Niet meer normaal
De dag na zijn trip naar Londen werkte hij vanuit het Amsterdamse kantoor. Het begon normaal. Eerst nam hij met zijn secretaresse wat lopende zaken door en toen sloot hij zich op in zijn eigen kantoor voor de eerste telefoongesprekken met de teams die hij overal aan het werk had. Rond een uur of tien liep Dirk opgewekt zijn kantoor binnen. “Hoe ging je gesprek met Victor?” Dirk was ontzet toen Floris hem vertelde dat ze hem wilden ontslaan. “Maar dat kan toch helemaal niet! Daar is echt iets helemaal fout gegaan. Je moet zeker in beroep gaan. De beroepscommissie bestaat helemaal uit firmanten. Die snappen meer van de business en daar hebben wij vanuit Amsterdam ook meer in te zeggen.” Met ‘wij’ bedoelde hij enkelen van de Amsterdamse firmanten die belangrijke posities hadden binnen de Firma. Zelf had Dirk dat wat minder. Zijn kracht lag bij zijn enorme netwerk en zijn klanten. Dat gaf hem een soort onaantastbare status binnen de Firma. Hij had ook wel eens zijn conflicten met medefirmanten, vooral rond belangrijke klanten als Delphin Oil bijvoorbeeld, maar niemand kon om hem heen.
Dirk vertelde Floris wat hij wist van de geheime gedragscommissie die hem had onderzocht: “Deze commissie komt maar zelden bijeen en de enige gevallen die zij tot nu toe behandeld hebben, zijn gevallen geweest van aanranding of verduistering. Die draconische sanctie is waarschijnlijk een standaardsanctie voor dit soort gevallen. Maar jouw zaak hoort daar dus helemaal niet thuis. Het is idioot dat ze dat niet zelf hebben bedacht. En Victor zei dat ze verder niets tegen jou persoonlijk hadden?” Floris bevestigde dat en voegde eraan toe dat hij zelfs nog een paar keer had gevraagd of er niet ook iets anders tegen hem was ingebracht dan dat, maar dat Victor telkens had bevestigd dat het echt alleen om PetroAlg ging. Dirk kon er niet over uit dat het zo gelopen was: “Als er al iets mis is gegaan bij één van die contracten, wat ik eigenlijk betwijfel, dan nog kunnen ze dat niet op jouw bord gooien. Daar is Ahmet dan verantwoordelijk voor. Je moet echt zeker in beroep gaan.”
Stefan was ook op kantoor en die ontplofte van verontwaardiging. “Dit is zo belachelijk! Ik ben overal bij geweest en ik weet dat er nergens iets misgegaan is. Dan zou de cliënt ook wel aan de bel hebben getrokken. Dus waar hebben ze het over? En als er in de procedure iets niet klopte, wat ik dus betwijfel, waarom pakken ze dan jou en niet Ahmet of Jean? Zij waren verantwoordelijk voor die cliënt. En als ze jouw beschuldigen, waarom dan niet ook Sonia en mij. Wij waren overal net zoveel bij betrokken.” “Sonia wordt kennelijk ook ontslagen,” antwoordde Floris, “en zij gaat het niet eens aanvechten. Niet via een intern beroep en niet via de rechter. Zij woont in Beiroet, dus via de rechter daar zou ze weinig kans maken ook. Ik denk dat voor haar een beroep binnen de Firma nog wel zinvol kan zijn en ik weet eigenlijk niet waarom ze dat niet doet. Voor mijzelf ligt dat anders. Ik denk dat ik het liever meteen voor de rechter breng. Dit is allemaal zo onterecht. En ze hebben nog geen concrete beschuldiging geuit. Hoe kan ik dat interne proces nu vertrouwen? Waartegen moet ik me verdedigen? Tenzij de Firma echt alles intrekt en erkent dat ze ernaast zaten, wat ze heus niet gaan doen, is het voor mij hier toch over nu.” “Maar je zit nu op de top van je carrière, het zijn de gouden jaren die nu voor je liggen, waarin je eindelijk kunt gaan cashen. Je moet miljoenen aan schadevergoeding gaan eisen voor dat verlies”, vond Stefan. Die onvoorwaardelijke loyaliteit was hartverwarmend. Hij was van het begin af aan een goede vriend geweest, zijn eerste binnen de Firma, al vanaf de eerste dag. Hem kon hij ook wel vertrouwen.
Het was fijn om even een hart onder de riem gestoken te krijgen, maar of dat zou werken, van die miljoenenclaim? Het Nederlandse systeem werkte zo niet. Een redelijke ontslagvergoeding kon hij wel eisen en natuurlijk de uitbetaling van alles waar hij recht op had en van de woningdelen die al van hem waren, ook al moest hij dat eerst nog zien te bewijzen, want er stond maar weinig zwart-op-wit binnen de Firma. Maar het soort claims waar Stefan het over had, om wat hij mogelijk had kunnen verdienen, misschien zou dat werken in de VS, maar daar zou een Nederlandse rechter niet heel ver in meegaan.
