Марк Твен - De Lotgevallen van Tom Sawyer

Здесь есть возможность читать онлайн «Марк Твен - De Lotgevallen van Tom Sawyer» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: foreign_antique, foreign_prose, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

De Lotgevallen van Tom Sawyer: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Lotgevallen van Tom Sawyer»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

De Lotgevallen van Tom Sawyer — читать онлайн ознакомительный отрывок

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Lotgevallen van Tom Sawyer», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

“Nu dat klinkt mooi, maar zoo heeft Bob Tanner het niet gedaan.”

“Neen, man, je kunt er gerust op zijn, dat hij ’t zoo niet heeft gedaan, omdat niemand in de stad zoo vol wratten zit als hij; en hij zou geen enkele wrat hebben als hij wist hoe je met water uit vermolmd hout werken moet. Ik heb op die manier wel duizend wratten van mijn handen doen verdwijnen. Ik speel zooveel met kikkers, dat ik altijd een hoop wratten krijg. Soms maak ik ze weg met een groote boon.”

“Ja, eene groote boon is goed. Dat heb ik ook wel gedaan.”

“Zoo? Hoe moet het dan gedaan worden?”

“Je neemt een boon en splijt die en dan maak je een snede in de wrat, dat er een beetje bloed uitkomt, en dan leg je dat bloed op een stukje van de boon, en dan graaf je een gat in den grond en daarin leg je ’t stukje in den nacht bij maneschijn, op een kruisweg, en dan verbrand je de rest van de boon. En dan gaat het stuk boon, dat het bloed ingezogen heeft, aan het trekken en trekken, on het andere stuk meester te worden, en dan helpt het bloed de wrat en deze valt spoedig af.”

“Ja, dat is waar, hoewel je er onder het begraven bij moet voegen: ‘Weg, boon, weg, wrat, kom me niet meer plagen.’ Zoo doet Joe Harper het ten minste. Maar hoe genees jij ze met doode katten?”

“Wel, je neemt je kat en gaat tegen middernacht naar het kerkhof, naar een plaats, waar een slecht mensch begraven ligt. Precies om twaalf uur komt er een duivel, misschien wel twee of drie: en die nemen dat slechte mensch mee. Maar die duivels kun je niet zien. Je hoort ook niets dan een geluid als van den wind, hetgeen beduidt dat ze met elkaar praten. En als de duivel dien slechten man heeft meegepakt, moet je de kat in de lucht zwaaien en zeggen:

“Duivel, volg het lijk; kat, volg den duivel; wrat, volg de kat; ik wil niets meer met je te doen hebben.” Dat neemt elke wrat weg.”

“Het klinkt mooi, maar heb je het wel eens geprobeerd, Huck?”

“Ik niet, maar moeder Hopkins heeft het mij gezegd.”

“Dan zal het wel waar zijn, want ze zeggen, dat ze een tooverkol is.”

“Zeggen? Wel, Tom, ik weet, dat zij er een is. Ze heeft Pap betooverd. Pap heeft het me zelf verteld. Op een dag kwam hij haar tegen, en hij bemerkte, dat ze hem betooverde. Toen nam hij een steen, en als zij niet uit den weg was gegaan, had hij haar doodgegooid. Nu, dien eigen nacht rolde hij van een vliering, waarop hij dronken lag te slapen naar beneden, en brak zijn arm.”

“Hè, dat is verschrikkelijk. Hoe weet hij, dat zij hem betooverde?”

“Hemel, dat moet Pap je zelf vertellen. Pap zegt: als ze je stijf aankijken, dan betooveren ze je, vooral als ze mummelen, omdat ze dan het ‘Onze Vader’ ’t achterste voor opzeggen.”

“Zeg eens, Huck, wanneer ga jij het met de doode kat probeeren?”

“Van nacht. Ik geloof, dat de duivels den ouden Hol Williams van nacht komen halen.”

“Maar hij is Zaterdag al begraven, Huck. Hebben zij hem dan Zaterdag niet weggehaald?”

“Wat dacht je? – Op Zondag? – De duivels loopen ’s Zondags niet rond, zou je denken.”

“Dat wist ik niet. Laat mij meegaan.”

“Goed, – als je niet bang bent.”

“Bang! – Nou nog mooier. Zul je om elf uur tegen het raam miauwen?”

“Ja, en dan moet jij terug-miauwen en niet doen zooals den laatsten keer. Toen heb ik voor dat raam staan schreeuwen, tot dat de nachtwacht me met een steen gooide en riep: ‘Dat is voor jou, ouwe kat!’ Natuurlijk smeet ik toen een kei door zijn raam, maar dat mag je niet vertellen.”

“Neen. Dien nacht kon ik het niet doen, omdat tante me stond te bespieden; maar ik zal dezen keer miauwen. Zeg eens, Huck, wat heb je daar?”

“Niets dan een schallebijter.”

“Waar heb je dien vandaan gehaald.”

“Uit het bosch.”

“Waarvoor geef je hem?”

“Ik weet het niet. Ik heb geen plan on hem te verkoopen.”

“Ook al goed. ’t Is in alle geval een erg klein beestje.”

