Albert Baantjer - De Cock en de bloedwraak
Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en de bloedwraak» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 1998, ISBN: 1998, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Cock en de bloedwraak
- Автор:
- Издательство:De Fontein
- Жанр:
- Год:1998
- Город:Baarn
- ISBN:90-261-0377-8
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Cock en de bloedwraak: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en de bloedwraak»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Cock en de bloedwraak — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en de bloedwraak», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
‘Aa n wie?’
Maria van Gendringen wees met een kromme vinger naar het tapijt.
‘Aan die juffrouw beneden.’
‘Die daar nu met een mes in haar rug ligt?’
‘Ja.’
‘Hoe heet ze?’
‘Jeanette… Jeanette van Zelhem.’
De Cock toonde bewondering.
‘Een mooie naam.’
Op het smalle spitse gezicht van Maria van Gendringen speelde een vals lachje.
‘De naam is wel mooi, ja…’
De Cock luisterde naar de toon. Hij hield zijn hoofd iets schuin en streek onder zijn kin.
‘Wat… eh, wat is er niet zo mooi?’
Maria van Gendringen antwoordde niet. Ze klemde haar dunne lippen op elkaar, hield haar hoofd omhoog en staarde naar het plafond. ‘Wat was er niet zo mooi?’ herhaalde de rechercheur dwingender.
Maria van Gendringen liet haar hoofd weer zakken, keek hem aan en wuifde de vraag weg. ‘Bij ons thuis zei men altijd: over de doden niets dan goeds .’
De Cock trok zijn gezicht in een beminnelijke plooi. ‘Dat is een heel nobel beginsel,’ sprak hij geduldig. ‘Maar Jeanette van Zelhem werd vermoord. Iemand stak haar dat afschuwelijke mes in haar rug. Ik wil weten waarom dat gebeurde. Ik wil haar moordenaar ontmaskeren. Dat is mijn vak. Daarom, voor de derde maal, wat was er niet zo mooi aan haar?’ Maria van Gendringen frunnikte aan haar jasschort. ‘Ik had het wel verwacht… vandaag of morgen. Het verbaast mij niets. Het is haar eigen schuld. Zoiets kon niet uitblijven.’ De Cock reageerde verrast. ‘U had deze moord verwacht?’ In zijn stem trilde ongeloof.
Maria van Gendringen maakte een opgewonden gebaar. ‘Moord… moord… niet direct moord, maar dat iemand op een keer wraak zou nemen…’ Ze maakte haar zin niet af en trok een pijnlijk gezicht. ‘Ze was zo’n fladderaarster, zo’n hupsakeemadam.’
De Cock glimlachte.
‘U bedoelt dat ze nogal dikwijls van minnaar wisselde?’ ‘Er kwamen steeds andere mannen bij haar over de vloer. Ik zei wel eens tegen mijn man: “Het is net alsof we beneden een bordeeltje hebben gekregen.”’
‘Was het zo erg?’
Maria van Gendringen trok haar gezicht strak.
‘In mijn ogen wel. Maar misschien ben ik wel een tikkeltje ouderwets.’
‘Kent u mannen met wie zij omgang had?’
‘U bedoelt… hun namen?’
De Cock tuitte zijn lippen.
‘Als u namen kent… andere aanduidingen, signalementen. Ik zou graag eens met een van die… eh, die vele mannen willen praten.’ Maria van Gendringen stak haar hand omhoog.
‘Die jongen hierboven van kantoor… Robert… Robert Maasveld… die kwam de laatste tijd veel bij haar.’ De vrouw van de conciërge schudde haar hoofd. ‘Zonde van die jongen.’ ‘Waarom?’
Maria van Gendringen zuchtte.
‘Een nette verschijning. Vriendelijk. Altijd keurig in het pak. Ik begrijp niet wat die jongen in zo’n… eh, ik bedoel… in die Jeanette ziet.’
De Cock spreidde zijn beide handen. ‘Liefde is blind.’ Maria van Gendringen reageerde emotioneel.
‘Wat ik zie,’ riep ze fel, ‘kan hij toch ook zien. Hij heeft zijn ogen toch niet in zijn zak zitten. Zelfs die eerste kerel van haar kwam nog regelmatig bij haar op bezoek.’
De Cock kneep zijn ogen iets samen.
‘Wat bedoelt u met eerste kerel ? Was Jeanette van Zelhem gehuwd?’
Maria van Gendringen schudde haar hoofd. ‘Ik bedoel, de man met wie ze samenleefde toen ze hier kwam wonen.’ ‘Wie was dat?’
‘Justus.’
De Cock kwam met een ruk naar voren. ‘Justus, zei u?’ Maria van Gendringen knikte.
‘Justus van Haemstede.’
10
De Cock blikte om zich heen.
‘Het lijk is al weg, zie ik.’
Vledder knikte.
