Albert Baantjer - De Cock en moord op termijn
Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en moord op termijn» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 1998, ISBN: 1998, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Cock en moord op termijn
- Автор:
- Издательство:De Fontein
- Жанр:
- Год:1998
- Город:Baarn
- ISBN:978-90-261-0219-4
- Рейтинг книги:5 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 100
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Cock en moord op termijn: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en moord op termijn»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Cock en moord op termijn — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en moord op termijn», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
De Cock keek hem bestraffend aan.
‘De Bijbelse Job was een godvruchtig man.’
‘Maar hij zat wel op een mesthoop.’
De Cock negeerde de opmerking. De uitrukwagen van de Dactyloscopische Dienst draaide de gracht op en in de verte klonk de sirene van een naderende ambulance.
Vledder wees naar de dode. ‘Waarom ging die man met dit noodweer midden in de nacht nog naar zijn kantoor?’
De Cock keek bewonderend naar hem op.
‘Dat, Dick, is de eerste verstandige opmerking die ik vandaag van je hoor.’
Toen de meute was vertrokken, bukte De Cock opnieuw bij de dode. Snel doorzocht hij de zakken van diens colbert en nam daaruit een portefeuille en een in leer gebonden agenda. Hij reikte ze aan Vledder. Ook duwde hij de vingers van de rechterhand terug en pakte het etui met sleutels. Daarna kwam hij overeind en wenkte de broeders van de Geneeskundige Dienst, die in de cabine van hun wagen zaten te wachten.
De Cock wurmde zijn hoedje vaster op zijn hoofd. De storm scheen nog in hevigheid toe te nemen. De speurder keek omhoog naar de buigende iepen aan de wallenkant.
De onaangedane broeders schoven hun brancard naast de dode en legden hem voorzichtig op het canvas. Een poging om het laken over hem heen te draperen mislukte door de felle wind. Haastig sloegen ze de kleppen toe en trokken de riemen vast. Met gebogen hoofd droegen ze de dode zacht wiegend naar de ambulancewagen. De storm sjorde venijnig aan hun witte jassen.
De Cock keek toe hoe ze de deuren dichtklapten en met hun wagen wegreden. Toen het rode achterlicht was verdwenen, draaide hij zich wat bruusk om en liep naar Vledder. ‘Laten we gauw maken dat we hier wegkomen.’ Hij keek weer omhoog. ‘Met zo’n storm heb ik het niet begrepen op die oude bomen.’
In de Warmoesstraat, achter de balie, was Jan Kusters inmiddels afgelost door de oude Meindert Post. Toen Vledder en De Cock de hal in stapten, keek de Urker wachtcommandant omhoog naar de klok. ‘Jullie zijn knap laat.’
De Cock trok zijn schouders op.
‘Het zat een beetje tegen.’ Hij wees voor zich uit. ‘Heeft Jan Kusters die vorige zaak nog in het mutatierapport gezet?’
Meindert Post boog zich over zijn machine.
‘Van die twee wikkels cocaïne?’
‘Verdachte Casper van Hoogwoud.’
De wachtcommandant keek op. ‘Dat klopt. Er staat alleen niet bij wat er met hem is gebeurd.’
De Cock wuifde naar de deur. ‘Heengezonden… dat is… thuisgelaten. Zijn broer bleek te zijn overleden.’ Hij strekte zijn hand uit. ‘Geef het mutatierapport maar even mee, dan tikken wij er boven wel een stukje in.’
‘Over die moord op de Keizersgracht.’
‘Precies. Dat scheelt jou weer.’
Meindert Post trok het rapport uit zijn machine. Vledder pakte het aan, onderwijl duimde hij in de richting van De Cock. ‘Hij bedoelt… dan tikt Vledder er wel even een stukje in.’
Zoet grijnzend liep de grijze speurder van de balie naar de trap. Vledder volgde met het rapport in zijn hand.
In de recherchekamer plofte De Cock zichtbaar vermoeid op de stoel achter zijn bureau. Met een loom gebaar wierp hij zijn oude hoedje naar de kapstok, en miste. Vledder schoof hem de portefeuille en de agenda van de dode toe en pakte de elektrische schrijfmachine.
‘Is de naam goed?’
De Cock knikte.
‘Ik heb hier zijn rijbewijs. Het is voluit: Jacob Otto Bernard van Abbenes. Zijn privéadres luidt: Minervalaan 783, Amsterdam.’ De telefoon op het bureau van De Cock rinkelde. Vledder reikte iets naar voren, nam de hoorn op en luisterde. Zonder een woord te zeggen, legde hij na enkele seconden de hoorn op het toestel terug.
De Cock keek hem gespannen aan. ‘Wie was dat?’
‘Dat weet ik niet.’
‘Je had toch iemand aan de lijn?’
Vledder knikte. ‘Een vrouw.’
‘En?’ De jonge rechercheur slikte. ‘Ze zei… ze zei… Marcel werd vermoord.’
