In een laatste poging zocht het slachtoffer naar houvast om zijn hoofd boven de wodka te houden. Zijn mond zat vol alcohol en hij moest hoesten, maar Igor Baikal bukte zich, pakte hem bij zijn haar en hield zijn hoofd onder de vloeistof. Zijn slachtoffer stuiptrekte nog enkele seconden, maar plotseling was ook dat voorbij.
Igor Baikal kwam overeind en keek naar het lichaam dat langzaam op de negenduizend liter wodka wegdreef. Opgelucht liep hij de ladder af. Hij wist heel goed dat zijn portier eigenlijk geen ernstige fout had gemaakt, maar helaas voor hem had Igor Baikal toch iémand nodig om zijn woede op te koelen.
Malko lag languit op bed naar de radio te luisteren, waarop Oekraïense liederen te horen waren. Toen ze hem in het Premier Palace had afgezet, was Tatiana naar vrienden van Vladimir Sevtsjenko gegaan. Malko had een bericht achtergelaten op de telefoonbeantwoorder van Donald Redstone, waarin hij een afspraak voor de volgende ochtend had gemaakt.
Door de wodka en de champagne had hij een zwaar hoofd, maar zijn gedachten waren nog helder.
Zijn gesprek met Igor Baikal had hem één ding duidelijk gemaakt: de daders van het complot tegen Joesjtsjenko waren overtuigd van hun onaantastbaarheid. Een man als Igor Baikal zou nooit zijn positie en fortuin op het spel hebben gezet als hij met zijn daden ook maar enig risico zou hebben gelopen. Maar het was eind december en de verkiezingen naderden, en alle peilingen wezen erop dat Viktor Joesjtsjenko de volgende president van Oekraïne zou worden. En dan werd het tijd voor een grote schoonmaak. Kennelijk hield Igor Baikal geen rekening met deze mogelijkheid. En daar kon maar één verklaring voor zijn: hij was er zeker van dat Viktor Joesjtsjenko geen president zou worden. Er werd dus een nieuwe aanslag op de kandidaat voorbereid. En dat leek onmogelijk, gezien de maatregelen die door zijn veiligheidsdienst waren genomen. Maar Malko wist dat je iemand nooit volledig kon beschermen…
Langzaam viel hij in slaap met deze verontrustende gedachten.
‘Oleg Budynok! Weet u dat zeker?’
Donald Redstone keek Malko vol ongeloof aan. Die kon niets anders doen dan knikken. ‘Die naam heeft Igor Baikal genoemd. Dat was toen hij er nog van overtuigd was dat ik niet levend uit zijn datsja zou komen. Hij had dus geen reden om te liegen. Waarom bent u zo verrast?’
‘Oleg Budynok is het hoofd van het presidentiële bestuursapparaat van Leonid Koetsjma,’ zei de Amerikaan. ‘Een van de machtigste mannen van Oekraïne. Hij schijnt nauwe banden met Rusland te hebben.’
Er viel een korte stilte. Toen herinnerde Malko zich plotseling dat de telefoon van de Oekraïner werd afgeluisterd.
‘Ik denk dat Igor Baikal direct na mijn vertrek Oleg Budynok zal hebben opgebeld.’
‘Dat zullen we gauw genoeg weten,’ zei het districtshoofd. ‘Ik verwacht elk moment een verslag van de gesprekken van gisteravond. Natuurlijk hebben we alleen de nummers, niet de inhoud van de gesprekken. Neem intussen koffie.’
Gedurende een halfuur doodden ze de tijd door over koetjes en kalfjes te praten. Totdat John Muffin, de adjudant van Donald Redstone, met een triomfantelijke glimlach de deur openduwde. Hij legde een dossier op tafel en zei: ‘Donald, dit is zeer interessant.’
Hij sloeg het dossier open en pakte een pagina vol met nummers en aantekeningen. ‘Kijk, gisteren om 21:42 uur heeft Igor Baikal het nummer 0665 495 1106 gebeld. Het gesprek duurde nog geen dertig seconden. Waarschijnlijk heeft hij een boodschap achtergelaten. Een halfuur later belde het nummer hem terug. Nu duurde het gesprek 17 minuten en 34 seconden. Intussen had onze afluisterdienst dat nummer ook afgetapt. Het blijkt dat daarvandaan een Russische mobiel is gebeld, nummer 903 562 8734. Helaas kunnen wie die mobiel niet lokaliseren.’
Malko’s hart bonkte in zijn keel. Dit was een reusachtige stap vooruit. Het Russische nummer was ongetwijfeld van degene die deze hele operatie organiseerde. Natuurlijk moest het belangrijkste nog gebeuren: hem identificeren.