‘Naar het mortuarium van Westgaarde. Je moet de hartelijke groeten van dokter Den Koninghe hebben. Het verbaasde hem dat je er niet was.’
De Cock glimlachte.
‘Heeft hij nog iets over het tijdstip van overlijden gezegd?’ ‘Hij vond de temperatuur van het lichaam nog vrij hoog en schatte dat ze niet langer dan ongeveer een uur of twee dood was.’
‘Heb je nog papieren gevonden?’
Vledder wees naar een nietig dressoirtje van notenhout. ‘Paspoort, verzekeringspapieren, chequeboek… alles ten name van Jeanette van Zelhem.’
De Cock knikte.
‘Dat klopt dan wel. Was er nog geld in huis?’
Vledder wees opnieuw naar het dressoirtje.
‘In de bovenste lade lag ruim vijfhonderd gulden aan contanten.’
‘Sporen van braak?’
Vledder schudde zijn hoofd.
‘Er is ook niets doorzocht. Ik heb het slot van die groene buitendeur bekeken. Er zit geen krasje op. Nog puntgaaf. Volgens mij moet ze haar moordenaar zelf hebben binnengelaten.’ De Cock wreef nadenkend over zijn kin.
‘Of hij was in het bezit van een sleutel.’ De oude rechercheur gebaarde achter zich. ‘Toen ik naar de woning van de conciërge ging, ben ik binnendoor gegaan. Vanuit dit souterrain kom je aan de achterzijde ongehinderd in de hierboven gelegen ruimten. De gang hier eindigt in een wenteltrap naar boven.’ Vledder fronste zijn wenkbrauwen.
‘Maar dat betekent ook dat men vanuit die andere ruimten ongehinderd in dit souterrain kan komen.’ Hij zweeg even. ‘Wat is hierboven?’
‘Kantoren en de woning van de conciërge.’
‘Dus iemand die een sleutel van het kantoor heeft, kan hier ook zo binnenstappen.’
De Cock knikte.
‘En volgens de vrouw van de conciërge had Jeanette van Zelhem omgang met ene Robert Maasveld… een jongeman, die hierboven op kantoor werkt.’
Vledder floot tussen zijn tanden.
‘Die moet dan een verrekt goed alibi hebben.’
De Cock reageerde niet.
‘Vingerafdrukken?’ vroeg hij.
Vledder grinnikte.
‘Ben Kreuger liep zwaar te mopperen. Het wemelt hier van de vingertjes en de greepjes, zei hij. Hij is ook met een koffer vol materiaal vertrokken.’
De Cock dacht na.
‘De vrouw van de conciërge had voor die Jeanette van Zelhem geen goed woord over. Ze noemde haar een fladderaarster, een hupsakee-madam.’
‘Waarom?’
‘Volgens de vrouw van de conciërge kwamen hier nogal wat mannen over de vloer… min of meer kortstondige minnaars. Als al die kerels hier hun vingerafdrukken hebben achtergelaten en Ben Kreuger kan ze identificeren, dan staat ons nog wat te wachten.’
‘Je bedoelt dat we, als we niet gauw een dader vinden, al die kerels moeten opzoeken en verhoren?’
‘Er zit niet veel anders op.’ De Cock keek zijn jonge collega vol in zijn gezicht. ‘En weet je wie hier ook regelmatig kwam, met wie Jeanette van Zelhem nog een tijdje heeft samengewoond?’ ‘Nou?’
‘Justus van Haemstede.’
De mond van Vledder viel half open.
‘Justus van Haemstede?’ herhaalde hij geschokt.
‘Ja.’
‘Dat… eh, dat is verdacht… puur verdacht.’
De Cock klemde zijn lippen op elkaar. Zijn brede kin kwam iets naar voren.
‘Je hebt gelijk,’ sprak hij vlak. ‘Vrouwen in de buurt van Justus van Haemstede schijnen een snelle dood te sterven.’
Toen De Cock de volgende morgen, veel te laat, de grote recherchekamer binnenstapte, trof hij Vledder achter zijn elektronische schrijfmachine. Zijn rappe vingers dansten over de toetsen.
Met zijn hoedje nog op en zijn regenjas aan, liep De Cock op hem toe. Zijn jonge collega, zo vond hij, zag er slecht uit. Zijn gezicht zag vaal en zijn ogen waren roodomrand.
‘Heb je vannacht niet geslapen?’
Vledder liet zijn vingers rusten en keek naar hem op. ‘Wat zeg je?’ vroeg hij verward.
‘Of je vannacht niet hebt geslapen?’
De jonge rechercheur schudde zijn hoofd.
‘Ik ging om drie uur naar bed en om zes uur sliep ik nog niet. Toen ben ik er maar uitgegaan. Ik had geen zin om langer te liggen woelen.’
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Cock en de bloedwraak»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en de bloedwraak» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en de bloedwraak» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.