Edmund Banfield - Bekentenissen van een strandvonder
Здесь есть возможность читать онлайн «Edmund Banfield - Bekentenissen van een strandvonder» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: foreign_antique, foreign_prose, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:Bekentenissen van een strandvonder
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
Bekentenissen van een strandvonder: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Bekentenissen van een strandvonder»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
Bekentenissen van een strandvonder — читать онлайн ознакомительный отрывок
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Bekentenissen van een strandvonder», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Honderden zeezwaluwen ( Sterna , zes soorten) leggen hun eieren tusschen de glinsterende koraalbrokken op het strand, waar zij haast niet van de aangespoelde koralen en gebleekte schelpen zijn te onderscheiden, doordat hun kleur: roomwit met grijze, bruine en purpere vlekjes en spikkels, in volkomen overeenstemming is met de omgeving. Zij zijn een groote lekkernij, zoet, voedzaam en vrij van vischachtigen bijsmaak. Als de donzen jongen zijn uitgekomen, zijn ook zij nagenoeg onzichtbaar. Onbewegelijk blijven zij liggen, al staat men vlak bij en zelfs wanneer men ze opneemt verroeren zij zich niet. Gedoken naast een stuk koraal of een verweerd brok wrakhout geven zij een allermerkwaardigst voorbeeld van kleur-aanpassing. Eerst wanneer men een verbleekt stuk hout opneemt, bemerkt men tot zijn verbazing dat het voor de grootste helft uit een weeke massa bijeengedrongen jonge vogels bestaat. Deze teere diertjes zijn door niets anders dan door hun kleur beschermd en wanneer zij niet van hun geboorte af begiftigd waren met een verwonderlijk besef van hun hulpeloosheid, zou de soort al heel gauw zijn uitgestorven, want voortdurend zweven de scherpziende sperwers boven hen om hen bij de minste beweging die zij maken op te pikken. En hoe weerstaan die hulpelooze klompjes roomachtige vlokken de brandende hitte der zon? Vele kruipen onder de armelijke schaduw van schelpen of brokken koraal weg, maar de meesten zijn toch den geheelen dag blootgesteld aan de onmiddellijke zonnestralen, die de koralen zoo gloeiend maken dat zelfs de geharde strandvonder ze nauwelijks kan betreden. Gilbert White verhaalt van een paar vliegensnappers, die ondoordacht hun nest op een ondragelijk heete plaats hadden gebouwd en die gedurende de heetste uren met uitgespreide vlerken en wijdgesperde, naar adem snakkende bekken, hun jongen beschutten. Een dergelijke ouderliefde waakt niet over de jonge zeezwaluwen en zoodra er een, door dorst gekweld, bezwijkt voor de steeds aanwezige verlokking van het zeewater en zich beweegt om te gaan drinken, valt zij meestal in de klauwen van den sperwer.
De ouders van de witvleugelige zeezwaluw ( Sterna sinensis ), de meest nymph-gelijke aller vogels, cirkelen voortdurend in krijschende zwermen boven de zee, speurend naar de kleine vischjes die zij in rijkelijke hoeveelheden aan hun jongen brengen. Onbegrijpelijk is het hoe deze honderden vogels elk hun eigen jong onder al de in vorm en kleur volkomen gelijke dieren herkennen.
Op een ander eiland van het Barrier-Reef pasten sommige soorten van zeevogels zich spontaan bij veranderde omstandigheden aan. Ook zij waren gewoon hun eieren zorgeloos in het zand te leggen. Totdat een vleesch-minnend kolonist geiten op het eiland invoerde, die tusschen de eieren rondloopend de hoop der vogels op nakomelingschap verijdelden. Sindsdien begonnen de vogels, buiten het bereik der geiten, nesten te bouwen in de dwergboomen. Op een naburig eiland echter, waar geen geiten waren, veranderden zij hun gewoonte niet.
De bruinvleugelige zeezwaluw voedt haar jong op in de koele, duistere grotten tusschen de rotsen. Dikwijls laat zij zich liever vangen, dan haar tegenwoordigheid door een vrijwillige vlucht te verraden. Zij is een van de meest gracelijke zeezwaluwen, bruin op den rug en groenachtig-wit aan den onderkant. Zij is ook zeer luidruchtig en „keft” als een terriër zoodra vreemde indringers in den broedtijd het eiland naderen. De jongen, in schemerige schuilhoeken weggekropen, hebben de blauwgrijze kleur der rotsen.
