Johan Huizinga - Herfsttij der Middeleeuwen

Здесь есть возможность читать онлайн «Johan Huizinga - Herfsttij der Middeleeuwen» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Старинная литература, nld. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

Herfsttij der Middeleeuwen: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Herfsttij der Middeleeuwen»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Herfsttij der Middeleeuwen — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Herfsttij der Middeleeuwen», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

De waan der heksen zelf van haar luchtritten en sabbathorgieën is niet dan haar eigen inbeelding, dat was het standpunt, in de vijftiende eeuw reeds door verscheidenen ingenomen. Daarmee was evenwel nog niet de rol van den duivel geschrapt, want hij is het, die de noodlottige illusie teweegbrengt; het is een dwaling, maar zij komt van den duivel. Dat is ook nog het standpunt van Johannes Wier in de zestiende eeuw. Bij Martin Lefranc, proost van de kerk van Lausanne, den dichter van het groote werk Le Champion des Dames , dat hij in 1440 aan Philips den Goede opdroeg, vindt men de volgende verlichte voorstelling van den heksenwaan.

"Il n'est vieille tant estou(r)dye, Qui fist de ces choses la mendre (de geringste) Mais pour la faire ou ardre ou pendre, L'ennemy de nature humaine, Qui trop de faulx engins scet tendre, Les sens faussement lui demaine. Il n'est ne baston ne bastonne Sur quoy puist personne voler, Mais quant le diable leur estonne La teste, elles cuident aler En quelque place pour galer Et accomplir leur volonté. De Romme on les orra parler, Et sy n'y auront jà esté. ................................................... Les dyables sont tous en abisme, —Dist Franc-Vouloir—enchaienniez (geketend) Et n'auront turquoise ni lime Dont soient jà desprisonnez. Comment dont aux cristiennez Viennent ilz faire tant de ruzes Et tant de cas désordonnez? Entendre ne sçay tes babuzes."

En elders in hetzelfde gedicht:

"Je ne croiray tant que je vive Que femme corporellement Voit par l'air comme merle ou grive, —Dit le Champion prestement.— Saint Augustin dit plainement C'est illusion et fantosme; Et ne le croient aultrement Gregoire, Ambroise ne Jherosme. Quant la pourelle est en sa couche, Pour y dormir et reposer, L'ennemi qui point ne se couche Se vient encoste alle poser. Lors illusions composer Lui scet sy tres soubtillement, Qu'elle croit faire ou proposer Ce qu'elle songe seulement. Force la vielle songera Que sur un chat ou sur un chien A l'assemblée s'en ira; Mais certes il n'en sera rien: Et sy n'est baston ne mesrien (balk) Qui le peut ung pas enlever." [830].......................................................

Ook Froissart houdt het geval van den Gasconschen edelman met zijn volggeest Horton, dat hij zoo meesterlijk beschrijft, voor een "erreur". [831]Gerson heeft een neiging, om in de beoordeeling der duivelsche illusiën nog een schrede verder te gaan, en een natuurlijke verklaring te zoeken voor allerlei bijgeloovige verschijnselen. Veel daarvan, zegt hij, komt enkel voort uit de menschelijke verbeelding en melancholische waanvoorstellingen, en deze berusten in duizenden gevallen op eenig bederf van de verbeeldingskracht, bij voorbeeld door een inwendig letsel der hersenen. Hierin schijnt hij zeer verlicht, evenals waar hij in het bijgeloof een belangrijk aandeel toeschrijft aan heidensche overleefsels en dichterlijke verzinselen. Maar hoewel Gerson toegeeft, dat veel gewaande duivelarij aan natuurlijke oorzaken is toe te schrijven, laat ook hij tenslotte den duivel de eer: dat inwendige hersenletsel komt weer voort uit duivelsche illusiën. [832]

Buiten de vreeselijke sfeer der heksenvervolging werkte de Kerk met heilzame en gepaste middelen het bijgeloof tegen. De prediker broeder Richard laat zich de "madagoires" (mandragora, alruin) brengen, om ze te verbranden, "que maintes sotes gens gardoient en lieux repos, et avoient si grant foy en celle ordure, que pour vray ilz creoient fermement, que tant comme ilz l'avoient, mais qu'il fust bien nettement en beaux drapeaulx de soie ou de lin enveloppé, que jamais jour de leur vie ne seroient pouvres." [833]—De burgers, die zich door een troep Zigeuners de hand hebben laten lezen, worden geëxcommuniceerd, en er wordt een processie gehouden, om het onheil af te weren, dat uit die goddeloosheid zou kunnen voortvloeien. [834]

