Johan Huizinga - Herfsttij der Middeleeuwen
Здесь есть возможность читать онлайн «Johan Huizinga - Herfsttij der Middeleeuwen» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Старинная литература, nld. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:Herfsttij der Middeleeuwen
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:3 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 60
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
Herfsttij der Middeleeuwen: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Herfsttij der Middeleeuwen»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
Herfsttij der Middeleeuwen — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Herfsttij der Middeleeuwen», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Zou het zijn Zeeuwsche moeder Margaretha van Arnemuiden zijn geweest, van wie Commines zijn nuchteren geest had? Het schijnt immers wel, dat in Holland, ondanks den Henegouwschen Willem IV, den ijdelen avonturier, de riddergeest vroegtijdig aan het afsterven was, terwijl juist Henegouwen, waarmee het vereenigd was, altijd het echte land van den ridderlijken adel is geweest. Bij het Combat des Trente was de beste aan Engelsche zijde een zekere Crokart, een voormalige knecht van de heeren van Arkel. Hij had in den oorlog groot fortuin gemaakt: wel 60.000 kronen en een stal met dertig paarden; daarbij had hij grooten roep van dapperheid verworven, zoodat de koning van Frankrijk hem ridderschap en een aanzienlijk huwelijk beloofde, als hij Fransch wilde worden. Deze Crokart kwam met zijn roem en zijn rijkdom in Holland terug, en hield er grooten staat; maar de Hollandsche heeren wisten nog wel, wie hij was, en namen geen notitie van hem, zoodat hij terugkeerde naar het land, waar men ridderlijke faam beter waardeerde. [334]
Wanneer Jan van Nevers zich gereedmaakt, om de reis naar Turkije te ondernemen, waar hij Nicopolis zou vinden, laat Froissart hertog Albrecht van Beieren, den graaf van Holland, Zeeland en Henegouwen, tot zijn zoon Willem zeggen: "Guillemme, puisque tu as la voulenté de voyagier et aler en Honguerie et en Turquie et quérir les armes sur gens et pays qui oncques riens ne nous fourfirent, ne nul article de raison tu n'y as d'y aler fors que pour la vayne gloire de ce monde, laisse Jean de Bourgoigne et nos cousins de France faire leurs emprises, et fay la tienne à par toy, et t'en va en Frise et conquiers nostre héritage." [335]
Van al de landen van Bourgondië was de adel van Holland bij de kruisgeloften van het feest te Rijssel verreweg het slechtst vertegenwoordigd. Toen na het feest nog meer geloften schriftelijk in de verschillende landen werden ingezameld, kwamen er uit Artois nog 27, uit Vlaanderen 54, uit Henegouwen 27, en uit Holland 4, en deze luiden nog zeer voorwaardelijk en voorzichtig. [336]
De chevalerie zou niet het levensideaal van eeuwen zijn geweest, indien daarin niet hooge waarden aanwezig waren geweest voor de ontwikkeling der samenleving, indien het niet sociaal, ethisch en aesthetisch noodzakelijk was geweest. Juist in de schoone overdrijving had eenmaal de kracht van dit ideaal gelegen. Het is, alsof de middeleeuwsche geest in haar bloedige hartstochtelijkheid slechts te leiden was, door het ideaal veel te hoog te stellen: zoo deed het de kerk, zoo deed het de ridderlijke gedachte. "Without this violence of direction, which men and women have, without a spice of bigot and fanatic, no excitement, no efficiency. We aim above the mark to hit the mark. Every act hath some falsehood of exaggeration in it." [337]
Doch naarmate een cultuurideaal meer gevuld is met de aanspraak op de hoogste deugden, is de disharmonie tusschen levensvorm en werkelijkheid grooter. Het ridderideaal met zijn nog half-religieuzen inhoud kon slechts worden beleden door een tijd, die nog voor zeer sterke realiteiten de oogen kon sluiten, die vatbaar was voor de volstrekte illusie. De zich vernieuwende beschaving dwingt, dat uit den ouden levensvorm de al te hooge aspiraties worden prijsgegeven. De ridder gaat over in den virtuoso der Renaissance, in den Franschen gentilhomme der 17 eeeuw, tenslotte in den modernen gentleman, en bij elke transformatie schijnt een hulsel van leugen af te vallen.
