J. Dirks - Handboek voor Bijenhouders
Здесь есть возможность читать онлайн «J. Dirks - Handboek voor Bijenhouders» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Биология, foreign_antique, foreign_prose, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:Handboek voor Bijenhouders
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:5 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 100
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
Handboek voor Bijenhouders: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Handboek voor Bijenhouders»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
Handboek voor Bijenhouders — читать онлайн ознакомительный отрывок
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Handboek voor Bijenhouders», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Vrij algemeen, vooral hier te lande, worden de hommels ”broedbijen” genoemd en gelooft men dat zij bestemd zijn, om het broed te verwarmen en uit te broeijen. Het wederleggen van deze stelling zal moeijelijk vallen; want daar er geen enkele schijngrond voor bekend is, is er ook niets te wederleggen. – Het broed wordt voornamelijk aangezet in Maart en April, en dan zijn er in den regel geen hommels in den stok aanwezig; het meeste hommelbroed wordt in het laatst van April en het begin van Mei aangezet. Ook dit moet door de werkbijen worden uitgebroeid. Gewoonlijk ziet men dan de eerste hommels te voorschijn komen, eenige dagen voor dat de oude, bevruchte moederbij, de woning, met den voorzwerm, verlaat. Heeft deze de woning verlaten, dan houdt natuurlijk alle verdere broedaanzetting op, terwijl de grootste hoeveelheid hommelbroed dan nog aan de zorg der overgebleven werkbijen is overgelaten. Is er eene week verloopen, nadat de bevruchte koningin de woning heeft verlaten, dan is zeker al het door haar achtergelaten broed reeds bedekt, en dit zou dan wel zonder eenige verdere verzorging uitkomen. Ongeveer eene maand na het afvliegen van den voorzwerm, begint de jonge intusschen bevruchte koningin eijeren te leggen, zoodat er dan weder wat te broeijen zou zijn; doch dan nadert ook het tijdstip, waarop de hommels als overtollig worden uitgedreven en al het broed, dat hierna tot in October wordt aangezet, moet worden uitgebroeid, zonder dat er in gezonde stokken een enkele hommel aanwezig is.
De ongerijmdheid van de geheel uit de lucht gegrepen stelling, dat de hommels broedbijen zouden zijn, zal elk onbevooroordeelde, door eene naauwkeurige waarneming aan de bijenstokken, spoedig inzien. In de koudere jaargetijden, wanneer er het meest gebroeid moet worden, zouden de gewaande broedbijen ontbreken; terwijl er, in de heetste maanden van het jaar, wanneer de warmte in de woningen bijna ondragelijk is geworden, en de bijen er buiten gaan liggen om de daarbinnen heerschende warmte te ontgaan, afzonderlijke bijen zouden noodig zijn, om het broed warm te houden. – Dit dwaalbegrip zal, dunkt mij, geene verdere behandeling behoeven.
Sterke stokken, die gewoonlijk ook zwermen, kweeken hommels. Zij doen dit in de bewustheid van hunne toenemende bevolking, als eene voorbereiding tot het zwermen. In den zwermtijd, wanneer de jonge koninginnen bevrucht moeten worden, zijn de meeste hommels aanwezig, en de naauwkeurigste waarnemingen hebben geene andere bestemming van deze bijensoort kunnen aantoonen, dan het bevruchten der jonge koninginnen. Die stokken, welke hunne koningin verliezen, terwijl er geen hommels aanwezig zijn, en dan jonge moederbijen aankweeken, blijven onvruchtbaar en gaan met rassche schreden hun ondergang te gemoet.
Zij, die eene andere bestemming aan de hommels toekennen, dan het bevruchten der koninginnen, wijzen op hun groot aantal, daar toch een veel kleiner getal voldoende zou zijn, om de weinige moederbijen te bevruchten. Dit kan zijn in een door menschen bezetten bijenstand, waarin zich soms meer dan honderd stokken bijeen bevinden, doch men moet in het oog houden, dat de bijen zich daar niet in den natuurstaat bevinden. Stelt men zich de bijen in het wild voor, in bosschen huizende, waar de eene stok soms verscheidene uren van den anderen verwijderd is, zoodat de hommels van den eenen stok zelden de koninginnen van een anderen kunnen bevruchten, en zij dus elk voor hunne eigene bevruchting moeten zorgen, dan kan dit getal niet als te groot beschouwd worden; want, daar de bevruchting in de lucht plaats heeft en de hommels niet allen op denzelfden tijd van den dag de woning verlaten, en zij zich daar buiten zeer verspreiden, zoo moeten er wel veel aanwezig zijn, zal de koningin er een kunnen vinden om zich mede te vereenigen.