Een tractaat van Dionysius den Kartuizer toont helder aan, langs welke lijnen de grenzen tusschen geloof en bijgeloof getrokken werden, op welken grondslag de kerkleer ten deele verwierp, ten deele de voorstellingen door waarlijk godsdienstigen inhoud trachtte te zuiveren. Amuletten, besprekingen, zegenspreuken enz., zegt Dionysius, hebben in zich zelf niet de kracht, om een uitwerking teweeg te brengen, gelijk die wel zich hecht aan de sacramentswoorden, waaraan, indien zij met de juiste bedoeling gesproken worden, ontwijfelbare uitwerking toekomt, daar God aan die woorden als 't ware zijn macht verbonden heeft. De benedicties evenwel zijn enkel te beschouwen als een nederige smeekbede, alleen te verrichten met de gepaste vrome woorden en met de hoop alleen op God gevestigd. Indien zij gemeenlijk effect hebben, dan is dit òf doordat, bij behoorlijke verrichting, God die uitwerking verleent, òf, worden zij anders verricht, bij voorbeeld het kruisteeken anders dan recht gemaakt, en hebben toch niettemin uitwerking, dan is het effekt des duivels werk. 's Duivels werken zijn geen wonderen, want de duivelen kennen de geheime krachten der natuur; de werking is dus een natuurlijke, evenals de voorbeduidende beteekenis van vogels enz. op natuurlijke oorzaken berust.—Dionysius erkent, dat de volkspraktijk aan al die zegenspreuken, amuletten enz. wel degelijk de zelfstandige waarde toekent, die hij loochent, en meent, dat de geestelijken dan ook liever maar al die gewoonten moesten verbieden. [835]

In het algemeen kan men de houding tegenover alles wat bovennatuurlijk scheen, kenschetsen als een weifelen tusschen redelijke, natuurlijke verklaring, spontane, vrome aanvaarding en argwaan in duivelsche list en bedrog. Het woord, dat door het gezag van Augustinus en Thomas van Aquino was gestaafd: "Omnia quae visibiliter fiunt in hoc mundo, possunt fieri per daemones," liet den vrome van goeden wille in groote onzekerheid, en de gevallen, dat een arme hysterica een gansche burgerij tijdelijk in vrome opwinding bracht en ten slotte ontmaskerd werd, zijn niet zeldzaam. [836]

XII

DE KUNST IN HET LEVEN

[837]

De Fransch-Bourgondische cultuur der laatste Middeleeuwen is aan het nu levende geslacht het best bekend uit haar beeldende kunst, en met name haar schilderkunst. De gebroeders Van Eyck, Rogier van der Weyden en Memlinc beheerschen voor ons het gezicht op dien tijd. Dat is niet altijd zoo geweest. Een halve eeuw of iets meer geleden, toen men Memlinc nog Hemlinc schreef, kende de ontwikkelde leek dien tijd in de eerste plaats uit zijn geschiedenis, weliswaar in den regel niet uit Monstrelet en Chastellain zelf, maar dan toch uit De Barante's Histoire des ducs de Bourgogne , dat daaruit is afgeleid. En zou naast en boven De Barante niet vooral Victor Hugo's Notre Dame de Paris voor de meesten het beeld van die tijden vertegenwoordigd hebben?

Het beeld, dat daaruit oprees, was fel en duister. In de kroniekschrijvers zelf en in de verwerking van hun stof door de negentiendeëeuwsche romantiek komt bovenal het sombere en gruwelijke der late Middeleeuwen naar voren: de bloedige wreedheid, de felle hartstocht en hebzucht, de krijschende hoovaardij en wraakgierigheid en de jammerlijke ellende. De lichtere kleuren werden bijgevoegd door de bonte, opgeblazen ijdelheid der vermaarde hoffeesten met al hun geflonker van versleten allegorie en ondragelijke weelde.

En nu? Nu straalt voor ons over dien tijd de hooge, waardige ernst en de diepe vrede van Van Eyck en Memlinc; die wereld van vijf eeuwen her schijnt ons vervuld met een helderen glans van eenvoudige blijheid, een schat van innigheid. Ons beeld ervan is van woest en donker vredig en sereen geworden. Want wat wij naast de beeldende kunst nog weten van andere levensuitingen dier tijden, het is alles uitdrukking van schoonheid en stille wijsheid: de muziek van Dufay en zijn gezellen, het woord van Ruusbroec en Thomas a Kempis. Zelfs waar de wreedheid en ellende der tijden nog luide doorklinkt: in de geschiedenis van Jeanne d'Arc en de poëzie van Villon, gaat er toch enkel verheffing en verteedering van die figuren uit.

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «Herfsttij der Middeleeuwen»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Herfsttij der Middeleeuwen» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «Herfsttij der Middeleeuwen»

Обсуждение, отзывы о книге «Herfsttij der Middeleeuwen» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x