De blauwe klipreiger bouwt een ruw nest van takken op de kanten der rotsen, dikwijls bij de wortels van de brons-orchidee ( Dendrobium undulatum ) en tracht de indringers door een schril gekrijsch, waarmede hij onnoozel de tegenwoordigheid van bleekblauwe eieren of hulpelooze jongen verraadt, te verjagen. Als de blauwe reiger vliegt, met zijn langen hals stijf tusschen de schouders, is hij alles behalve gracieus, maar onder andere omstandigheden is hij toch een niet onbevallige vogel. Ik nam hem meestal met een verrekijker op een afstand waar, omdat de vogels zich dan natuurlijker gedragen. Eens zag ik een zeesnip aan het strand op een steen staan bezig met krabben pikken. Een blauwe reiger wiekte naast haar neer en de zeesnip hipte weg naar een andere rots. De reiger strekte zijn hals uit en pikte in een oogenblik een spartelenden visch uit het water, dien hij met een ruk van zijn kop in de goede richting keerde en verzwolg. Een nieuw acteur kwam nu in het gezichtsveld van mijn kijker, het wijfje van den reiger, dat zich naast haar heer en meester op een steen nederliet. Maar hij was blijkbaar uit zijn humeur: de kuifjes op zijn schouders, zijn lange nekveeren en zijn rudimentaire kam rezen toornig overeind en hij snapte vinnig naar haar. „Wat doe je hier, zoek zelf een rots, hier ben ík bezig.” Maar toen scheen hij te bedenken dat huiselijke twist in tegenwoordigheid van derden ongepast is – de bruine zeesnip zat naar hen te kijken – zijn veeren gingen weer liggen en hij maakte plaats voor zijn eega op het beste punt van de rots. Op één been stonden zij daar nu, schouder aan schouder, een toonbeeld van echtelijk geluk. Ik merkte op dat zij nu ook naar hartelust mocht visschen; geen veer zette hij meer als protest op, ofschoon zij al wat maar voorbij kwam verzwolg.
Het laagliggende Mung-um-gnackum, het verblijf der verschillende honingvogels en der stille duif, de broedplaats van den geitenmelker ( Caprimulgus ), ligt met het lieflijke Kumboela in het zuidwesten op ongeveer een halve mijl afstand.
Kumboela, welbeschut, is dicht begroeid. Een steil grasplateau grenst aan de blauwgroene rotsen in het zuidoosten en langs de steile zeekust groeien lage struiken en dwerg-casuarina’s. Het is hier een natuurlijke volière: duiven kirren, honingzuigers fluiten, zonnevogels kwinkelen teere, vlugge tonen en de boschzwaluwen kweelen al stijgend. Metaalglanzende spreeuwen zoeken een veilige slaapplaats tusschen de mangroven, terwijl de Australische zee-arend hoog in de lucht kringt en de grauwe valk op een naakten tak op uitkijk zit naar muskaatduiven. De kaneelsnavelige koekoek waarschuwt met wanluidenden roep voor het naderende natte seizoen en het loophoen uit klanken die van verre herinneren aan het gekakel van een beschaafde kip. Een zonsondergang op Kumboela tegen het eind van September, wanneer de zee murmelend tegen de rotsen kabbelt en de groote witte duiven bij duizenden, koeroe-end en klapwiekend onder het dicht gebladert schuilen en al de andere vogels hun welteruste kweelen, is iets om nooit te vergeten. En bij dit vroolijk rumoer der vogels voegen zich de lieflijke geuren die met de koelte uit de wildernis aandrijven, terwijl het vlammend westen een tooverachtig roode tint spreidt rondom de boomen en over de vredige zee.
Van geheel ander karakter is de vierde satelliet, Wooln-garin. 300 Meter uit de zuidwestelijke punt van Dunk-eiland gelegen, bestaat het uit niets anders dan een verwarde massa verweerde rotsen, waarvan de laagsten 50 voet boven hoogwater uitsteken. Een paar pandanus-palmen, wat sterke struiken en mangroven groeien op de meest beschutte plekken, maar overigens zijn de rotsen grootendeels naakt. De onophoudelijke aanvallen der zee hebben diepe, maar nauwe kloven en weergalmende grotten in het graniet gevreten. Hier huizen enkele zeezwaluwen en de opeenvolgende geslachten van den zwarten oestervanger leggen er hun eieren, juist boven de vloedgrens. Eindelooze scholen visch zwemmen in het diepe kanaal dat Wooln-garin van Dunk-eiland scheidt, maar zij letten niet altijd op het aas en voor den visscher is het een ware tantaluskwelling in die klare diepte te turen en de trage visschen te zien komen en gaan, zonder dat zij de minste notitie nemen van het aas waarnaar zij op andere tijden zoo gretig happen. Schildpadden en nu en dan ook dugong’s bezoeken het eiland graag.
De zeven buren zijn: Timana, twee en een halve mijl van Dunk-eiland en anderhalve van Kumboela; Bedarra, iets zuidelijker; Toel-ghar, driekwart mijl van Bedarra; Coemboe, een halve mijl van Toelghar; en ten slotte een groepje van drie: Bud-joe, Kurrambah en Coelah.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «Bekentenissen van een strandvonder»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Bekentenissen van een strandvonder» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «Bekentenissen van een strandvonder» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.