Albert Baantjer - De Cock en moord in de hondsdagen
Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en moord in de hondsdagen» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 2008, ISBN: 2008, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Cock en moord in de hondsdagen
- Автор:
- Издательство:De Fontein
- Жанр:
- Год:2008
- Город:Baarn
- ISBN:978-90-261-2261-3
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Cock en moord in de hondsdagen: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en moord in de hondsdagen»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Cock en moord in de hondsdagen — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en moord in de hondsdagen», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Mevrouw Van Wijngaarden schudde haar hoofd.
‘Mijn man hield mij altijd voor om buiten het bereik van politiemensen te blijven. Petrus heeft mij dat zo vaak voorgehouden dat het voor mij bijna een obsessie werd. Als ik ergens een politieman zag staan, liep ik om hem te ontwijken een andere straat in.’
De Cock glimlachte.
‘Een vlucht met een rein geweten.’
Mevrouw Van Wijngaarden verschikte iets aan haar blouse.
‘Zo rein is mijn geweten niet. Ik heb in samenwerking met mijn man wel handelingen verricht waarvan ik de overtuiging droeg dat ze strafbaar waren.’
De Cock schudde zijn hoofd.
‘Nooit gearresteerd? Nooit veroordeeld?’
‘Ik heb nog steeds een blanco strafblad,’ zei mevrouw Van Wijngaarden met een glimlach.
De Cock gebaarde wat vaag in de ruimte.
‘Kent u het pand aan de Prinsengracht waar wij uw man hebben gevonden?’
Mevrouw Van Wijngaarden trok haar schouders op.
‘Nee. Ik wist van het bestaan van dat pand niet af. Ik heb van Alexander gehoord dat Petrus daar timmerwerk liet verrichten door een jonge bouwvakker.’
De Cock spreidde zijn handen.
‘Vreemd. U ging vaak met uw man mee op avontuur. En hij vertelde u niets over dat pand en de plannen die hij daarmee had?’
Mevrouw Van Wijngaarden glimlachte.
‘Petrus, mijn man, was altijd erg voorzichtig… steeds op zijn hoede. Hij was een man die op straat voortdurend omkeek of hij niet werd gevolgd. Als jij niets weet, zei hij altijd, kan je ook niet in de problemen komen.’
De Cock glimlachte fijntjes terug.
‘Wat niet weet, wat niet deert.’
Mevrouw Van Wijngaarden keek hem niet-begrijpend aan.
‘Dat spreekwoord ken ik niet.’
De Cock wuifde het weg.
‘Had uw man thuis een computer?’
‘Ja.’
‘En?’
‘Wat bedoelt u?’
‘Hebt u nooit eens naar de bestanden in de computer van uw man gekeken?’
Mevrouw Van Wijngaarden grinnikte.
‘Ik weet niet hoe zo’n apparaat werkt. Petrus heeft wel eens geprobeerd om mij de werking van zo’n ding uit te leggen. Hij gaf het op.’
‘Waarom?’
‘Volgens Petrus was ik een hopeloos geval. Te stom om er iets van te begrijpen. Ik moet u ook eerlijk bekennen dat het mijn interesse niet heeft.’
De Cock plukte even aan zijn neus.
‘Hoe gaat het met Bello, de hond van uw man.’
Mevrouw Van Wijngaarden fleurde iets op. Op de blanke huid van haar wangen kwamen zachtroze blosjes.
‘Heel goed, heel goed.’ Haar stem trilde een beetje. ‘Bello was niet alleen de hond van mijn man. Hij is ook mijn hond. Nu Petrus er niet meer is heb ik veel steun aan onze Bello. Ik heb mij aangeleerd om veel met hem te wandelen. Dat geeft rust en afleiding. De dood van mijn man heeft mij toch diep getroffen.’
De Cock knikte begrijpend.
‘Ik heb nu ongeveer een jaar een nieuwe hond… een zwarte dwergschnauzer. Ik heb mijn oude hond moeten laten inslapen. Dat heeft mij veel verdriet gedaan.’
Mevrouw Van Wijngaarden knikte beleefd.
‘Dat begrijp ik.’
Het verloop van het verhoor beviel De Cock niet. Hij zocht naar mogelijkheden om door het vlakke, bijna emotieloze pantser van de vrouw te breken.
‘U hebt geen kinderen?’
Mevrouw Van Wijngaarden schudde haar hoofd.
‘Petrus vond dat de mentaliteit van de huidige mens op aarde niet geschikt was om aan de wereldpopulatie een nieuw creatuur toe te voegen.’
‘Cynisch.’
‘Zo was Petrus,’ antwoordde ze schouderophalend. ‘Wij hadden daarover wel eens verschil van mening. Om een eventueel kind van jezelf een creatuur te noemen, vond ik verschrikkelijk. Het is zo negatief.’ Ze zweeg even. ‘De laatste jaren,’ ging ze nadenkend verder, ‘kreeg Petrus steeds meer misantropische trekken.’
De Cock glimlachte.
