Albert Baantjer - De Cock en de dode tempeliers
Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en de dode tempeliers» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 2001, ISBN: 2001, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Cock en de dode tempeliers
- Автор:
- Издательство:De Fontein
- Жанр:
- Год:2001
- Город:Baarn
- ISBN:90-261-1594-6
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Cock en de dode tempeliers: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en de dode tempeliers»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Cock en de dode tempeliers — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en de dode tempeliers», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
’Gabriëlle de Lavaterne,’ reageerde hij rustig, ’ziet in hem de moordenaar van haar man.’
Vledder sloeg met zijn vuist op de rand van het stuur. ’Die Gabriëlle deugt zelf niet,’ riep hij geagiteerd. ’Ik geloof dat het beeld dat zij ons van haar man schetst, in geen enkel opzicht met de werkelijkheid overeenstemt. Antonie de Lavaterne was volgens mij geen sukkel die alleen maar kon existeren wanneer hij zich strikt aan een vast levenspatroon hield.’ De Cock liet zich onderuitzakken. De zelfgebreide trui die zijn vrouw hem dwong te dragen zolang er een ’r’ in de maand was, gaf hem een warm gevoel. Hij trok zijn schouders op. ’Morgen,’ sprak hij gelaten, ’zal zijn secretaresse ons daarover nader informeren.’
De ijzige houding van De Cock ergerde Vledder.
’Denk nog eens na,’ riep hij geprikkeld. ’Gabriëlle de Lavaterne meldt ons de vermissing van haar man, vijftien uur en achtentwintig minuten nadat hij volgens haar thuis had moeten komen, en geeft direct als suggestie dat haar man is vermoord. Maar over een motief en een eventuele dader horen we niets. Pas vele uren later, nadat ze via een geheimzinnig telefoontje heeft vernomen dat haar man werkelijk is vermoord, komt ze als moordenaar met ene Henry Cooperbrander op de proppen, een vent die haar man om een geldkwestie zou hebben gehaat.’ De jonge rechercheur wond zich op.
’Plotseling weet ze ook alles van de Broederschap van het Kruis, kent ze de betekenis van de ponjaard en openbaart ons dat haar man in de broederschap de functie van tempelier bekleedde.’ Vledder ademde diep.
’Ze is onbetrouwbaar, volkomen onbetrouwbaar. Ik vraag me af welke belangen zij heeft bij de moord op haar man? Wie zegt mij dat zijn dood haar niet goed van pas komt. Misschien had ze er zelf wel de hand in. Uiteindelijk beschikte zij over het moordwapen.’ De Cock keek hem niet-begrijpend aan.
’Het moordwapen?’
Vledder gebaarde heftig.
’Zoals elk lid van de Broederschap van het Kruis had Antonie de Lavaterne de beschikking over een eigen ponjaard. Als Gabriëlle ons dat wapen morgen niet kan presenteren, dan weet ik waar het is gebleven, in de rug van haar eigen man.’ De Cock drukte zich weer iets omhoog en keek zijn jonge collega bewonderend aan.
’Zo op het gehoor een goed onderbouwd requisitoir,’ sprak hij met bewondering. ’Maar ik ben ervan overtuigd dat een gewiekst advocaat, met deze aanklacht tegen haar, breed glimlachend aan zijn pleidooi begint.’
’Omdat hij verzekerd is van vrijspraak?’
’Precies.’
’Jij vertrouwt haar wel?’
De Cock spreidde zijn handen.
’Mag een vrouw die door moord plotseling haar man heeft verloren een tikkeltje in de war zijn?’
Vledder bromde.
’Een tik-kel-tje in de war,’ reageerde hij spottend. ’Ze leidt ons bewust, sluw en geslepen, in de verkeerde richting. Ook deze rit naar Naarden is volgens mij verspilling van tijd en energie.’ De Cock trok achteloos zijn schouders op.
’We zullen zien,’ sprak hij rustig. ’Henry Cooperbrander kan ons, als hij daartoe bereid is, duidelijk maken wat het werk van de tempeliers in de broederschap inhoudt, welke activiteiten zij ontplooien en wellicht openbaart hij ons iets over zijn haatgevoelens jegens de verslagen Antonie de Lavaterne.’ Vledder grinnikte vreugdeloos.
’Jij denkt toch niet,’ vroeg hij snijdend, ’dat hij ons onmiddellijk zal toeroepen dat hij die vent om zeep heeft geholpen?’ De Cock antwoordde niet. De oude rechercheur liet zich weer onderuitzakken. Een verdere discussie over dit onderwerp met een rebelse collega leek hem zinloos.
Vledder blikte woedend opzij. Het feit dat zijn oude collega niet verder reageerde, prikkelde hem. Hij klemde zijn handen mokkend vaster om het stuur en drukte het gaspedaal van de Golf dieper in. De jonge rechercheur kon zijn recalcitrante bui maar moeilijk onderdrukken. De Cock onderging zijn protestactie gelaten.
