Robert Jordan - De Naderende Storm
Здесь есть возможность читать онлайн «Robert Jordan - De Naderende Storm» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Naderende Storm
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:5 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 100
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Naderende Storm: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Naderende Storm»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Naderende Storm — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Naderende Storm», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Schreeuwend tegen hen allemaal weefde hij draden van Lucht en Vuur. Lews Therin jankte in zijn hoofd, saidin probeerde hen allebei te vernietigen, en de stille stem in Rhands hart verdween. Een speldenprikje van licht groeide voor Rhand, ontspruitend aan het midden van de toegangssleutel. De wevingen voor lotsvuur draaiden voor hem, en de toegangssleutel werd feller terwijl hij meer kracht naar zich toe trok.
Bij dat licht zag Rhand het gezicht van zijn vader naar hem opkijken.
In doodsangst. Waar ben ik mee bezig?
Rhand begon te trillen, en het lotsvuur ontrafelde voordat hij tijd had het te laten gaan. Hij struikelde vol afgrijzen achteruit. Waar ben ik mee bezig? dacht Rhand opnieuw. Niet meer dan ik al eens heb gedaan, fluisterde Lews Therin. Tam bleef hem aanstaren, zijn gezicht beschaduwd door de nacht. O, Licht, dacht Rhand met doodsangst, schok en woede. Ik doe het weer. Ik ben een monster.
Terwijl hij aarzelend bleef vasthouden aan saidin weefde Rhand een Poort naar Ebo Dar en dook erdoorheen, vluchtend voor het afgrijzen in Tams ogen.
48
Toelichtingen
Min zat samen met de anderen in Cadsuanes kleine kamer te wachten op de uitkomst van Rhands ontmoeting met zijn vader. Een klein vuurtje brandde in de haard en lampen in elke hoek van de kamer schenen licht op de vrouwen, die zich bezighielden met verschillende dingen – borduren, verstelwerk en breien – om zich af te leiden van het wachten.
Min was de spijt van het sluiten van een bondgenootschap met Cadsuane voorbij. Spijt had ze in het begin gehad, in de eerste paar dagen toen Cadsuane Min vlak bij zich had gehouden en had gevraagd naar alle visioenen die ze over Rhand had gehad. Die vrouw was zo grondig als een Bruine en schreef alle visioenen en antwoorden op. Het leek wel alsof ze weer in de Witte Toren was! Min wist niet zeker waarom Nynaeves onderwerping aan Cadsuane die vrouw het recht had gegeven om Min te ondervragen, maar zo scheen Cadsuane het op te vatten. Samen met Mins onbehaaglijkheid als ze de laatste tijd bij Rhand was en haar eigen verlangen om erachter te komen wat Cadsuane en de Wijzen nu eigenlijk van plan waren, leek ze nu bijna al haar tijd bij die vrouw door te brengen. Ja, de spijt was gekomen en gegaan. Min was nu gelaten, met een spoortje frustratie. Cadsuane wist behoorlijk veel over de onderwerpen die Min bestudeerde, maar de vrouw deelde die kennis uit als wolkbessenzoet, een kleine beloning voor goed gedrag, er altijd op zinspelend dat er nog meer was. Dat weerhield Min van vluchten. Ze moest de antwoorden vinden. Rhand had ze nodig.
Met die gedachte in haar hoofd leunde Min naar achteren tegen de kussens van de bank en opende haar huidige boek, een werk van Sajius dat eenvoudigweg Toelichtingen bij de Draak heette. Eén regel erin bleef haar steeds bij, een zin die grotendeels werd genegeerd door degenen die de toelichtingen hadden geschreven. ‘Hij zal een kling van licht in zijn handen houden, en de drie zullen één zijn.’ De schrijvers vonden die zin te vaag vergeleken met andere delen, zoals dat Rhand de Steen innam of dat Rhands bloed zou worden vergoten op de rotsen van Shayol Ghul.
Aan dat laatste probeerde ze niet te denken. Het belangrijkste was dat veel van de Voorspellingen – met een beetje overpeinzing – in het algemeen logisch waren. Zelfs de regels over dat Rhand was gemerkt door de Draken en de Reigers was begrijpelijk, als ze er nu naar keek.
Maar hoe zat het met die ene regel? Een kling van licht verwees bijna zeker naar Callandor. En de ‘drie zullen één zijn’ dan? Enkele geleerden beweerden dat ‘de drie’ verwees naar de drie grote steden: Tyr, Illian en Caemlin. Of, als je toevallig een geleerde uit Cairhien was, naar Tyr, Illian en Cairhien. Het punt was dat Rhand veel meer dan drie steden had verenigd. Hij had Bandar Eban ook veroverd, en niet te vergeten het feit dat hij de Grenslanders onder zijn banier zou moeten brengen.