Eene al te groote hoeveelheid hommels is niet voordeelig, en meestal een gevolg van eene tegennatuurlijke behandeling. Men doet altijd wel met hunne aankweeking zooveel mogelijk tegen te gaan, door het verwijderen van de tafels der hommelcellen, er tafels met werkbijencellen voor in de plaats stellende; want daarvan heeft men nog nooit nadeelige gevolgen ondervonden, omdat er op een bezetten bijenstand altijd nog hommels genoeg gevonden worden. Geheel kan men hen toch niet tegengaan; want verwijderde men alle hommelcellen uit de woning, dan zouden er toch eenige aangezet worden in werkbijencellen. Dit kan men ontdekken aan de verhooging van het gesloten broed. De op deze wijze gekweekte hommels zijn kleiner.
De hommels moeten de paring met de koningin altijd met den dood bekoopen, omdat hun mannelijk lid zoo naauw in de vrouwelijke schede sluit, dat zij dit na de paring niet kunnen terug trekken; het wordt met geweld afgescheurd en blijft in de schede vastzitten. Men heeft in de laatste jaren, toen men alles naauwkeuriger begon na te gaan, verscheidene koninginnen, nog bezet met het mannelijk lid, van hare bevruchtingsuitvlugt zien terug keeren. Onlangs zond Berlepsch zulk eene koningin, na haar gedood en in wijngeest gedaan te hebben, aan Von Siebold, die het in de schede stekend ligchaam, duidelijk herkende als het afgescheurd mannelijk lid.
In het begin van Augustus worden in gezonde stokken de hommels, als niet meer noodig, uitgedreven. Men noemt dit gewoonlijk de hommelslagt. Wanneer de werkbijen hiertoe overgaan, zijn zij geheel zonder erbarming, in tegenstelling van de liefde, die zij voor hun broed betoonen, indien zij hen behoeven voor de bevruchting der koninginnen. Het uitdrijven doen zij op verschillende wijzen, naardat zij dit het best kunnen. Nu bijten en plukken zij hun stukken uit de vleugels, dan gaan zij weder op hen zitten, dat men paardrijden noemt, en dragen hen zoo uit de woning, waarna zij hun het terugkeeren zoo veel mogelijk beletten; meestal echter drijven zij hen van den honigvoorraad tot beneden in een hoek van de woning en laten hen daar, door honger en koude, omkomen. Soms kan men in de woningen geheele hoopen van aldus uitgedreven hommels vinden. Stokken, die hen in de tweede helft van Augustus nog met vrede laten, worden verdacht van moederloosheid, en zij, die hen in September nog dulden, zijn bepaald moederloos en hun ondergang nabij. Vindt men een zoodanigen stok, zoo is het best hem zoo spoedig mogelijk met den onmiddellijk naast hem staanden gezonden stok te vereenigen, en de woning zoo te plaatsen dat zij het midden houdt, tusschen hare vroegere standplaats en die van den weggenomen stok: men noemt dit op den halven man stellen.
DE WERKBIJEN
Even noodzakelijk als de koningin voor de werkbijen is, zijn deze het voor haar en de geheele huishouding, waarvan zij den eigenlijken kern uitmaken, daar zij alléén allen arbeid verrigten. Zij vervaardigen de cellen en brengen het voedsel, het water en den voorraad aan; zij zijn de dappere verdedigers van de koningin en de gemeenschappelijke bezittingen.
De bijen zijn altijd, en met regt, als een zinnebeeld van vlijt voorgesteld; want zij zijn onvermoeid in den arbeid en kunnen nooit van verzuim beschuldigd worden. Wanneer er honig of bloemenstof te vinden is en het weder haar het vliegen niet belet, gaan allen, die bij de verzorging van het broed of de verrigting van andere huisselijke bezigheden gemist kunnen worden, gedurende den dag, op de inzameling uit. Het ingezamelde zetten zij in de eerste ledige cellen, die zij vinden, haastig af, terwijl zij zich dan den nacht ten nutte maken, om het op de behoorlijke plaats te brengen, de woning te zuiveren van onreinheden, die er in mogten gekomen zijn, de dooden uit te dragen, verbeteringen in den bouw te brengen, oneffenheden af te bijten en overtollige openingen te sluiten, tot dat de opkomende zon haar weder in het veld roept, om haar voorraad te vergrooten. In den zomer verdienen zij dus vooral den goed gekozen naam van werk-bijen, daar zij dan onophoudelijk arbeiden. Het is ook daaraan te wijten dat de leeftijd van haar, die in April en Mei de cel verlaten, maar drie of hoogstens vier maanden bedraagt; deze overspannen zich en zijn daardoor spoedig afgeleefd. Zij daarentegen, die in Augustus en later geboren worden, leven in een veel minder drukken tijd, en verouderen minder, daar zij gedurende den winter rustig in den stok zitten. Haar levensduur bedraagt echter op zijn hoogst acht maanden, dat bewezen werd door eene Italiaansche koningin in een stok, met gewone bijen bevolkt, te plaatsen. 7 7 Zie hierover bladz. 11 .
Интервал:
Закладка:
Похожие книги на «Handboek voor Bijenhouders»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Handboek voor Bijenhouders» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «Handboek voor Bijenhouders» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.