Ursula Le Guin - De tomben van Atuan

Здесь есть возможность читать онлайн «Ursula Le Guin - De tomben van Atuan» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Utrecht, Год выпуска: 1974, ISBN: 1974, Издательство: Het Spectrum, Жанр: Фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

De tomben van Atuan: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De tomben van Atuan»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Sperwer de Wijze zoekt in het Labyrint naar de ontbrekende helft van een ring.

De tomben van Atuan — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De tomben van Atuan», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

‘Mij kostte het twee dagen en nachten om hier te komen. Wij zullen er wel langer over doen.’

‘Ik ben sterk,’ zei ze.

‘Jij wel, en nog dapper ook. Maar je metgezel is moe,’ zei hij met een glimlach.

‘En we hebben niet al te veel brood bij ons.’

‘Zullen we ergens water vinden?’

‘Morgen, in de bergen.’

‘Kun jij niet aan voedsel voor ons komen?’ vroeg ze wat onzeker en verlegen.

‘Om op jacht te gaan heb je tijd nodig, en wapens.’

‘Ik bedoel met... zie je, met een spreuk.’

‘Ik kan een konijntje roepen,’ zei hij en pookte met een knoestige jeneverbestak in het vuur. ‘Overal om ons heen komen nu de konijnen uit hun holen, ’s Avonds zijn ze in hun element. Ik zou er een bij zijn naam kunnen roepen, en hij zou komen ook. Maar zou jij een konijntje kunnen vangen, villen en roosteren dat je op zo’n manier naar je toe gelokt had? Alleen als je volkomen uitgehongerd was. En dan nog maak je eigenlijk misbruik van zijn vertrouwen, geloof ik.’

‘Ja, maar ik dacht dat je misschien gewoon…’

‘Een maaltijd zou kunnen oproepen,’ zei hij. ‘O, dat kan best. Op gouden schalen, als je dat wilt. Maar dat is waan, en als je waan opeet, heb je daarna nog meer honger dan tevoren. Je krijgt ongeveer evenveel binnen als wanneer je je eigen woorden opeet.’ Ze zag even zijn witte tanden opflitsen in het schijnsel van het vuur.

‘Een heel merkwaardig soort toverkunst,’ zei ze, waardig als sprak ze tot haar gelijke, Priesteres tot Wijze. ‘Zij schijnt alleen maar te dienen voor belangrijke zaken.’

Hij legde nog wat hout op het vuur dat opvlamde in een naar jeneverbes geurend vuurwerk van vonken en spranken. ‘Kun je echt een konijn naar je toe roepen?’vroeg Tenar opeens. ‘Wil je het zien?’ Ze knikte.

Hij wendde zich van het vuur af en sprak met zachte stem tot het onmetelijke, sterverlichte duister: ‘Kebbo… O Kebbo…’ Stilte. Geen geluid. Geen beweging. Alleen daarginds, aan de uiterste rand van de flakkerende vuurkring, een rond oog als een gitzwart steentje, vlakbij de grond. De gewelfde vacht van een rug; een oor, lang waakzaam omhoog.

Weer sprak Ged. Het oor trilde en kreeg uit het duister plotseling gezelschap van een mede-oor; toen het beestje zich omdraaide, zag Tenar het een ogenblik helemaal, een kleine, zachte soepele wipper die argeloos terugkeerde naar zijn nachtelijke bezigheden.

‘Aan,’ zei ze en liet haar adem ontsnappen. ‘Wat lief.’ Toen vroeg ze: ‘Zou ik dat ook kunnen?’

‘Ach...’

‘Het is een geheim,’ zei ze weer met die waardigheid van daarnet. ‘De naam van het konijn is een geheim. Je mag hem althans niet zomaar, zonder enige reden, gebruiken. Maar de macht hem te roepen, weetje, is geen geheim, maar eigenlijk een gave of een mysterie.’

‘O,’ zei ze, ‘die bezit jij, dat weet ik.’ Er lag iets van naijver in haar stem dat door geveinsde spot niet verheeld kon worden. Hij keek haar aan en gaf geen antwoord.

Hij was nog steeds uitgeput van zijn strijd tegen de Naamlozen; hij had in de bevende gangen al zijn kracht verbruikt. Hij had gewonnen, maar was nog te zwak om zich over zijn zege te kunnen verheugen. Hij rolde zich zo dicht mogelijk bij het vuur weer in zijn mantel en viel in slaap.