Maar hij was heerser – of zo goed als – in drie koninkrijken. Hij had Andor opgegeven, maar Cairhien, Illian en Tyr stonden rechtstreeks onder zijn bestuur, zelfs al droeg hij persoonlijk maar één kroon. Misschien betekende dit gedeelte dan toch wat de geleerden zeiden en joeg Min spoken na.
Waren haar onderzoeken even zinloos als de bescherming die ze had gedacht Rhand te kunnen bieden? Min, sprak ze zichzelf toe, zelfmedelijden brengt je nergens. Het enige wat ze kon doen was studeren, nadenken en hopen.
‘Dit klopt niet,’ hoorde ze zichzelf hardop zeggen. Ze hoorde Beldeine zachtjes snuiven aan de andere kant van de kamer. Min keek fronsend op.
De vrouwen die aan Rhand hadden gezworen – Erian, Nesune, Sarene en Beldeine – hadden gemerkt dat ze minder welkom bij hem waren naarmate hij de Aes Sedai minder ging vertrouwen. De enige die hij regelmatig bij zich liet, was Nynaeve. Dan was het niet zo vreemd dat de anderen hun weg hadden gevonden naar Cadsuanes ‘kamp’.
En hoe zat het met Mins eigen relatie met Rhand? Ze was nog steeds welkom bij hem; dat was niet veranderd. Maar er was iets mis, iets wat niet klopte. Hij trok muren op als ze bij hem was. Niet om haar buiten te houden, maar om zijn echte ik binnen te houden. Alsof hij bang was voor wat zijn echte ik zou doen, of kon doen, bij degenen die hij liefhad...
Hij heeft weer pijn, dacht ze toen ze hem door de binding voelde. Zoveel woede. Wat was er aan de hand? Ze voelde een steek van angst, maar duwde die weg.
Ze moest vertrouwen op Cadsuanes plan. Het was goed. Corele en Merise – die tegenwoordig bijna doorlopend bij Cadsuane waren – gingen door met borduren in hun stoelen bij de haard. Cadsuane had hun dat werk voorgesteld om hun handen bezig te houden tijdens het wachten. Het scheen dat de oude Aes Sedai maar zelden iets deed zonder de bedoeling daar iemand wat mee te leren. Van de Aes Sedai die aan Rhand hadden gezworen, was op het ogenblik alleen Beldeine hier.
Cadsuane zat naast Min en bladerde door haar eigen boek. Nynaeve liep heen en weer, en af en toe trok ze aan haar vlecht. Niemand sprak over de spanning in de kamer.
Waar hadden Rhand en Tam het over? Zou Rhands vader hem kunnen veranderen?
De kamer voelde overvol. Met drie stoelen op het kleed bij de haard, een bankje tegen de muur en Nynaeve die ijsbeerde voor de deur als een gevlekte hond, was er amper bewegingsruimte over. De gladde stenen muren gaven de kamer de sfeer van een kist, en er was maar één venster, dat open stond om de nachtlucht binnen te laten. Het licht straalde van de kooltjes in de haard en de lampen af. De zwaardhanden spraken op gedempte toon in de kamer ernaast. Ja, het was er vol, maar gezien haar verbanning had Cadsuane nog geluk dat ze kamers in de Steen had gekregen. Min zuchtte en ging terug naar Toelichtingen bij de Draak. Diezelfde zin drong zich weer aan haar op. ‘Hij zal een kling van licht in zijn handen houden, en de drie zullen één zijn.’ Wat betekende dat? ‘Cadsuane,’ zei Min, die het boek omhooghield. ‘Ik denk dat deze zin verkeerd is geïnterpreteerd.’
Weer snoof Beldeine zacht – bijna onhoorbaar – van minachting. ‘Heb je iets te zeggen, Beldeine?’ vroeg Cadsuane zonder op te kijken van haar eigen boek, een geschiedenis die De temming van de Kracht heette.
‘Niet met zoveel woorden, Cadsuane Sedai,’ antwoordde Beldeine luchtig. De Groene zuster had een gezicht dat sommigen aantrekkelijk zouden noemen, met sporen van haar Saldeaanse afkomst. Ze was jong genoeg om nog niet het leeftijdloze aanzien te hebben, en ze deed vaak te veel haar best om zich te bewijzen. ‘Je dacht overduidelijk iets toen Min sprak, Beldeine,’ antwoordde Cadsuane terwijl ze een bladzijde omsloeg. ‘Voor de dag ermee.’ Beldeine bloosde lichtjes; je merkte die dingen op als je veel omging met Aes Sedai. Ze hadden wel gevoelsreacties, alleen waren die erg fijntjes. Behalve natuurlijk als de betreffende Aes Sedai Nynaeve was. Hoewel ze beter was geworden in het beheersen van haar gevoelens, was ze... nou, ze was nog steeds Nynaeve.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Naderende Storm»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Naderende Storm» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Naderende Storm» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.