‘Dat verklaart wellicht zijn instelling om weerloze dieren te beschermen.’ De oude rechercheur keek haar strak aan en lette op elke gelaatsexpressie. ‘Het is toch hemeltergend dat er dieren worden gefokt voor de vivisectie?’ zei hij streng.
Mevrouw Van Wijngaarden reageerde onbewogen.
‘Dat is erg.’
De Cock zocht een andere invalshoek.
‘Had uw man, zoals de andere topfiguren van de Stichting Leefgenoten, een donkergroene Cadillac?’
Mevrouw Van Wijngaarden knikte.
‘Zeker. De wagen staat in de garage. Mijn man had hem in bruikleen, zoals de anderen. Een soort statussymbool. Ik vermoed dat de Stichting de wagen nu, na de dood van mijn man, weer zal opeisen.’
De Cock zuchtte.
‘Ons onderzoek naar de gewelddadige dood van uw echtgenoot verloopt moeizaam. Mogen we de bestanden in de computer van uw man eens bekijken? Wellicht vinden we daarin aanwijzingen die naar de dader voeren.’
Mevrouw Van Wijngaarden knikte gedwee.
‘U komt maar kijken. U weet waar ik woon.’
De Cock streek even met zijn pink over de rug van zijn neus. Het was een gebaar om tijdwinst.
‘Wat is de reden,’ formuleerde hij voorzichtig, ‘dat u vandaag uw aversie jegens de politie hebt laten varen en met uw vriend Alexander bent meegekomen naar de Warmoesstraat?’
Voor het eerst tijdens het onderhoud toonde mevrouw Van Wijngaarden enige emotie. Haar onderlip trilde en haar handen schoven nerveus over haar knieën.
‘Ik… eh, ik ben bang. Bang dat ik gevaar loop. Vanmorgen belde mevrouw Van Breukelen uit Bussum mij en vertelde dat ook haar man was vermoord.’
De Cock hield zijn hoofd iets scheef.
‘En op basis van die angst bent u gekomen?’
‘Petrus en Herman van Breukelen waren vrienden. Ze konden het heel goed met elkaar vinden. Zij hadden dezelfde ideeën, dezelfde inzichten, en ook dezelfde vijanden. En vijanden van hen… zijn ook vijanden van mij. Daarom vrees ik voor mijn leven.’
Toen Alexander van Waalwijk en mevrouw Van Wijngaarden uit de grote recherchekamer waren vertrokken schoof Vledder een van de stoelen opzij en ging er achterstevoren op zitten, naast De Cock.
‘Vind jij dat haar leven gevaar loopt?’
De Cock maakte een schouderbeweging.
‘Geen idee,’ reageerde hij kribbig. ‘Iemand had een reden om haar man te vermoorden. Of die reden ook voor zijn vrouw geldt…’ Hij maakte zijn zin niet af. ‘Om ons van moeilijkheden te vrijwaren moeten we er wel voor zorgen dat in de komende dagen in de deftige Vondelstraat extra wordt gesurveilleerd.’
Vledder klemde zijn armen om de leuning van zijn stoel.
‘Je had haar toch kunnen vragen wie zij als vijanden van haar en haar man zag?’
De Cock grijnsde.
‘Dat antwoord ken ik al: Frederik van Beveren en Thomas van Uitdam.’
Vledder grinnikte.
‘Ik vond het handig van je hoe je het onderwerp honden voor vivisectie ter sprake bracht.’
De Cock snoof.
‘Ze gaf geen enkele reactie.’
Vledder fronste zijn wenkbrauwen.
‘Zou ze van de forse ommezwaai in het beleid van de Stichting Leefgenoten weten?’
De Cock spreidde zijn handen.
‘Ik krijg geen hoogte van die vrouw. Ze is naar mijn gevoel veel intelligenter dan ze zich voordoet. Verder is ze mooi, aantrekkelijk. Het kastanjebruine haar is een goddelijke gift. Toen ik bezig was met mijn verhoor dacht ik plotseling aan Femmy de Boer. Ook een mooie vrouw. Maar als ik tussen die twee mocht kiezen… koos ik het hoertje.’
Vledder keek hem verwonderd aan.
‘Denk jij aan zulke dingen tijdens een verhoor?’
De Cock grijnsde.
‘Dit keer.’
Vledder lachte.
‘Oude…’
Verder kwam hij niet.
De deur van de grote recherchekamer werd opengeduwd en Hans Rijpkema kwam opgewekt naar binnen stappen. De Cock stond direct van zijn stoel op en begroette hem hartelijk. De grijze speurder had jaren geleden nog met hem samengewerkt bij de recherche aan bureau Warmoesstraat. Daarna was Hans Rijpkema een wilde tocht door het politiekorps begonnen. Omdat hij goed kon paardrijden kwam hij eerst bij de ruiterij terecht. Na enige strubbelingen werd hij op het hoofdbureau bij de herkenningsdienst geplaatst.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Cock en moord in de hondsdagen»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en moord in de hondsdagen» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en moord in de hondsdagen» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.