3
De Cock zat in de tram en keek naar buiten. De storm van de afgelopen nacht had in de binnenstad nogal wat verwoestingen aangericht. De trottoirs lagen bezaaid met afgewaaide, stukgevallen dakpannen en afgerukte takken. Op de Rozengracht was een bouwstelling bezweken en versperde een gedeelte van de rijweg. Het verwonderde De Cock dat de elektrische bovenleiding van de tram nog intact was en het meest omstreden Amsterdamse gemeentevehikel zijn weg ongestoord kon vervolgen.
Op het Stationsplein stapte hij uit. In de regel sjokte hij met de stroom mee naar het Damrak, maar hij dook nu achter het NZH-koffiehuis het metrostation in en liep langs de treinen naar de uitgang van de Prins Hendrikkade. Hij bezag hoe ook dit keer de Sint-Nicolaaskerk de storm had overleefd. Hij hield van die oude, wat vervallen kerk en bewaarde dierbare herinneringen aan pastoor Aarts, met wie hij in het verleden dikwijls contact had gehad. De bijna onnozele menslievendheid van de oude zielenherder had hem altijd ontroerd. Hoewel zijn parochie bestond uit ongeïnteresseerde penozejongens, hoerenmadams en meisjes van de vlakte, wilde hij van enig kwaad in de mensen niet horen.
Via de Sint-Olofspoort belandde De Cock in de Warmoesstraat. Vals fluitend liep hij het politiebureau binnen, groette in het voorbijgaan de wachtcommandant en klom opmerkelijk kwiek de trappen op naar de tweede etage.
In de grote recherchekamer zat Vledder al achter zijn schrijfmachine. De jonge rechercheur zag er belabberd uit, bleek en met diepe wallen onder zijn ogen. De Cock keek hem verwonderd aan. ‘Heb je niet geslapen?’
Vledder liet zijn vingers rusten en bromde: ‘Weet je hoe laat ik vannacht thuis was? Vier uur. Dan kan ik het wel vergeten… ben ik over mijn slaap heen… doe ik geen oog meer dicht.’ Hij keek met een jaloerse blik omhoog. ‘En jij?’
De Cock schonk hem een knipoog.
‘Ik heb thuis eerst een stevig glas bourgogne genomen… toen werd ik warm van binnen. Daarna kroop ik in bed dicht tegen de vrouw aan.’ Hij grinnikte jongensachtig. ‘Toen werd ik ook warm van buiten.’
‘En je sliep?’
‘Als een blok.’
De jonge rechercheur wuifde wat loom naar de stoel naast zijn bureau. ‘Ik had hier vanmorgen commissaris Buitendam al bij mij.’
‘Hoe laat?’
‘Goed halfacht. En volgens mij was hij toen al een poosje aan het bureau.’
De Cock fronste zijn wenkbrauwen.
‘Zo vroeg?’
Vledder knikte. ‘Het verbaasde mij ook. Hij was nogal nerveus, in de war, opgewonden, en hij maakte opmerkingen over de geringe bijzonderheden in het rapport.’
‘Bijzonderheden? Waarover?’
‘De moord op advocaat Van Abbenes.’
De Cock keek zijn jonge collega onderzoekend aan.
‘Was hij daarvoor zo vroeg van huis gegaan?’
‘Dat idee had ik, ja.’
‘Maar hoe wist hij van die moord? Wij hebben hem niet ingelicht. En ik heb vanmorgen gekeken. Er stond nog niets in de kranten.’
‘Iemand had hem gebeld.’
‘Wie?’
‘Een vrouw… een onbekende vrouw.’
De Cock kneep zijn ogen half dicht.
‘Weer een vrouw?’ vroeg hij verwonderd.
Vledder pakte knikkend een notitie van zijn bureau.
‘Ze zei: “Van Abbenes is dood… niet wegens uwe gerechtigheid… maar de mijne.”’
Commissaris Buitendam, de lange, statige politiechef van het bureau Warmoesstraat, wuifde met een slanke hand.
‘Ga zitten, De Cock,’ sprak hij geaffecteerd. De grijze rechercheur keek hem aan. De commissaris, zo vond hij, zag er vermoeid uit. Zijn lange gezicht met ingevallen wangen had weinig kleur en zijn ogen stonden dof. De aanblik bezielde De Cock met een vleugje medelijden.
Gedwee nam hij plaats.
De commissaris liet zich in zijn zetel zakken en kuchte. ‘Ik moet meester Schaaps,’ begon hij voorzichtig, ‘onze officier van justitie, straks op de hoogte brengen van het feit, dat de heer Van Abbenes op een gewelddadige wijze om het leven is gebracht. Ik heb uiteraard jouw mutatie in het meldingsrapport gelezen. Ik moet zeggen… dat was wel erg summier.’
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Cock en moord op termijn»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en moord op termijn» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en moord op termijn» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.