Robert Jordan - Viersprong van de Schemer
Здесь есть возможность читать онлайн «Robert Jordan - Viersprong van de Schemer» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:Viersprong van de Schemer
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
Viersprong van de Schemer: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Viersprong van de Schemer»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
Viersprong van de Schemer — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Viersprong van de Schemer», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Bethamin en de andere twee waren even angstig voor andere Seanchanen als de Aes Sedai, maar toch volgden ze de Aes Sedai wanneer die een dorp binnengingen. Bethamin meldde altijd alle nieuwtjes die ze had afgeluisterd, waarbij Renna minachtend glimlachte en Seta zei dat ‘de meisjes’ dit of dat hadden gemist, of beweerden niet te hebben gehoord. Je kon het nooit zeker weten met iemand die de brutaliteit had zichzelf Aes Sedai te noemen; misschien moest hij ze inderdaad met de a’dam laten beteugelen tot alles veilig was. Hun verhalen verschilden niet veel van wat de zusters hem vertelden. De dorpelingen vertelden wat ze hadden gehoord van Seanchanen op doorreis. Veel kolonisten waren zenuwachtig, hun hoofd vol verhalen over de wilde Aiel die door Altara trokken, al zeiden de dorpelingen dat dat allemaal ergens in het noorden plaatsvond. Het leek erop dat een hogergeplaatst iemand hetzelfde dacht, want veel kolonisten waren naar het oosten afgeweken, naar Illian. Er was een verbond gesmeed met een machtige persoon die naar verwachting hoogvrouwe Suroth toegang zou geven tot vele landen. De vrouwen konden niet worden overtuigd dat ze niet naar geruchten moesten luisteren. En ze kwamen er ook nooit aan toe de a’dam aan hem te geven. Eigenlijk waren die zilverachtige leidsels en de drie sul’dam de enige echte dwangmiddelen die hij had bij de Aes Sedai. Dankbaarheid. Van een Aes Sedai! Ha! Niet dat hij er werkelijk aan dacht de zusters weer te laten beteugelen. Niet vaak, tenminste. Hij zat echt vast.
Hij had niets aan wat de sul’dam en de Aes Sedai hem vertelden. Hij had betere bronnen, mensen die hij vertrouwde. Hij vertrouwde Thom althans, als de speelman tenminste van zijn slangen-en-vossenspel met Olver of zijn gekreukelde brief kon worden losgetrokken. Thom kon een herberg binnenwandelen, een verhaal vertellen, misschien een beetje jongleren, en weer weglopen met kennis uit alle hoofden van alle mannen die daarbinnen waren geweest. Mart vertrouwde Juilin ook – hij deed het bijna even goed als Thom, zonder te jongleren of verhalen te vertellen – maar Juilin stond er altijd op om Thera mee te nemen, die gedwee aan zijn arm hing als ze een dorp binnenwandelden. Om haar weer aan vrijheid te laten wennen, zei de man. Ze glimlachte naar hem met haar grote glanzende ogen en die kleine lippen die erom vroegen gekust te worden. Misschien was ze panarch van Tarabon geweest, zoals Juilin en Thom zeiden, maar Mart begon het te betwijfelen. Hij had de slangenmensen grappen horen maken over het Tarabonse dienstertje dat de Tyreense dievenvanger uitputte tot hij nauwelijks nog kon lopen. Panarch of dienstmeisje, Thera begon telkens nog te knielen wanneer ze een lijzig accent hoorde. Mart dacht dat elke Seanchaan die haar iets vroeg alles zou horen wat ze wist, te beginnen bij Juilin Sandar en eindigend met in welke wagen de Aes Sedai zaten. Thera was een groter gevaar dan de Aes Sedai en de sul’dam samen, wat hem betrof. Juilin kwam in opstand als je maar suggereerde dat zijn vrouw onbetrouwbaar zou kunnen zijn en draaide dan met zijn bamboestaf alsof hij Mart op het hoofd wilde slaan. Er was geen oplossing, maar Mart had een lapmiddel gevonden, een manier om tijdig te worden gewaarschuwd als het ergste gebeurde.
‘Natuurlijk kan ik hen volgen,’ zei Noal. Hij lachte de spleten tussen zijn tanden bloot alsof het kinderspel zou zijn. Met een knokige vinger tegen zijn gebogen neus stak hij zijn andere hand onder zijn tuniek, waar hij zijn messen bewaarde. ‘Weet je zeker dat het niet beter is om te zorgen dat ze tegen niemand kunnen praten? Het is maar een voorstel, jongen. Zo niet, dan niet.’ Zeker niet, benadrukte Mart. Hij had in zijn leven één vrouw vermoord en een andere achtergelaten om afgeslacht te worden. Hij wilde geen derde leven op zijn geweten hebben.
