Ursula Le Guin - Machten van Aardzee

Здесь есть возможность читать онлайн «Ursula Le Guin - Machten van Aardzee» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Utrecht, Год выпуска: 1974, ISBN: 1974, Издательство: Het Spectrum, Жанр: Фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

Machten van Aardzee: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Machten van Aardzee»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

De magisch begaafde jonge Sperwer laat zich in met duistere machten. Zijn jacht op het schaduwbeest voert hem door onbekende streken van Aardzee.

Machten van Aardzee — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Machten van Aardzee», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Op de avond van die dag verbrak Vetch hun lange stilzwijgen en zei: ‘Mijn vriend, eens sprak je alsof je de zekerheid had dat wij uiteindelijk weer land zouden bereiken. Ik wil je mening niet aanvechten, alleen dit: wellicht is het een list, een hinderlaag die het ding waar je achteraanjaagt, gelegd heeft om je verder dan het een mens is toegestaan de oceaan op te lokken. Immers op vreemde zeeën zal onze macht wellicht veranderen en zwakker worden. En een schaduw kent geen vermoeidheid of honger, en kan niet verdrinken.’

Zij zaten dwarsscheeps naast elkaar, maar toch keek Ged hem aan als uit de verte, als van de overzijde van een wijde kloof. Zijn ogen waren omfloerst en zijn antwoord kwam traag. Tenslotte zei hij: ‘Wij zijn er nu vlakbij, Estarriol.’ Deze woorden horend wist Vetch dat zijn vriend de waarheid sprak. Hij was bang, maar hij legde de hand op Geds schouder en zei alleen: ‘Goed dan; zo is het goed.’ Weer hield Ged die nacht de wacht, want hij kon in het duister niet slapen. En ook toen de derde dag aanbrak legde hij zich niet te ruste. Nog steeds ijlden zij met die gestage, lichte, beangstigende snelheid over de zee en Vetch stond verbaasd over Geds macht die hier op de Open Zee waar Vetch de zijne gewraakt en verzwakt voelde, een zo krachtige toverwind uur na uur staande kon houden. En zij voeren verder en verder zodat Vetch tenslotte meende dat Geds woorden bewaarheid werden en dat zij de bronnen van de zee zouden overtrekken en in het oosten door de poorten van het daglicht zouden gaan. Ged stond steeds vooraan in de boot en tuurde in de verte voor hen. Maar hij keek nu niet naar de oceaan, althans niet naar de oceaan zoals Vetch haar zag: een wijdse vlakte van deinend water tot aan de boorden van de hemel. Geds ogen zagen een duister visioen dat als een sluier over de grauwe zee en de grauwe hemel lag, en die duisternis groeide aan en die sluier werd steeds dikker. Vetch ontging dit alles, behalve wanneer hij naar het gezicht van zijn vriend keek; dan zag ook hij een glimp van die duisternis. Zij voeren verder en verder. En hoewel dezelfde wind hen beiden voortjoeg in dezelfde boot, was het alsof Vetch over de wereldzee naar het oosten voer, terwijl Ged eenzaam op weg was door streken waar geen oost was of west, geen opgang en ondergang van zon of sterren. Plotseling stond Ged op van de voorplecht en sprak met luide stem. De toverwind ging liggen. Uitkijk viel stil en rees en daalde als een houtschilfer op de hoge deining. De wereldwind blies nog even straf als tevoren recht uit het noorden, maar het bruine zeil hing slap omlaag en ving hem niet. En zo dreef de boot op de golven en liet zich wiegen door hun grootse, trage deining, zonder een koers te volgen.