‘We moeten hoe dan ook uitzoeken of het nummer 0665 495 1106 van Oleg Budynok is,’ zei hij.
‘Wacht, dat is nog niet alles,’ vervolgde John Muffin. ‘0665 495 1106 heeft meteen na zijn gesprek met Igor Baikal een andere Oekraïense mobiel gebeld: 044 539 2109.’
Donald Redstone zat op hete kolen. ‘Alleen Evgueni Tsjervanienko kan, dankzij zijn connecties bij Kievstar, erachter komen van wie die nummers zijn. Ik zal hem meteen een bericht sturen.’
‘Goed,’ besloot Malko. ‘Ik ga terug naar het hotel.’
Malko staarde naar buiten, waar een miezerige regen langzaam maar zeker overging in natte sneeuw. Op dat moment ging zijn telefoon. Hij herkende meteen de lage stem van Evgueni Tsjervanienko, de veiligheidsman van Viktor Joesjtsjenko.
‘Kunt u bij me langskomen?’ vroeg hij.
‘Natuurlijk,’ antwoordde Malko. ‘Meteen.’
‘Tak.’
Malko keek op zijn horloge. Tsjervanienko had snel gewerkt, het was net drie uur. Hij belde Tatiana, die op haar kamer op instructies zat te wachten. Ze was een uitstekende ‘babysitter’. De vorige dag had ze laten zien hoe vastberaden ze kon handelen. Ze troffen elkaar in de lobby en Tatiana stapte achter het stuur van de SLK.
Twintig minuten later kwamen ze het hoofdkwartier van de oranjerevolutie binnen. Het wemelde er van de vrijwilligers en leden van ‘Zonen van een vrij Oekraïne’, met hun oranje armbanden. Malko stelde Tatiana voor aan Evgueni Tsjervanienko, die er geen gras over liet groeien en voorlas van een vel papier dat op zijn bureau lag: ‘Het eerste nummer is van Oleg Budynok, hoofd van het presidentiële bestuursapparaat. Hij onderhoudt inderdaad nauwe banden met Igor Baikal, dus het is niet verwonderlijk dat hij hem belt.’
Malko zweeg, hij wilde in dit stadium nog niet vertellen over de link Baikal-Budynok-Oswacim. ‘En het tweede nummer, dat door Budynok is gebeld?’ vroeg hij.
‘Dat is van een zekere Anatoly Girka, een voormalig lid van de speciale eenheid van de SBU, de “Jachtluipaarden”. Hij is al heel lang een lijfwacht van Igor Baikal.’
‘Wat vindt u van dit telefoontje?’
Evgueni Tsjervanienko’s gezicht betrok. ‘Ik weet het niet. Misschien heeft die Anatoly Girka zijn baan aan Budynok te danken en fungeert hij als informant. Dat zijn alleen maar veronderstellingen. Budynok en Baikal trekken al heel lang samen op.’
‘Dank u,’ zei Malko. ‘Ik ga verder met mijn onderzoek en ik houd u op de hoogte.’
Pas toen hij terugreed naar de Amerikaanse ambassade ging er bij Malko een lichtje op. Alles paste precies in elkaar. Hij pakte zijn telefoon en koos snel het nummer van Igor Baikal. De Oekraïner nam vrijwel direct op.
‘Igor,’ zei Malko, nadat hij zich bekend had gemaakt, ‘ik ben niet rancuneus, maar ik denk dat ik je een zeer grote dienst kan bewijzen. Ik wil je spreken. Heel snel, het is in je eigen belang.’
Igor Baikal slaakte een soort geërgerd, sceptisch gebrul. ‘Waarvoor?’
‘Het is in jóúw belang,’ drong Malko aan. ‘Een razborka, zo je wilt…’
‘Goed,’ verzuchtte de Oekraïner.
‘Kom over een uur naar het Premier Palace,’ opperde Malko. ‘Nee, ik kom mijn huis niet uit. Kom maar hier, als je wilt.’ Zijn stem klonk beslist en Malko begreep dat hij hem niet van mening zou kunnen doen veranderen. ‘Goed dan, ik kom naar Osogorki,’ zei hij.
Even later zei hij tegen Tatiana. ‘We gaan terug naar Igor Baikal.’ Ze liet niets blijken. ‘Goed, we hadden hem gisteren moeten ombrengen, dat had ons een rit bespaard.’
‘Ik ga hem niet ombrengen,’ legde Malko uit, ‘maar we moeten wel op onze hoede zijn.’
‘Gaan er nog meer mensen mee?’ vroeg de Russin.
‘Nee.’
‘Goed.’
Ze stopte, stapte uit, deed de kofferbak open en kwam terug met een groot, in een deken gewikkeld voorwerp, dat ze op de achterbank legde.
Читать дальше