Tenar hield het vuur aan de gang en keek naar de winterhemel die van einder tot einder bezet was met stralende sterren; toen werd zij suf in het hoofd van die stralende stilte en doezelde weg. Ze werden beiden tegelijk wakker. Het vuur was uitgegaan. De sterren waarnaar zij gekeken had, stonden nu ver weg boven de bergen en in het oosten waren andere opgekomen. Ze werden gewekt door de koude, de droge koude van de woestijnnacht, de wind snijdend met een mes van ijs. Vanuit het zuidwesten spreidde zich een sluier van wolken over de hemel. Het bijeengegaarde hout was nagenoeg op. ‘Laten we op pad gaan,’ zei Ged, ‘de dageraad is niet ver meer.’ Hij klappertandde zo dat zij hem nauwelijks verstaan kon. Zij gingen op weg en beklommen de langzaam stijgende helling naar het westen. De struiken en rotsen tekenden zich zwart af in het sterrenlicht en de weg was even goed zichtbaar als overdag. In het begin hadden ze het koud, maar door het lopen werden ze warm; zij rilden en huiverden niet meer en ook het lopen ging nu gemakkelijker. Tegen zonsopgang bereikten ze de eerste uitlopers van de bergen in het westen die tot dan toe Tenars leven hadden afgeperkt. Ze hielden halt bij een groepje bomen waarvan de goudgele bladeren nog sidderend aan de takken hingen. Hij vertelde haar dat het espen waren; zij kende aan bomen alleen de jeneverbes, de ziekelijke populieren bij de bron van de rivier, en de veertig appelbomen in de boomgaard van de Plaats. Er zat een vogeltje in de espen dat met een dun stemmetje ‘diee, diee’ zei. Onder de bomen stroomde een beekje, smal maar krachtig dat zich in watervallen klaterend en lenig voortrepte over de rotsen, te snel om te bevriezen. Tenar was er bijna bang voor; zij was de woestijn gewend waar alles stil is en zich traag beweegt: slome rivieren, schaduwen van wolken, rondcirkelende gieren. Voor hun ontbijt verdeelden ze een stuk brood en een laatste beetje kruimelige kaas; daarna rustten ze wat en trokken verder. Tegen de avond bevonden zij zich hoog op de berghelling. De hemel was betrokken, het was winderig, vriezend weer. Zij brachten de nacht door in het dal van een andere rivier waar een overvloed aan hout lag; en dit keer bouwden zij een flink vuur op van dikke takken waarbij ze behoorlijk warm konden blijven. Tenar voelde zich gelukkig. Zij had de wintervoorraad van een eekhoorn gevonden die uit een omgevallen holle boom tevoorschijn was gekomen. Er lagen een paar pond mooie walnoten en een soort met gladde dop dat Ged die de Kargse naam niet kende, ‘ubir’ noemde. Een voor een kraakte zij ze op een platte steen door er met een andere op te slaan en ieder ogenblik reikte zij de man weer vruchtvlees toe.

‘Ik wou dat we hier konden blijven,’ zei ze rondkijkend door de winderige, schemerige vallei tussen de heuvels. ‘Ik hou van dit plekje.’

‘Het is hier erg prettig,’ stemde hij met haar in. ‘Hier zal wel nooit iemand komen.’

‘Niet vaak… Ik ben in de bergen geboren,’ zei hij, ‘op de Berg van Gont. Als we op onze reis naar Havnor de noordelijke weg kiezen, zullen we er voorbij varen. In de winter is het een heerlijk gezicht: wit van boven tot onder rijst hij dan op uit de zee, een golf hoger dan de andere. Mijn dorp lag aan net zo’n beekje als dit hier. Waar ben jij geboren, Tenar?’

‘In het noorden van Atuan, in Entat, denk ik. Ik kan het me niet meer herinneren.’

‘Hebben ze je zo jong al weggehaald?’

‘Ik was toen vijf jaar. Ik herinner me een vuur in een haard, en… verder niets meer.’

Hij wreef over zijn kin die hoewel bedekt met een stoppelbaard, tenminste schoon was; ondanks de koude hadden beiden zich in de bergbeek gewassen. Hij wreef over zijn kin en zag peinzend en streng voor zich uit. Zij keek naar hem en zij zou nooit onder woorden kunnen brengen wat er toen in haar hart omging, terwijl zij naar hem keek, in het schijnsel van het vuur, in de schemer tussen de bergen. ‘Wat ga je in Havnor doen?’ zei hij, de vraag richtend tot het vuur, niet tot haar. ‘Je bent — meer dan ik aanvankelijk besefte — werkelijk herboren.’ Ze knikte met een flauwe glimlach. Ze voelde zich opnieuw geboren.

‘Je zou in elk geval de taal moeten leren.’

‘Jouw taal?’

‘Ja.’

‘Maar wat graag’

‘Nu dan. Dit heet “kabat”,’ en hij gooide een steentje in de plooien van haar zwarte mantel. ‘Kabat. Is dat drakentaal?’

‘Nee hoor. Je wilt toch geen spreuken weven, je wilt praten met andere mannen en vrouwen.’

‘Maar wat is steentje dan in de drakentaal.’

‘Tolk,’ zei hij. ‘Maar ik ben niet bezig je op te leiden tot leerlingtovenaar . Ik leer je de taal die de mensen in de Archipel spreken, in de Binnenste Landen. Voordat ik hierheen ging, moest ik ook jullie taal leren.’

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «De tomben van Atuan»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De tomben van Atuan» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Ursula Le Guin - Os Túmulos de Atuan
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Koning van Aardzee
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Machten van Aardzee
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Die Gräber von Atuan
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Las tumbas de Atuan
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Atuan sírjai
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Grobowce Atuanu
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - Le tombe di Atuan
Ursula Le Guin
Ursula Le Guin - The Tombs of Atuan
Ursula Le Guin
Отзывы о книге «De tomben van Atuan»

Обсуждение, отзывы о книге «De tomben van Atuan» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x