J. Balen - Onder de Mooren

Здесь есть возможность читать онлайн «J. Balen - Onder de Mooren» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: foreign_antique, foreign_prose, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

Onder de Mooren: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Onder de Mooren»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Onder de Mooren — читать онлайн ознакомительный отрывок

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Onder de Mooren», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

– En nu, zeide de kapitein, wanneer gij lust hebt de wandeling nog verder uit te strekken, zullen we de marktplaats gaan bezoeken.

– Gaarne, antwoordde de luitenant.

Men ging de straat weder in, den vorigen weg terug en door een paar Moorsche poorten gegaan zijnde, bevond men zich opeens buiten de stad.

Op het oogenblik, dat men dicht bij de marktplaats, Soc-di-Barra genaamd, genaderd was, kwam ons gezelschap een troep gillende en huilende straatjongens en leegloopers tegen. Die troep begaf zich naar de stad. Toen de bende straatjongens voorbij was, ontwaarde men in het midden van den volkshoop een neger en een mulat, beiden op ezels gezeten en omringd door een troep Arabieren, met stokken gewapend. Het waren soldaten, die buiten de stad een paar dieven hadden gevangen. Zij hadden te zamen op de markt eene geit gestolen en er zich een heel eind mede uit de voeten gemaakt, toen de diefstal werd ontdekt en de twee ongelukkigen werden ingehaald. De arme drommels waren voor het grootste gedeelte naakt en hunne aangezichten waren vertrokken van angst; het zweet en het stof maakten hunne huidkleur grauw. De soldaten hieven tusschenbeide de stokken op en striemden de naakte ruggen dier twee ongelukkigen, dat het afgrijslijk was om te zien. Het bloed liep hun langs de donkere huid en bij elken slag weerklonk een koor van gegil en gebrul uit de bende volks.

– Afgrijslijk, afschuwelijk, riep de luitenant uit, en dat volk vindt daar vermaak in?

– O, 't is slechts een voorproefje van hunne straf, zeide de kapitein; zij hebben gestolen. Men gaat hun de hand afhakken.

– Wat, riep de luitenant, de hand afhakken voor een diefstal van zoo weinig beteekenis?

– Ja, antwoordde de kapitein, op die wijze straft men hier te lande. Alle kleine misdrijven straft men met eene barbaarsche wreedheid. Let eens op hoeveel gij er zult ontmoeten in dit land, die aan één of de beide oogen blind zijn. En dit is niet de blindheid, zooals wij ze kennen, maar eene blindheid veroorzaakt door het uitsteken der oogen. O! ik verzeker u, 't is afschuwelijk, wanneer ge daarvan praten wilt, die donkere, fiere, dikwijls eerwaardige gezichten met ledige oogholten. Het is een aanblik, die zeer doet.

De luitenant en Dries rilden.

Men was intusschen de marktplaats Soc-di-Barra genaderd. Het was een uitgestrekt terrein op de glooiing van een heuvel, rijzend en dalend, hier een eind vlak, daar vol putten. Halverwegen de helling werd men vier witte muren gewaar. Het was het graf van een heilige. Hoogerop lag het kerkhof. Aan den voet op het vlakke gedeelte zat een troep Arabische vrouwen, allerhande groenten en fruit te koop hebbende, die vóór haar lagen tentoongesteld. Het terrein rondom het graf van den heilige was ingenomen door een troep kameelen en kameeldrijvers, die onder de schaduw der enkele vijgen- of aloëboomen, die hier en daar verspreid stonden, rustig lagen of neergehurkt zaten te droomen. Het liep reeds tegen den avond. De hemel, rood van de ondergaande zon, kleurde alles in gouden gloed. Die rosse stralen verlichtten de tenten der Arabieren op het hooge gedeelte der helling, verlichtten de Arabieren, die, in hunne witte mantels gehuld, onbeweeglijk als beelden op het kerkhof stonden, en gaven aan het geheel zoo'n echt Oosterschen glans, zoo'n schilderachtig effect, dat onze vrienden opgetogen van bewondering bleven staan. Bovendien heerschte hier niet die vervelende drukte van onze marktplaatsen. Stilte en rust lagen over alles uitgespreid; 't was alsof men eene schoone schilderij voor zich zag.

De kapitein was de eerste, die de stilte afbrak.

– Komaan, vrienden! zeide hij; laten we hier niet blijven staan, er valt voor ons nog veel te zien; voorwaarts, opdat de nacht ons niet overvalle.

– 't Is ook zoo schoon, sprak luitenant Frank, kijk, kapitein! dit tafereel verzoent mij weder met al het onaangename, dat ik vandaag heb gezien.