Ged zei: ‘Haal het zeil neer,’ en Vetch gehoorzaamde ijlings terwijl Ged de riemen losbond, ze in de dollen legde en met gekromde rug begon te roeien. Vetch die zover hij kijken kon alleen maar de op en neer gaande golven zag, begreep niet waarom zij nu de riemen zouden gaan gebruiken; maar hij wachtte af en merkte spoedig daarop dat de wereldwind afnam en de golfslag minder hevig werd. Steeds minder rees en daalde de boot tot zij tenslotte onder Geds krachtige slagen voort leek te gaan over een spiegelgladde vlakte als in een door land omsloten baai. En ook al kon Vetch niet zien wat Ged zag die steeds weer tussenzijn slagen over zijn schouder keek naar wat er op de weg van de boot lag, ook al kon Vetch de donkere hellingen niet zien en de roerloze sterren erboven, toch ontwaarde zijn tovenaarsoog dat er duisternis opwelde uit de golf dalen overal rond de boot en zag hij hoe de deining lager en trager werd als smoorde zij zich in zand. Als dit een tover van waan was, moest haar kracht welhaast ongelooflijk zijn: dat zij de Open Zee op land kon doen lijken. Met moeite gaarde Vetch moed en zinnen bijeen en sprak de Spreuk van Onthulling en speurde na ieder traag gesproken woord of er verandering kwam in dit vreemde wegebben en droogvallen van de bodemloze oceaan en de illusie sidderend zou optrekken. Maar er gebeurde niets. Misschien had de spreuk hier geen macht, ook al beïnvloedde zij alleen maar zijn eigen blik en niet de werking der magische krachten rondom hen. Of misschien was het geen waan en waren zij aangekomen bij de grens van de wereld. Zo te zien volkomen zeker van zijn zaak roeide Ged nu steeds langzamer en zocht zich, voortdurend over zijn schouder kijkend, een weg door de kreken of tussen de platen en wadden die alleen hij zien kon. De boot schokte alsof de kiel over de bodem schuurde en liep aan de grond hoewel onder haar de zee zich uitstrekte tot in onmetelijke diepten. Ged trok de riemen ratelend uit hun dollen, een angstaanjagend geluid want er was verder niets te horen. Alle gerucht van water, wind, hout en zeil was stilgevallen en opgegaan in een wijds diep zwijgen dat nooit meer verbroken scheen te zullen worden. De boot lag volkomen stil. Er stond niet het minste zuchtje wind. De zee was veranderd in zand, roerloos en vol schaduwen. Niets bewoog er aan de donkere hemel, noch op die droge onwerkelijke grond die zich zover het oog reikte overal rond de boot al maar verder uitstrekte in een al maar toenemend duister. Ged stond op, nam zijn staf en stapte lenig over de rand van de boot. Vetch had verwacht dat hij zou vallen en omlaag zinken in de zee, de zee die er toch zeker zijn moest achter de schimmige sluier van zand die water, lucht en licht aan hun oog onttrok. Maar er was geen zee meer. Ged liep weg van de boot. Waar hij ging bleven voetsporen achter in het donkere zand dat onder zijn voeten zachtjes knisterde.

Zijn staf straalde nu licht uit, geen weerlicht, maar een heldere witte gloed die spoedig zo hevig werd dat zij zijn vingers roodverfde waar hij het lichtende hout omklemd hield. Hij liep verder, weg van de boot, maar niet in een richting. Er was hier geen richting, geen noord of zuid of oost of west, er was alleen maar naartoe en vandaan.

Vetch keek toe en het licht dat Ged droeg, leek hem een grote ster die zich traag door het duister bewoog. En het duister trok zich er rondomheen samen, werd dikker en zwarter. Ook Ged zag dit, terwijl hij dwars door het licht voortdurend voor zich uit tuurde. En na enige tijd zag hij aan de zwakke buitenste rand van het licht een schaduw die over het zand op hem toe kwam. Aanvankelijk was zij vormeloos, maar terwijl zij dichterbij kwam, nam zij de gestalte aan van een mens. Zij scheen op Ged toe te komen als een oude, grijze, grimmige man, maar juist toen Ged in de gedaante de smid, zijn vader, herkende, zag hij dat het geen oude man was maar een jongeling. Het was Jasper; Jaspers onbeschaamd, knap, en jong gezicht, zijn grijze mantel met zilveren gesp en zijn trotse gang. Er lag haat in de blik die hij Ged over de duistere kloof die hen scheidde toewierp. Ged stond niet stil, maar verlangzaamde zijn tred en hief tijdens het voortgaan zijn staf iets verder omhoog. De gloed werd sterker en in dit licht verloor de gestalte die daar naderde, het voorkomen van Jasper en werd Pechvarry. Maar Pechvarry’s gelaat was opgezwollen en bleek als dat van een verdronkene en hij stak de hand uit en maakte een vreemd gebiedend gebaar. Nog bleef Ged niet staan, maar hij ging verder hoewel er nu nog maar enkele meters tussen hen lagen. Toen werd het ding dat voor hem stond, iets volkomen anders; het breidde zich uit naar beide kanten alsof het twee ontzaglijke dunne vlerken ontvouwde, en het kronkelde zich, zwol op en schrompelde weer ineen. Ged zag voor een ogenblik Skiorhs witte gezicht en dan twee doffe starende ogen en dan plotseling een angstaanjagend gezicht dat hij niet kende, mens of monster met verkrampte lippen en ogen als gaten die afdaalden in een zwarte leegte.

Toen hief Ged zijn staf hoog op en de gloed nam toe tot ondraaglijke helderheid en zij brandde met zulk een wit en stralend licht dat zelfs dit oerduister erdoor uiteengerukt werd en verdreven. En dat vuur verteerde in het ding dat op Ged afkwam, alle gelijkenis met een mens. Het trok zich samen, schrompelde ineen, werd zwart en kroop op vier korte gespoorde poten over het zand. Maar het kwam nog steeds op hem toe en hief een blinde, vormeloze snuit naar hem op, zonder lippen, oren of ogen. Toen zij recht tegenover elkaar stonden, werd het in de brand van de witte tovergloed die het omgaf, volkomen zwart en zwoegde zich rechtop. Zwijgend ontmoetten elkaar nu mens en schaduw en bleven staan.

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «Machten van Aardzee»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Machten van Aardzee» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «Machten van Aardzee»

Обсуждение, отзывы о книге «Machten van Aardzee» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x