De ridderlijke levensvorm was al te zwaar beladen met idealen van schoonheid, deugd en nuttigheid. Bezag men hem met nuchteren werkelijkheidszin, zooals Commines, dan leek al die hooggeroemde chevalerie zoo nutteloos en onecht, een opgemaakte vertooning, een belachelijk anachronisme: de werkelijke roerselen, die de menschen deden handelen en het lot van staten en gemeenschappen bepaalden, lagen er buiten. Was de sociale bruikbaarheid van het ridderlijk ideaal uiterst zwak, nog zwakker stond het met de deugdverwezenlijking, de ethische zijde, die immers ook door het ridderideaal werd gepretendeerd. Van een waarlijk geestelijk streven uit gezien was al dat edele leven louter zonde en ijdelheid. Doch zelfs van het louter aesthetische gezichtspunt bezweek het ideaal: zelfs de schoonheid van dien levensvorm was aan alle kanten open voor ontkenning. Al mocht het ridderlijke leven soms burgers begeerlijk schijnen, uit den adel zelf kwam de groote moeheid en onvoldaanheid voort. Het schoone spel van het hoofsche leven was zoo bont, zoo valsch, zoo druk. Weg uit die moeizaam opgezette levenskunst naar veiligen eenvoud en rust.
Er waren dan twee wegen van het ridderlijk ideaal af: die naar het werkelijke, actieve leven en den modernen geest van onderzoek, en die naar de wereldverzaking. Maar deze laatste weg splitste zich als de Y van Pythagoras in tweeën: de hoofdlijn was die van het echte geestelijk leven, de zijlijn hield den rand van de wereld met haar genietingen. De zucht naar het schoone leven was zoo sterk, dat ook waar de ijdelheid en verwerpelijkheid van het hof- en strijdleven was erkend, nog een uitweg open scheen naar aardsche levensschoonheid, naar een nog zoeter en lichter droom. De oude illusie van het herdersleven straalde nog altijd als een belofte van natuurlijk geluk met al den glans, waarmee zij sinds Theocritus geschenen had. De groote bevrediging scheen mogelijk zonder strijd, door een vlucht, weg van den wedijver vol haat en nijd om ijdele eer en rang, weg van de drukkende, overladen weelde en staatsie en van den wreeden, gevaarlijken krijg.
De lof van het eenvoudig leven was een thema, dat de middeleeuwsche litteratuur reeds van de Oudheid had meegekregen. Het dekt zich niet volkomen met de pastorale; men heeft te doen met een positieve en een negatieve uiting van hetzelfde sentiment: de eerste is de pastorale, de laatste de hofvlucht, de lof der aurea mediocritas, de verloochening van het aristocratische levensideaal. Doch beide vloeien voortdurend ineen. Op het thema van de misère van het hofleven hadden reeds in de twaalfde eeuw Johannes van Salisbury en Walter Mapes hun tractaten De nugis curialum geschreven. In het veertiendeëeuwsche Frankrijk had het zijn klassieke uitdrukking gekregen in het gedicht van Philippe de Vitri, bisschop van Meaux, musicus en poëet beide, door Petrarca geprezen: Le Dit de Franc Gontier . [338]De versmelting met de pastorale is hier volkomen.
"Soubz feuille vert, sur herbe delitable Lez ru bruiant et prez clere fontaine Trouvay fichee une borde portable, Ilec mengeoit Gontier o dame Helayne Fromage frais, laict, burre fromaigee, Craime, matton, pomme, nois, prune, poire, Aulx et oignons, escaillongne froyee Sur crouste bise, au gros sel, pour mieulx boire." [339]
Na den maaltijd kussen zij elkander "et bouche et nez, polie et bien barbue"; vervolgens gaat Gontier in het bosch een boom hakken, terwijl dame Helayne aan het wasschen gaat.
"J'oy Gontier en abatant son arbre Dieu mercier de sa vie seüre: "Ne sçay—dit-il—que sont pilliers de marbre, Pommeaux luisans, murs vestus de paincture; Je n'ay paour de traïson tissue Soubz beau semblant, ne qu'empoisonné soye En vaisseau d'or. Je n'ay la teste nue Devant thirant, ne genoil qui s'i ploye. Verge d'uissier jamais ne me deboute, Car jusques la ne m'esprent convoitise, Ambicion, ne lescherie gloute. Labour me paist en joieuse franchise; Moult j'ame Helayne et elle moy sans faille, Et c'est assez. De tombel n'avons cure." Lors je dy: "Las! serf de court ne vault maille, Mais Franc Gontier vault en or jame pure." [340]
Dat bleef voor de volgende geslachten de klassieke uitdrukking van het ideaal des eenvoudigen levens, met zijn veiligheid en onafhankelijkheid, met de geneuchten van matigheid, gezondheid, arbeid en natuurlijke, onverwikkelde liefde in het huwelijk.
Eustache Deschamps zong den lof van het eenvoudig leven en den afkeer van het hof in tal van balladen na. Hij geeft onder andere één trouwe nabootsing van Franc Gontier:
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «Herfsttij der Middeleeuwen»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Herfsttij der Middeleeuwen» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «Herfsttij der Middeleeuwen» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.