– Ik geloof het gaarne, antwoordde de kapitein, gij zegt dat zeer terecht. Enkele schoone verheven tafereelen binden den reiziger aan de overigens onbeschaafde landen. En 't is goed, dat alles bij zijne schaduw- ook zijne lichtzijde heeft, anders zou er thans, voorwaar! niet zooveel bekendheid bestaan omtrent vreemde landen, volken en toestanden. Maar komaan! laten we eens zien wat daar voorvalt.

Dit zeggende, begaf de kapitein zich naar eene plek, waar een troep volks rondom een ouden Arabier geschaard stond. Hij vertelde. Het was een knappe kerel, met donkere gelaatskleur, heldere fonkelende oogen en langen grijzen baard. Hij had een wit kleed aan, om het hoofd saamgebonden met een kemelsharen koord. Twee muzikanten begeleidden hem, op eene zachte klagende manier, met eene fluit en eene trom. Hij begon, zooals altijd, met een gebed, en daarna volgde het verhaal. Zijne heldere stem, gepaard aan eene langzame, duidelijke voordracht, deed hem op verren afstand verstaan. Zijne bewegingen waren vol vuur en leven, en gaven zoo duidelijk de verschillende voorvallen weer, dat onze Hollanders, hoewel de taal niet verstaande, nochtans gevoelden en begrepen wat hij sprak.

– Hij verhaalt van een krijgstocht, zeide de kapitein, let op hoe duidelijk hij alles voordraagt. Zie, hoe hij den uittocht ten strijde weergeeft met het gejubel van de stamgenooten, die den strijders geluk toewenschen op hun tocht. Hoor, hoe hij den marsch teekent, hoe hij verhaalt, waarmede de krijgers zich op den marsch bezighielden met fantasia of lab-el-barode, dat verrukkelijke spel, dat elke beweging van den strijd vertoont. Zie, alles geeft hij even duidelijk, even bewonderenswaardig weer: het stil naderen om den vijand te overvallen, het beraadslagen hoe den aanval te doen, het geweldige van den onverhoedschen aanval, het verschrikkelijke van het gevecht, de wanhopige woede van den vijand, die zijne bezittingen en zijn leven ten duurste verdedigt, de overwinning, het verbranden van het vijandelijke dorp, en eindelijk den triumftocht naar huis, waar men met gejuich wordt ingehaald. Hoor, hoe zijne laatste woorden wegsterven in de onstuimige bijvalsbetuigingen van het publiek.

– Ja, dat is onnavolgbaar, dat is verrukkelijk schoon, riep de luitenant uit.

Intusschen was de kring van toehoorders uiteengegaan en onze luitenant bood den verhaler een geldstuk aan, dat de Arabier met trotsche waardigheid aannam.

Na eenige oogenblikken rondgekeken te hebben, nam ons gezelschap den terugtocht naar de stad aan. In een der poorten, die men doorging stond een heilige tegen den muur geleund om giften in te zamelen. Het was een stevige kerel met een allergemeenst uitzicht. Met de oogen strak in de lucht starend, scheen het alsof hij niets zag van hetgeen er nevens hem omging. Slechts nu en dan, als iemand hem met eerbied naderde, stak hij met een onverschillig gebaar de hand uit en nam de gift aan die men hem gaf. Toen onze vrienden onder de poort waren gekomen, sloeg de heilige de oogen op hen en zag hen onbeschaamd aan. De luitenant, dit voor het zwijgende verzoek om een aalmoes aanziende, nam, aan eene opwelling van edelmoedigheid gehoor gevende, een handvol floe's, een koperen munt ter waarde van nog geen halven cent, en wierp ze den man in de hand. Dries den kerel, wiens aanhoudend onbeschaamd aangapen hem vertoornde, willende dwingen voor zich te zien, beantwoordde dat met eene even minachtenden uitdagenden blik, toen de heilige op eens een stap voorwaarts deed en Dries in het gelaat spoog.

Dat was te veel voor Dries. Als een woedend dier sprong hij op den heilige toe, en hem met de linkerhand bij de keel grijpend, gaf hij hem met de andere een vuistslag tusschen de oogen, die hem zeer alledaags tegen den muur deed tuimelen. Doch bijna nog voor hij gevallen was, sprong de schurk op en zijn knuppel opheffend, was hij gereed Dries een wel gemikten slag toe te brengen, toen deze, den slag ziende aankomen, snel bukte, den kerel bij de beenen greep en hem met een hevigen smak op den grond wierp. In een oogwenk had hij hem nu zijnen knuppel afgenomen en bleef in afwachting of de heilige soms een tweeden aanval zou wagen.

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «Onder de Mooren»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Onder de Mooren» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «Onder de Mooren»

Обсуждение, отзывы о книге «Onder de Mooren» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x