Het was voor het late uur ongewoon druk op de A1. De rijbanen in de richting van Amsterdam waren vol bezet. Eerst na het knooppunt Muiderberg werd het iets rustiger. Bij de afslag Bussum verliet Vledder de snelweg en koos de richting die het reclamebord van hotel-restaurant Jan Tabak aangaf. De jonge rechercheur wees ernaar. De piek van zijn woede was weggeëbd.
’Ik heb wel eens met Edmay daar bij Jan Tabak gegeten,’ sprak hij rustig. ’Heel smakelijk. De Jan Toebacklaan is er pal achter.’ De Cock fronste zijn wenkbrauwen.
’Is de Jan Toebacklaan naar Jan Tabak genoemd, of omgekeerd de Jan Tabak naar de Jan Toebacklaan?’
Vledder lachte.
’Het is nog anders. Beide namen zijn vermoedelijk niet helemaal juist. Ik heb dat destijds eens geïnformeerd bij Dirk Dekema, gemeentearchivaris in Naarden. In de zeventiende eeuw woonde in Bussum ene Jan Jacobsz. Hij was ”flessiaan”, een oud woord voor caféhouder of slijter. Die Jan Jacobsz had als bijnaam ”Jan Toebaxman”. Hoe hij aan die bijnaam is gekomen vermeldt de geschiedenis niet. Vermoedelijk verbouwde hij ook tabak, wat eeuwen geleden in het Gooi veel gebeurde. In 1687 stichtte Jan Toebaxman aan de rand van Naarden aan de goed begaanbare weg van Amsterdam naar Amersfoort een herberg die hij de naam Sandbergen gaf, maar die naam kreeg bij het volk geen ingang. Iedereen sprak algauw van Jan Tabak. Het huidige hotel Jan Tabak staat niet meer op dezelfde plek als het Sandbergen van Jan Toebaxman. In 1813 werd de houten herberg van Jan Toebaxman door de Fransen verwoest.’ De Cock grinnikte.
’Die oude flessiaan zal nooit hebben vermoed dat zijn bijnaam tot de huidige dag vermaard is gebleven.’
Vledder gebaarde.
’De grens tussen Bussum en Naarden loopt midden door de Jan Toebacklaan. Aan de kant van Bussum woont John Bakkenhoven.’
’Wie is dat?’
’Vriend en adviseur van de schrijver Appie Baantjer.’ De Cock fronste zijn wenkbrauwen.
’Appie Baantjer, zei je?’
Vledder knikte.
’Appie Baantjer.’
De Cock drukte zich weer omhoog.
’Nooit van gehoord,’ gromde hij.
Vledder keek hem verbijsterd aan.
’Hij schrijft over jou, al jaren, boekenkasten vol.’
De Cock zwaaide geprikkeld.
’Juist daarom, ik wil liever niets met die man te maken hebben. Hij is in mijn ogen een groot fantast. Als je de kans krijgt, blijf uit zijn buurt.’
Vledder grinnikte. Hoofdschuddend draaide hij vanaf de oude Rijksweg links de door statige bomen omzoomde Brediusweg op en zocht onmiddellijk daarna rechts zijn weg naar de Jan Toebacklaan. Daar minderde hij snelheid. Ongeveer halverwege parkeerde hij de Golf pal achter een glanzende Italiaanse limousine en stapte uit. De Cock volgde. Samen slenterden ze verder de schaars verlichte laan in.
Nummer 513 bleek een imposante villa, gebouwd in de stijl van de jaren dertig met grote brede ramen en ver overhangende houten dakgoten.
De Cock nam de omgeving in zich op. De bomen, heesters en struiken in de voortuin van de villa waren vrijwel kaal. Het slechte weer van november had de resten van de herfsttooi vroeg verwaaid. Door de takken heen zag hij dat in de villa een flakkerend licht brandde.
Het fraaie smeedijzeren hek naar de oprijlaan, zo merkte de oude rechercheur op, stond in het midden half open. Alsof iemand zich niet de tijd had gegund om de beide delen van het hek behoorlijk te sluiten. De Cock stopte de waarneming in de achterzak van zijn geheugen. Daarna stapte hij soepel tussen de hekhelften door en sjokte naar de voordeur. Het grove grind knarste onder zijn voeten. Vledder, waakzaam, volgde schuin achter hem.
Voor de zware, blankgelakte voordeur in de vorm van een toog, bleef De Cock staan en bezag het slot. Met tintelend genoegen constateerde hij dat de constructie van het slot hem vertrouwd was. Voor het eventueel onbevoegd openen voorzag hij geen problemen. Het apparaatje van zijn oude vriend en ex-inbreker Handige Henkie, was daarvoor uitermate geschikt. Aan de muur, rechts van de deursponning, hing een glimmend gepoetste koperen plaat met ’ H. Cooperbrander ’ in zwarte verzonken letters.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Cock en de dode tempeliers»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en de dode tempeliers» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en de dode tempeliers» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.