Jacobus Dercksen - Korte beschrijving van Leiden - wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot

Здесь есть возможность читать онлайн «Jacobus Dercksen - Korte beschrijving van Leiden - wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: foreign_antique, foreign_prose, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot — читать онлайн ознакомительный отрывок

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Jacobus Marinus Everhardus Dercksen

Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot

LEIDEN,
DE BREUK & SMITS
1874

Leiden. Wat is Leiden ? Vraag het aan verschillende personen van onderscheidene geaardheid en vorming en het antwoord zal even verschillend wezen als die geaardheid en vorming zijn. Richt gij die vraag tot den statisticus, hij zal u antwoorden: het is eene stad in het koninkrijk der Nederlanden , provincie Zuid-Holland , welker oppervlakte ongeveer tweehonderd bunders beslaat, gelegen aan den Rijn, op drie uren gaans afstand van 's-Gravenhage , vijf uren van Haarlem , evenzooveel van Rotterdam en acht uren van Amsterdam ; zij bezit bijna veertig duizend inwoners, waarvan er zooveel tot het vrouwelijk en zooveel tot het mannelijk geslacht behooren; terwijl u met nauwkeurigheid wordt opgegeven welke godsdienstige meeningen die ingezetenen, door doop, belijdenis, of andere middelen van introductie in eenig kerkgenootschap, geacht worden te belijden, waarbij slechts een twintigtal worden uitgezonderd die er rond voor zijn uitgekomen, dat zij er te dien aanzien geene voorkeur op nahouden. Als bronnen van bestaan en welvaart zullen worden genoemd: de laken-, grein-, saai-, deken- en wollengarenfabrieken, de boter- en kaashandel, de ijzer- en katoen-industrie en – 't laatst maar niet het minst – het voortdurend bestaan eener hoogeschool, welke niet slechts een aantal jongelieden uit de aanzienlijkste en rijkste familiën des lands daarheen lokt, maar ook de voor het onderwijs noodzakelijke hoogleeraren, op éene uitzondering na, daar hunne woonplaats doet vestigen. En vraagt gij nu aan de zooeven genoemde jongelieden: wat is Leiden ? Het antwoord zal vol geestdrift klinken: het is de woonstede der Alma Mater, die niet slechts haren kinderen de volle moederborst der wetenschap aanbiedt, maar er nevens – wij zeggen niet bovendien – hun genoegzame gelegenheid laat om zich van de bedoelde borst te spenen en den beker der vreugde aan de jeugdige lippen te brengen. Voor hen is die stad het tooneel, waarop het schoonst bedrijf huns levens, in schier onbeperkte vrijheid, wordt afgespeeld, en wanneer ook zij in de statistieke bijzonderheden der grootte van schier tweehonderd bunders en de drie uren afstands van Den Haag belang stellen, dan dient de eerste om, eens voorgoed, uit te maken dat dit bundertal te weinig ruimte heeft voor een Leidsch student, en de laatste om daaraan de gevolgtrekking te kunnen vastknoopen dat »de vrijster van de buren” – gelijk HUYGENS de residentie noemt – eigenlijk voor hen niets dan de succursaal der bloeiende academiestad is. Hebben de beide eerstondervraagden slechts weinige oogenblikken met het geven van hun antwoord gewacht, niet zoo spoedig is dat van den oudheidkundige gereed. Hij, gewoon nauwkeurig te wikken en te wegen, verklaart het voor waarschijnlijk dat Leiden is het Lugdunum Batavorum , waarvan reeds PTOLEMÆUS, in de tweede eeuw na CHRISTUS' geboorte, gewag maakt, en nu moge hij er bescheiden bijvoegen niet te weten wanneer en door wien dit Lugdunum werd aangelegd, het is hem genoeg uit het reisboek van Keizer ANTONINUS en het oude kaartboek, door Keizer THEODOSIUS gebruikt, het feit bevestigd te zien dat dit Lugdunum lag waar thans Leiden gelegen is, dat men »vandaar op- of omtrent de uitwatering van den Rijn in de Noordzee gereisd” en zich verplaatst heeft op het Praetorium Agrippinae (later Roomburg ), het wapenhuis der Romeinen; vandaar op Matilone (het tegenwoordige Koudekerk ), op Albiniana ( Alphen ) en verder over Nigropullo ( Oudewater ) naar Utrecht en Gelderland . Reken hier echter niet op de eenstemmigheid welke gij bij de statistici en studenten hebt aangetroffen. Reeds hoort gij toch een ander broeder uit hetzelfde gild uitroepen, dat de stichting van den wachttoren der Romeinen al even onbewezen is als die van het Forum Hadriani ( Voorburg ) door Koning ELINUS, en zoo ge, een beroep doende op de hoogte van Leidens burg en het ringvormige gebouw daarop, nog waagt van den Romeinschen oorsprong der stad te reppen, men zal u eenvoudig naar soortgelijke hoogten in Nederland verwijzen en uw krijgshaftigen wachttoren tot eenen eenvoudigen Germaanschen vluchtheuvel doen afdalen.

