Albert Baantjer - De Cock en moord in de hondsdagen
Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en moord in de hondsdagen» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 2008, ISBN: 2008, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Cock en moord in de hondsdagen
- Автор:
- Издательство:De Fontein
- Жанр:
- Год:2008
- Город:Baarn
- ISBN:978-90-261-2261-3
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Cock en moord in de hondsdagen: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en moord in de hondsdagen»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Cock en moord in de hondsdagen — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en moord in de hondsdagen», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
‘U bedoelt?’
De Cock glimlachte.
‘Van een groep fanatieke dierenactivisten die onder meer houders van pelsdieren lastigvielen, bent u omgezwaaid naar het fokken van honden voor vivisectie. Dat kan men wel een revolutie noemen.’
‘Een revolutie. Zeker. Maar niet zonder slag of stoot,’ begon Van Uitdam. ‘Denkt u niet dat wij, Frederik van Beveren en ik, onmiddellijk stonden te juichen.’
‘Niet?’
Van Uitdam schudde zijn hoofd.
‘Het idee was van onze voorzitter. Van Wijngaarden was meteen enthousiast. Maar Van Beveren en ik hadden toch onze bedenkingen. Wij vonden het idee volkomen in strijd met de doelstellingen van de stichting en weigerden onze medewerking.’
De Cock keek hem niet-begrijpend aan.
‘Waarom ging u overstag?’
Thomas van Uitdam zuchtte.
‘Financiën.’
De Cock reageerde met verwondering.
‘De Stichting Leefgenoten is toch rijk?’
Van Uitdam schudde zijn hoofd.
‘De donaties liepen sterk terug. Het leek alsof de mensen steeds minder bereid waren om onze activiteiten financieel te steunen.’
De Cock trok rimpels in zijn voorhoofd.
‘Er waren toch grootste plannen… een hoofdkantoor in het centrum van Amsterdam?’
Thomas van Uitdam trok een brede grijns.
‘En een hoerenstulpje voor Petrus van Wijngaarden achter in de tuin.’
De Cock hem strak aan.
‘Pleegde Van Wijngaarden financieel wanbeheer? Hebt u hem daarom uitgeschakeld?’
‘U verdenkt Van Beveren en mij van moord?’ Van Uitdam klonk geschokt.
De Cock antwoordde niet.
‘Financieel wanbeheer,’ vulde hij aan, ‘is een gangbaar motief voor moord. Ik heb begrepen dat Petrus van Wijngaarden in vele opzichten een eigen weg volgde en daarbij meestal de steun van de voorzitter kreeg.’
Van Uitdam knikte traag.
‘Dat is juist. Van Beveren en ik hebben onze voorzitter daarover vele malen aangesproken. Maar Van Breukelen wilde zijn koers niet wijzigen.’ Hij ademde diep. ‘En wij wilden geen definitieve breuk.’
De Cock knikte begrijpend.
‘Daarom ging u overstag?’
‘Juist.’
De Cock boog zich iets naar hem toe.
‘Bent u,’ vroeg hij traag, ‘gisteravond naar Bussum gereisd om te proberen Van Breukelen alsnog tot andere gedachten te brengen?’
‘Nee. Ik niet.’
‘U had toch een afspraak met hem?’
Van Uitdam schudde zijn hoofd.
‘Ik ben gisteravond laat met mijn gezin teruggekomen van een vakantie in Spanje. Ik heb nog geen tijd gehad om afspraken te maken.’
De Cock kauwde even op zijn onderlip.
‘Waaruit bestaat uw gezin?’
‘Ik ben getrouwd. Ik heb een vrouw en twee dochters… tieners nog.’
‘Die vormen uw alibi?’
Thomas van Uitdam keek hem verward aan.
‘Wat… eh, wat bazelt u!’ riep hij verward. ‘Voor wie, voor wat heb ik een alibi nodig?’
De Cock keek de man onbewogen aan.
‘Mevrouw Van Breukelen beweert dat u middels haar een afsprak had met haar vermoorde man.’
‘Vermoorde man?’ riep Van Uitdam geschrokken.
De Cock knikte.
‘Herman van Breukelen is… net als Van Wijngaarden… met revolverschoten afgemaakt.’
Thomas van Uitdam keek hem verbijsterd aan.
‘Verschrikkelijk.’
De oude rechercheur spreidde zijn armen.
‘Ik heb geen keus,’ sprak hij somber. ‘De politie van Gooi en Vechtstreek heeft per telex uw opsporing, aanhouding en voorgeleiding verzocht. Ik arresteer u als verdacht van de moord op Herman van Breukelen.’
12
‘Thomas van Uitdam… is hij weg?’
De Cock knikte traag.
‘Op… eh, op transport naar onze collega’s van de politie Gooi en Vechtstreek.’
Vledder keek De Cock peilend aan.
‘Je bent er niet blij mee?’
De oude rechercheur schonk hem een droeve grijns.
