Robert Jordan - De Naderende Storm

Здесь есть возможность читать онлайн «Robert Jordan - De Naderende Storm» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: Фэнтези, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

De Naderende Storm: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Naderende Storm»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

De Naderende Storm — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Naderende Storm», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Nynaeve keek vooruit. Inderdaad, nu ze wist waar ze moest kijken, zag ze een weg vanuit het zuiden, die kennelijk net voorbij de heuvel met die van hen samenkwam.

‘Wat is dit voor een valstrik?’ vroeg Naeff, die zijn paard naast dat van Rhand stuurde, met een bezorgde blik op zijn magere strijdersgezicht. ‘Een hinderlaag?’

Rhand stak zijn hand op om hem tot stilte te manen. Hij dreef zijn ruin aan, en de verkenners hielden hem zonder klagen bij. Nynaeve werd bijna achtergelaten; Maanlicht was een veel makker dier dan ze voor zichzelf zou hebben uitgekozen. Ze moest een woordje spreken met de stalmeester als ze terug was in Tyr. Ze gingen om de heuvel heen en kwamen op een stoffig terrein met de littekens van oude vuurkuilen, waar vroegere karavanen de nacht hadden doorgebracht. Een weg smaller die dan waarover zij waren aangekomen liep kronkelend naar het noorden en zuiden. Een eenzame Shienaraanse man stond in het midden, waar de wegen bij elkaar kwamen, en keek naar de naderende stoet. Zijn schouderlange grijze haar hing los langs een mager gezicht dat paste bij zijn pezige bouw. Zijn gezicht was getekend met rimpels, zijn ogen waren klein, en hij leek te turen.

Hurin? dacht ze verbaasd. Nynaeve had de dievenpakker niet meer gezien sinds hij na de gebeurtenissen in Falme met haar en een groep anderen naar de Witte Toren terug was gegaan. Rhand hield zijn paard in en wachtte tot Nynaeve en de Asha’man hem hadden ingehaald. Aiel waaierden uit als bladeren voor een windvlaag en namen waakzaam posities in rondom de kruising. Ze was er vrij zeker van dat beide Asha’man de Bron hadden gegrepen, en waarschijnlijk gold dat ook voor Rhand.

Hurin verplaatste onbehaaglijk zijn gewicht. Hij zag er nog ongeveer net zo uit als Nynaeve hem zich herinnerde. Een beetje meer grijs in zijn haar, maar gehuld in dezelfde eenvoudige bruine kleding, met een zwaardbreker en een kort zwaard aan zijn middel. Hij had zijn paard vlakbij vastgezet aan een omgevallen boom. De Aiel keken er argwanend naar, zoals anderen zouden kijken naar een roedel waakhonden.

‘Ach, heer Rhand!’ riep Hurin met beverige stem. ‘U bent het! Nou, u bent wel vooruitgegaan, moet ik zeggen. Fijn om...’

Hij brak zijn zin af toen hij van de grond werd getild. Hij slaakte een ‘oef’ van verbazing terwijl hij werd rondgedraaid op ongeziene wevingen van Lucht. Nynaeve onderdrukte een huivering. Zou ze ooit op haar gemak zijn bij mannen die geleidden?

‘Wie kwamen er achter ons aan, Hurin,’ riep Rhand, ‘toen jij en ik vastzaten in dat verre Schaduwland? Wat voor mensen heb ik geveld met de boog?’

‘Mensen?’ vroeg Hurin, en zijn stem was bijna een piep. ‘Heer Rhand, er waren daar geen mensen! Niet dat wij hebben ontmoet, behalve vrouwe Selene, dan. Het enige wat ik me herinner zijn die kikkerbeesten, dezelfde waarvan mensen zeggen dat de Seanchanen erop rijden!’

Rhand draaide Hurin met Luchtwevingen rond en bekeek hem met kille ogen. Toen stuurde hij zijn paard dichterbij. Nynaeve en de Asha’man deden hetzelfde.

‘Gelooft u niet dat ik mezelf ben, heer Rhand?’ vroeg Hurin terwijl hij in de lucht hing.

‘Ik ga tegenwoordig nog maar heel beperkt op eerste indrukken af,’ antwoordde Rhand. ‘Ik neem aan dat de Grenslanders jou hebben gestuurd omdat we je kennen?’

Hurin knikte zwetend. Nynaeve had medelijden met die man. Hij was volkomen toegewijd aan Rhand. Ze hadden samen veel tijd doorgebracht, jagend op Fajin en de Hoorn van Valere. Op de terugtocht naar Tar Valon had ze Hurin amper kunnen laten ophouden met zijn verhalen over de grootse prestatie die Rhand had geleverd. Dat de slanke dievenpakker nu zo werd behandeld door de man die hij op handen droeg, moest erg onthutsend voor hem zijn. ‘Waarom jij alleen?’ vroeg Rhand zacht.

‘Nou,’ zei Hurin zuchtend. ‘Ze hadden u gezegd...’ Hij aarzelde en leek ergens door afgeleid. Hij snuffelde. ‘Maar dat... dat is vreemd. Nog nooit zoiets geroken.’