Maar reeds acht gij, waarde lezer of lieve lezeres, de vraag waarmede ik dit boekske aanving, zooal niet te uwen genoege, dan toch voor zooverre beantwoord, als met het bijzondere doel waarmede dit werkje geschreven is wenschelijk kan geacht worden; want – de titel heeft het u reeds gezegd – het is mij noch om dorre statistieke cijfers, noch om de schildering van het academieleven, noch om het leveren eener oudheidkundige verhandeling te doen, wanneer ik de pen opneem, om u het een en ander mede te deelen over de stad mijner inwoning. Wat ik wil? Het is niet anders dan u, gelijk men dat een vriend doet, afhalen aan het station van den Hollandschen spoorweg, u daar verwelkomen en met u, in den geest, het Leiden der negentiende eeuw doorwandelen, om u op het vele goede en schoone, dat daarin gevonden wordt, opmerkzaam te maken, nu en dan den indruk van het heden afwisselende door herdenken aan het verleden, waartoe zoo menig gedeelte der stad ons onwederstaanbaar uitlokt.

Ik neem dus aan dat een »felle salamander” u langs de »tweelingslijn” van den zooeven genoemden spoorweg naar of liever bij Leiden heeft overgebracht en ik haast mij, na mijn beleefdste buiging voor u gemaakt te hebben, met u een blik te slaan op het niet weelderige maar toch nog voldoende stationsgebouw, waarna wij sain et sauf heentreden door een cordon van pakjesdragers wier »wegwijzen, wegwijzen, Mijnheer!” u, naar ik mij vlei, koel laat, overtuigd als gij zijt, dat gij hunne hulp niet behoeft, waar ik mij de eere heb voorbehouden u de oude sleutelstad binnen te leiden. Het eerste wat echter reeds vooraf aanspraak maakt op onze opmerkzaamheid is het ter linkerzijde gelegene »Zomerzorg”, het vriendelijk plekje gronds, waar de ruime zaal en de warme kachel u te midden van sneeuw, wind en regen, des winters – waar het weelderige groen en verkwikkende lommer u des zomers zachtkens henen trekken. Toch zullen wij er thans niet binnengaan, maar vervolgen wij onzen weg en slaan ter linkerzijde den blik op eenige kleinere gelegenheden tot verversching en gebruik van geestrijke vochten, waaronder Zomerlust en Eigenzorg verdienen genoemd te worden. Ter rechter vraagt het opschrift »de Haverzaklaan” onze aandacht en voert ons al aanstonds in de verbeelding naar den tijd van Leidens beleg, toen het daarnevens gelegen erf voor een zak haver verkocht werd, terwijl onlangs eenige zakken guldens noodig bleken om dezelfde eigendomsoverdracht te verkrijgen. Treedt gij nu verder met mij voort naar de plek, waar eene breede ijzeren brug een viertal onooglijke en onmogelijke leeuwtjes draagt, dan ziet gij rechts het standbeeld van den grooten BOERHAVE, den wereldberoemden Hoogleeraar aan Leidens schitterende Hoogeschool: eene waardige, krachtige, ernstige figuur, geplaatst op een voetstuk, waarin met zijn naam, de dagteekening en plaats zijner geboorte en die van zijn overlijden staan gegrift. Geen enkel woord van lof, geene vleiende benaming vergezelt die eenvoudige woorden. Zij waren dan ook overbodig waar sprake was van vereering eens mans, omtrent wien de overlevering verhaalt dat, in een tijd toen het postwezen nog in een primitieven staat van ontwikkeling verkeerde, een brief geadresseerd »Aan BOERHAVE, in Europa ” behoorlijk aan 's mans woning bezorgd werd, en zij waren onwenschelijk waar de gedenksteen moest getuigen van hem, die het

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot»

Обсуждение, отзывы о книге «Korte beschrijving van Leiden: wegwijzer voor vreemdeling en stadgenoot» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x