“O ’t is gemakkelijk aanmerkingen op een schallebijter te maken, die je niet toebehoort. Ik ben er mede tevreden; hij is groot genoeg voor mij.”

“O, er zijn schallebijters genoeg. Ik kan er wel duizend krijgen, als ik wil.”

“Wel, waarom vang je ze dan niet? Omdat je verduiveld goed weet, dat je niet kunt. Dit is een bijzonder vroege schallebijter: het is de eerste, dien ik dit jaar gezien heb.”

“Zeg eens, Huck, ik zal er je mijn tand voor geven.”

“Laat dien eens kijken.”

Tom haalde een stukje papier voor den dag en ontrolde dat voorzichtig, en Huckleberry onderzocht den tand nauwkeurig. De verleiding was zeer sterk. Eindelijk zeide hij:

“Is hij echt?”

Tom toonde de open plek in zijn mond.

“Akkoord,” zeide Huckleberry, “de koop is gesloten.”

Tom sloot den schallebijter in de percussiedoos, waarin onlangs de tor gevangengezeten had en de knapen namen afscheid van elkaar, beiden gelukkig in het bezit van een nieuwen schat.

Tom bereikte het kleine eenzame schoolgebouw, waar hij met veel lawaai binnenstapte, hing zijn hoed aan een kapstok en ijlde naar zijne plaats. De meester, door het gebrom van ’t lessen leeren slaperig geworden, was op zijn hoogen matten stoel ingesluimerd. Doch hij werd door de stoornis gewekt en riep uit:

“Thomas Sawyer!”

Tom wist, dat, wanneer zijn naam voluit genoemd werd, er onweer aan de lucht was.

“Mijnheer.”

“Kom hier bij mij staan. Zeg mij eens: waarom zijt ge weer zoo laat?”

Tom was op het punt zijne toevlucht tot een leugen te nemen, toen hij langs een paar fijne schoudertjes, twee lange blonde vlechten zag hangen, die hij dadelijk herkende als toebehoorende aan Becky Thatcher en naast die vlechten was de eenige ledige plaats aan de meisjeskant. Oogenblikkelijk zei hij:

“Ik heb met Huckleberry Finn staan praten!”

De pols van den meester stond stil en hij zelf staarde verbijsterd in het rond. Het gebrom van ’t leeren hield op en de leerlingen dachten, dat de overmoedige jongen krankzinnig was geworden. De meester zeide:

“Gij – gij deedt – wat?”

“Praten met Huckleberry Finn.”

Hij had niet misverstaan.

“Thomas Sawyer, dit is de meest vermetele bekentenis die ooit mijne ooren vernamen. Dat kan met de roede alleen niet afgedaan worden. Trek uw buis uit.”

Des meesters arm deed zijn plicht, totdat hij niet meer kon en de bundel teenen, waaruit de roede bestond, aanmerkelijk verminderd was. Daarop werd het bevel uitgevaardigd:

“Ga nu bij de meisjes zitten! En laat dit u een waarschuwing zijn.”

Het gegiegel, dat in het vertrek vernomen werd, scheen den jongen verlegen te maken, doch in werkelijkheid verbijsterde hem de aanmoediging van zijn blonden afgod en het met smart vermengd genoegen, dat hij aan zijn gelukkig gesternte te danken had. Hij ging op den hoek van de bank zitten, en het meisje kroop zoo ver mogelijk van hem af. Hierop volgde een gestoot, gewenk en gefluister, waaraan Tom zich echter niet stoorde. Integendeel hij bleef stil zitten, met de armen op den langen, lagen lessenaar? en scheen in zijn boek verdiept te zijn. Gaandeweg werd de aandacht van hem afgeleid en de duffe atmosfeer werd weder van het gewone schoolgegons vervuld. Nu en dan begon de knaap tersluiks blikken op het meisje te werpen. Zij bemerkte het, zette een nuffig gezichtje tegen hem op, en liet hem een minuut lang haar rug zien. Toen zij voorzichtig nog eens omkeek lag er een perzik voor haar. Deze werd weggeduwd. Tom legde de vrucht zachtjes weder voor haar; zij werd nogmaals weggeduwd, maar dezen keer op minder heftige wijze. Tom legde geduldig de perzik ten derden male voor het meisje en de vrucht bleef liggen. Toen krabbelde hij op de lei: “Neem haar, als het u blieft; ik heb er meer.”

Het meisje keek naar die woorden, doch hield zich stil. Daarna begon de knaap iets op de lei te teekenen en bedekte zijn werk met de linkerhand. Een tijdlang deed het meisje alsof zij er niet op lette; maar hare vrouwelijke nieuwsgierigheid begon zich door nauw merkbare teekenen te verraden. De jongen werkte door, schijnbaar zonder er acht op te slaan. Het meisje trachtte te zien wat hij er op zette, maar de jongen hield zich alsof hij er niets van bemerkte. Eindelijk zwichtte zij en fluisterde aarzelend:

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «De Lotgevallen van Tom Sawyer»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Lotgevallen van Tom Sawyer» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «De Lotgevallen van Tom Sawyer»

Обсуждение, отзывы о книге «De Lotgevallen van Tom Sawyer» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x