‘Wat?’ vroeg Rhand.

‘Ik weet niet,’ zei Hurin. ‘De lucht... Het ruikt hier ineens naar een heleboel sterfte, een heleboel geweld, maar eigenlijk ook niet. Het is duisterder. Verschrikkelijker.’ Hij huiverde zichtbaar. Hurins vermogen om geweld te ruiken was een van die merkwaardigheden die de Toren niet kon verklaren. Het had niet rechtstreeks te maken met de Kracht, maar was overduidelijk ook niet helemaal natuurlijk.

Rhand scheen er niet om te geven wat Hurin rook. ‘Vertel waarom ze alleen jou hebben gestuurd, Hurin.’

‘Dat wilde ik doen, heer Rhand. Ziet u, dit hier, we moeten voorwaarden bespreken.’

‘Voorwaarden om je legers te laten terugkeren naar waar ze horen?’ vroeg Rhand.

‘Nee, heer Rhand,’ antwoordde Hurin onbehaaglijk. ‘Voorwaarden voor een ontmoeting met hen zelf. Dat deel in hun brief was nogal vaag, neem ik aan. Ze zeiden al dat u misschien boos zou worden als u alleen mij hier aantrof.’

‘Dat hadden ze mis,’ zei Rhand op zachtere toon. Nynaeve merkte dat ze zich moest inspannen om hem te verstaan, en ze boog zich naar voren. ‘Ik voel niet langer woede, Hurin,’ zei Rhand. ‘Ik heb er niets aan. Waarom zouden we “voorwaarden” nodig hebben om elkaar te ontmoeten? Ik nam aan dat mijn aanbod om alleen een kleine groep mee te nemen aanvaardbaar zou zijn.’

‘Nou, heer Rhand,’ zei Hurin, ‘ziet u, ze willen u echt ontmoeten. Ik bedoel, we zijn helemaal hierheen gekomen, lopend door die rotwinter, als u mij wilt verontschuldigen, Aes Sedai. Maar het was een rotwinter! En een strenge, hoewel hij pas laat begon. Hoe dan ook, we deden dat om naar u toe te komen, heer Rhand. Dus u ziet wel, ze willen u ontmoeten. Heel graag.’

‘Maar?’

‘Maar, nou, de vorige keer dat u in Far Madding was, was er...’

Rhand stak zijn vinger op. Hurin hield zijn mond, en alles werd stil.

Zelfs de paarden leken hun adem in te houden. ‘Zijn de Grenslanders in Far Madding?’ vroeg Rhand.

‘Ja, heer Rhand.’

‘Willen ze me daar ontmoeten?’

‘Ja, heer Rhand. U zult dan binnen de bescherming van de Wachter moeten komen, ziet u, en...’

Rhand wuifde abrupt met zijn hand en snoerde Hurin de mond. Meteen opende zich een Poort. Die leek echter niet naar Far Madding te leiden; alleen een kort stukje terug, naar de weg waarover Rhand en de anderen korte tijd eerder hadden gereden.

Rhand liet Hurin los, beduidde de Aiel dat ze de man naar zijn paard moesten laten gaan en stuurde Tai’daishar door de Poort. Wat was er aan de hand? Alle anderen volgden. Eenmaal aan de andere kant maakte Rhand een volgende Poort, en deze gaf toegang tot een kleine, beboste laagte. Nynaeve dacht dat ze die herkende; hier hadden ze overnacht na hun bezoek aan Far Madding met Cadsuane. Waarom die eerste Poort? dacht Nynaeve verward. En toen drong het tot haar door. Je hoefde een gebied niet te verkennen om er een korte afstand vandaan te Reizen, en Reizen naar een bepaalde plek maakte je er voldoende vertrouwd mee om daarvandaan Poorten te maken.

Dus door eerst een kort stukje te Reizen, had Rhand zich de plek goed genoeg ingeprent om Poorten te maken waarheen hij wilde, terwijl hij zich daarmee de tijd bespaarde om de omgeving te verkennen! Het was bijzonder slim, en Nynaeve bloosde omdat ze die mogelijkheid zelf nooit had overwogen. Hoe lang kende Rhand die truc al? Was de herinnering eraan gekomen van die... stem in zijn hoofd?

Rhand stuurde Tai’daishar de laagte in, en de hoeven van zijn paard brachten afgevallen blad in beweging terwijl het zich een weg zocht door de ondergroei. Nynaeve volgde en probeerde haar makke merrie aan te sporen om Rhand bij te houden. Die stalmeester zou beslist van haar horen. Zijn oren zouden gloeien als zij met hem klaar was!

Hurin draafde ook door de Poort, en de Aiel draafden mee en bleven hem onopvallend omsingelen. Ze hadden sluiers voor en speren of bogen in de hand. Voorbij de bomen en ondergroei kwam Rhand tot stilstand, en hij keek over het open weideland naar de oude stad Far Madding.

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «De Naderende Storm»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Naderende Storm» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «De Naderende Storm»

Обсуждение, отзывы о книге «De Naderende Storm» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x