‘Echt, ik deed het met pijn in mijn hart. Heb je op zijn gezicht gelet! Hij was door zijn arrestatie in zake moord totaal verbijsterd.’
Vledder snoof.
‘Begrijpelijk, als je onschuldig bent.’
‘Jij gelooft in zijn onschuld?’
Vledder knikte.
‘Absoluut. Jij niet?’
De Cock maakte een hulpeloos gebaar.
‘Waarom hebben ze niet eerst contact met ons opgenomen? Dan hadden wij het een en ander kunnen uitleggen. Dat verrekte opsporingsbericht van die lui uit het Gooi kan en mag ik niet negeren. Het zou mijn ontslag betekenen. Ik hoop alleen dat Thomas van Uitdam inderdaad een goed alibi heeft. Dan moeten ze hem na een verhoor weer in vrijheid stellen.’
‘En kan hij schadevergoeding eisen.’
De Cock gromde.
‘Niet van mij.’
‘Kunnen wij dat alibi van Thomas van Uitdam niet voor hem vaststellen?’ vroeg Vledder. ‘Het moet toch niet moeilijk zijn om zijn familie te achterhalen.’
De Cock schudde zijn hoofd.
‘Ik ben feitelijk al te ver gegaan om Thomas van Uitdam hier aan de Warmoesstraat te verhoren. Ik kan dat alleen verantwoorden door te stellen dat ik zijn verhoor nodig had in verband met ons onderzoek naar de moord op Petrus van Wijngaarden.’
Vledder grinnikte vreugdeloos.
‘Het is toch een ramp,’ riep hij emotioneel, ‘om zo’n onderzoek te moeten splitsen omdat een van de moorden in dezelfde zaak buiten Amsterdam wordt gepleegd. Wij worden daardoor in ons werk ernstig belemmerd.’
De Cock knikte.
‘Het wordt tijd voor het oprichten van een nationale recherche met bevoegdheden in het hele land. Dit is de eenentwintigste eeuw. Wij leven toch niet meer in de tijd van de Hoekse en Kabeljauwse twisten?’
Vledder lachte.
‘Waren die er?’
De Cock knikte nadrukkelijk.
‘Die twisten hebben zelfs bijna anderhalve eeuw geduurd. Van rond 1350 tot het einde van de 15e eeuw. En het woord “twisten” is overigens een veel te zoete weergave. Het was een steeds weer oplaaiende complete oorlog. Over en weer vermoordde men elkaar met de grootst mogelijke passie.’
‘Dwaas.’
De Cock glimlachte.
‘Zo oordelen wij nu. Terecht. Het was een dwaze geschiedenis. Het is alleen de vraag hoe de mensen eeuwen na ons over de wereldsituatie van nu zullen oordelen.’
Vledder gniffelde.
‘Ik weet het: dwaas.’
De telefoon op het bureau van De Cock rinkelde. De jonge rechercheur greep de hoorn. Na enige seconden hield hij zijn hand voor het spreekgedeelte.
‘Het is de wachtcommandant. Beneden voor de balie staan een man en een vrouw. Ze vragen naar rechercheur De Cock. Kun je ze hebben?’
De grijze speurder knikte gedwee.
Even later ging de deur van de grote recherchekamer langzaam open en in de deuropening verscheen een lange statige man, onberispelijk gekleed in een effen grijs kostuum met een rode stropdas. De Cock herkende hem onmiddellijk, het was Alexander van Waalwijk.
Hij keek toe hoe Van Waalwijk in rustige tred naderbij kwam. Voor zijn bureau bleef hij staan en duimde over zijn schouder.
‘Buiten op de bank zit Betsy… eh, ik bedoel mevrouw Van Wijngaarden. Ze had u al verwacht in haar huis aan de Vondelstraat.’
De Cock maakte een verontschuldigend gebaar.
‘Daar zijn wij jammer genoeg nog niet aan toe gekomen.’
Hij wuifde vrolijk naar de deur.
‘Laat mevrouw binnenkomen, dan zetten we er nog een stoel bij. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd.’
De Cock leunde in zijn stoel achterover en keek de vrouw die voor hem was gaan zitten met welgevallen aan. De omschrijving die Alexander van Waalwijk van haar had gegeven, was juist.
Mevrouw Van Wijngaarden was een mooie vrouw. Ze had grote glanzende bruine ogen en haar haren glommen inderdaad als gepoetste kastanjes. Die kleur gaf een bijzonder effect… een fraaie, bijna feeërieke omlijsting van de blanke huid van haar gezicht.
‘Mij werd ingefluisterd,’ zo opende De Cock vriendelijk, ‘dat u een aversie hebt tegen de politie. Heeft u afschuwelijke ervaringen gehad met de vertegenwoordigers van de heilige hermandad?’
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Cock en moord in de hondsdagen»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en moord in de hondsdagen» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en moord in de hondsdagen» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.