houten trap met fraai bewerkte spijlen bleef hij staan en draaide zich half om.
‘Ik wil naar de kamer waar Robbert Achterberg enige dagen verbleef.’
‘Waarom?’
De Cock antwoordde niet. Hij drukte zich langzaam verder omhoog. De oude traptreden kraakten onder zijn gewicht.
Op de eerste verdieping sjokte hij door een lange gang met een eikenhouten lambrisering naar de voorzijde van het pand. De laatste deur aan die gang had zijn bijzondere belangstelling. Hij liet zijn hand even op de klink rusten. Toen de deur niet afgesloten bleek, duwde hij hem open en stapte een kamer binnen.
Links ontwaarde hij een imposant lits-jumeaux. Aan één zijde was het laken met de dekens teruggeslagen. In het witte kussen zat een kuil.
De grijze speurder maakte Vledder op die deuk attent, maar zei verder niets.
Naast het bed, op een sierlijk kabinetje in Queen Anne-stijl, stond een telefoon. De Cock boog zich over het kleine rechthoekje onder aan het toestel, bescheen het en nam het nummer in zich op.
Daarna hurkte hij diep en ontdekte onder het lits-jumeaux een koffer. Hij trok hem kreunend naar zich toe. Het was een kostbare geellederen koffer met koper beslag op de hoeken en deugdelijk sluitwerk met een cijferslot. Even overwoog hij om zijn inbrekerskwaliteiten op het slot bot te vieren, maar bedacht zich. Zijn oude knieën kraakten toen hij weer omhoog kwam.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Cock en de dode minnaars»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en de dode minnaars» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en de dode minnaars» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.