‘Het lijkt erop dat Suroth een overeenkomst heeft gesloten met een koning,’ zei Juilin lachend van over de rand van zijn beker warme wijn. Thera maakte hem in ieder geval wél vaker aan het lachen. Ze hurkte naast Juilins stoel in hun nauwe tent met haar hoofd in zijn schoot, en hij aaide zachtjes over haar haren. ‘Tenminste, er wordt gepraat over een sterke nieuwe bondgenoot, en die kolonisten zijn als de dood voor de Aiel.’
‘De meeste kolonisten lijken naar het oosten gezonden te zijn,’ zei Thom terwijl hij bedroefd in zijn beker tuurde. Terwijl Juilin met de dag gelukkiger werd, leek hij steeds verdrietiger te worden. Noal schaduwde Juilin en Thera, en Lopin en Nerim zaten in kleermakerszit achter in de tent. Maar de twee Cairhiense bedienden hadden hun naaimand te voorschijn gehaald en keken of Marts goede mantels uit Ebo Dar misschien reparatie behoefden, dus leek het toch druk in de kleine tent. ‘En ook een heleboel soldaten,’ vervolgde Thom. ‘Alles wijst erop dat ze als een hamer op Illian gaan vallen.’ Nu het nieuws van hen kwam, wist hij tenminste dat hij de waarheid hoorde. Geen Aes Sedai die probeerde hem met woorden van de wijs te brengen, geen sul’dam die bij hem in het gevlij wilde komen. Bethamin en Seta hadden zelfs geleerd een kniks te maken. Hij voelde zich beter als Renna zich dubbelvouwde. Het leek eerlijk. Vreemd, maar eerlijk.
Mart zelf keek alleen maar snel rond in het dorp of de stad waar ze waren, zijn kraag omhoog en zijn kap omlaag, en ging dan weer terug naar de voorstelling. Hij droeg zelden een mantel. Een mantel zou het gebruik van zijn messen hebben bemoeilijkt. Niet dat hij verwachtte ze nodig te hebben. Het was enkel een verstandige voorzorgsmaatregel. Er werd niet gedronken, niet gedanst en niet gegokt. Vooral niet gegokt. Het geluid van dobbelstenen in de herbergen trok aan hem, maar zijn geluk met dobbelstenen zou zeker opvallen, zelfs al werden er geen messen getrokken. En in dit deel van Altara liepen zowel vrouwen als mannen met messen rond en ze waren bereid die te gebruiken. Hij wilde onopgemerkt blijven, daarom liep hij langs de dobbelspellen, knikte koeltjes naar dienstertjes die naar hem lachten, en dronk nooit meer dan een beker wijn. Hij had tenslotte werk te doen. Een soort van werk. Hij was ermee begonnen op de eerste avond nadat ze uit Ebo Dar waren vertrokken en het was ruw werk.
‘Je moet met me mee,’ had hij gezegd, terwijl hij de kast onder zijn bed opende. Daar bewaarde hij zijn kist met goud, allemaal eerlijk verdiend met gokken. Zo eerlijk mogelijk, tenminste. Het grootste deel was afkomstig van de paardenrennen, en hij had niet meer geluk dan anderen met paarden. En de rest... Als iemand met dobbelstenen wilde gooien of wilde kaarten of munten werpen, moest hij ook tegen zijn verlies kunnen. Domon, die op het andere bed zat en een hand over de stoppels op zijn geschoren hoofd haalde, had die les geleerd. De man zou op de vloer moeten slapen zoals een goede so’jhin betaamde, maar aanvankelijk had hij elke avond een munt willen opgooien voor het tweede bed. Egeanin kreeg het eerste, natuurlijk. En munten opgooien was even makkelijk als dobbelen. Zolang de munt tenminste niet op zijn rand bleef staan, zoals soms bij hem gebeurde. Maar Domon had het aangeboden, niet hij. Tot Mart vier keer achtereen had gewonnen, en de vijfde avond de munt drie keer achter elkaar op zijn rand bleef liggen. Nu wisselden ze om en om. Maar vandaag was het Domons beurt om op de grond te slapen.
Hij vond de kleine waslederen buidel die hij zocht, stopte hem in zijn zak en ging rechtop staan terwijl hij de kast dichtduwde met zijn voet. ‘Je moet haar een keer onder ogen komen,’ zei hij. ‘En je moet de zaken voor me gladstrijken.’ Hij had iemand nodig die Tuon boos zou maken, iemand bij wie hij gunstig zou afsteken, maar dat kon hij toch niet zeggen? ‘Jij bent een Seanchaanse edele, en je kunt zorgen dat ik geen stomme dingen zeg.’
‘Waarom moeten de zaken worden gladgestreken?’ Egeanins lijzige stem klonk als een zaag. Ze stond tegen de deur van de wagen met haar vuisten op haar heupen en keek hem van onder haar pruik met priemende blauwe ogen aan. ‘Waarom moet jij haar spreken? Heb je nog niet genoeg gedaan?’
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «Viersprong van de Schemer»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Viersprong van de Schemer» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «Viersprong van de Schemer» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.