Aan het einde van de dag sprak hij Lars nog even. Lars had het gehoord van Karel, die als administrator van Amsterdam als enige was geïnformeerd door de geheime gedragscommissie. Deze had Lars, Jurriaan en Olaf ook ingelicht. Lars en Jurriaan omdat zij beiden topfuncties binnen de Firma bekleedden en Olaf omdat hij de manager van de industriepraktijk was. Alle drie hielden zij zich nog wat op de vlakte. Waarschijnlijk omdat ze eerst wilden uitzoeken of er niet toch meer aan de hand was. Het verhaal, zoals dat nu was, kon namelijk eigenlijk niet het hele verhaal zijn, dachten zij. Ergens moest er nog wat anders spelen. Lars kende iemand die ook in de gedragscommissie zitting had en zou haar ook eens vragen wat er nu allemaal aan de hand was. En hij raadde hem met klem aan om vooral die Margaret te bellen, die hem verder juridisch advies kon geven over zo’n interne beroepsprocedure.
Jurriaan had hij over de telefoon gesproken. Die had hem doorgevraagd over dat gesprek met Victor. Met hem had hij het ook over het pakket gehad. Volgende week zou Floris 55 worden en dat aanbod krijgen, maar volgens Jurriaan zou dat nu sowieso niet meer gebeuren. Jurriaan had zo’n aanbod zelf net gekregen en wist dat er hele strenge voorwaarden aan werden gesteld. Onder andere dat je gedrag nooit onderwerp van onderzoek zou zijn geweest binnen de Firma. “Maar als uit dat onderzoek blijkt dat je niets verkeerd gedaan hebt?” vroeg Floris zich af. Volgens Jurriaan maakte dat geen verschil. Dat was genoeg om het recht op dat pakket te verspelen kennelijk. Dus een onterechte beschuldiging van iemand was genoeg om je dat door de neus te boren? Daar leek het wel op. En omdat er over het wel of niet bestaan van deze regeling niets officieel vast lag, zou hij ook geen poot om op te staan hebben in het geval van een eventuele claim. Officieel bestaat zo’n pakket namelijk niet.
Hij ging die avond alweer vroeg naar huis. Eigenlijk had hij vanavond nog op het vliegtuig moeten stappen naar Algerije om daar morgen de hele dag met het team te werken, maar nu gaf hij, op aanraden van Henriëtte, toch even prioriteit aan zijn eigen zaken. Morgen had hij een afspraak met zijn advocaat en dat ging nu toch wel voor. Bovendien had hij het op dit moment ook wel gehad met Algerije. Al dat gereis, vaak ook in de weekenden. Regelmatig had hij daar ook meetings gehad op zondag, omdat dat in die landen de eerste werkdag van de week is. Door de week van huis zijn, daar was iedereen wel aan gewend. Maar op zaterdagavond al vertrekken, daar was niemand blij mee. Zeker niet als hij daardoor weer eens op het laatste moment een etentje met vrienden of zelfs wel eens een bruiloft moesten laten lopen.
Het was intensief en de jaren begonnen ook bij hem wel wat te tellen. Vroeger draaide hij er zijn hand niet voor om, maar inmiddels begon dit leven hem wel wat zwaarder te vallen. Tot nu toe was het echter wel altijd de moeite waard geweest, vond hij. Wie had ooit verwacht dat hij dit ervoor terug zou krijgen? Daarom was hij er nu ook wel even klaar mee. Hij ging lekker een keer op tijd naar huis door de week. Misschien moest hij dat maar eens vaker doen. Voor Henriëtte zou dat wel wennen worden, want zij was al lang gewend om doordeweeks haar eigen agenda te hebben, sinds de jongens het huis uit waren.
Onzichtbare structuren
Henriëtte wist niet wat ze meemaakte. Floris thuis om zes uur! Natuurlijk was er geen eten klaar. Als ze alleen was dan maakte ze meestal even iets simpels, vlak vóór het achtuurjournaal, om dat dan met een bordje op de bank te kijken. Maar nu Floris ineens al thuis was, klapte ze haar laptop dicht om eens lekker te gaan koken. In de diepvries had ze altijd wel wat vlees liggen en groenten had ze sowieso altijd ruim op voorraad. Ze schonk een glaasje wijn in. Eigenlijk was dit best wel onverwacht gezellig. “En hoe ging het vandaag op kantoor? Heb je nog iemand gesproken?” Floris vertelde over de reacties van de Amsterdamse partners. Ze hadden allemaal benadrukt dat hij vooral in beroep moest gaan en dat hij een hele grote kans zou hebben om dat te winnen. Ze hadden hem ook ten zeerste afgeraden om een externe advocaat in de arm te nemen. Ze wilden dit binnen de Firma oplossen. Dat begreep Floris best vanuit hun perspectief, maar zoals de zaken nu liepen, leek het hem toch wel verstandig om dit meteen met een heel goede echte advocaat op te nemen. “Ik heb weinig vertrouwen in een beroep binnen de Firma. Zoals Victor nu al tekeerging, terwijl we het helemaal niet inhoudelijk over de zaak of mijn memo gehad hebben. Het lijkt ook telkens ergens anders over te gaan.”
Читать дальше