‘De reizen van mijn zus hebben me zeker geïnspireerd om in het buitenland te gaan werken. Ik heb altijd al in een ander land willen wonen en ik ben dol op Europa. Zeker Frankrijk, aangezien ik de taal vrij vloeiend spreek.’
‘Heb je les gehad?’
‘Ja, twee jaar, maar daarvoor was ik er ook al mee bekend. Mijn moeder is in Frankrijk opgegroeid en deed af en toe freelance vertaalwerk toen ik jong was, dus mijn zus en ik konden gesproken Frans goed begrijpen.’
Maureen stelde een vraag in het Frans: ‘Wat hoop je te bereiken door als au pair de werken?’
Cassie was blij dat ze vloeiend kon antwoorden: ‘Ik zou graag meer leren over het leven in een ander land, en mijn taalvaardigheid verbeteren.’
Ze hoopte dat Maureen onder de indruk zou zijn van haar antwoord, maar die bleef strak door het papierwerk bladeren.
‘Woon je nog thuis, Cassie?’
Weer terug naar het gezinsleven... Dacht Maureen dat ze iets verborg? Ze moest voorzichtig antwoorden. Op je zestiende uit huis gaan, zoals ze had gedaan, zou een rode vlag zijn. Waarom zo jong? Waren er problemen thuis? Ze moest een mooier beeld schetsen, dat de indruk gaf van een normaal en gelukkig gezinsleven.
‘Ik woon op mezelf sinds m’n twintigste,’ loog ze. Ze was zich zo schuldbewust dat haar gezicht gloeide.
‘En je werkt parttime. Ik zie hier een referentie van Primi. Is dat een restaurant?’
‘Ja, daar heb ik de afgelopen twee jaar in de bediening gewerkt.’ Dat was gelukkig waar. Daarvoor had ze verscheidene andere baantjes gehad en zelfs een tijdje in een louche pub gewerkt, om haar gedeelde kamer en haar opleiding op afstand te kunnen betalen. Primi, haar laatste baantje, was het leukst geweest. Het team van het restaurant had gevoeld als de familie die ze nooit gehad had, maar ze had er geen toekomst. Het salaris was slecht en de fooien waren niet veel beter; het was moeilijk geld verdienen in dat deel van de stad. Ze was van plan geweest om een goed moment af te wachten om iets nieuws te zoeken, maar toen haar eigen omstandigheden plotseling verslechterd waren, was het dringend geworden.
‘Ervaring met kinderopvang?’ Maureen keek over de rand van haar bril naar Cassie, die haar maag voelde omkeren.
‘Ik… Ik heb drie maanden geassisteerd bij een kinderdagverblijf voordat ik bij Primi begon. De aanbeveling zit in de map. Ik heb een basistraining in veiligheid en eerste hulp gehad, en ze hebben me nagetrokken,’ stamelde ze. Ze hoopte dat het genoeg zou zijn. Het was maar een tijdelijk baantje geweest; ze kon invallen voor iemand die met zwangerschapsverlof was. Ze had er nooit bij stilgestaan dat het een opstapje zou zijn naar een kans in de toekomst.
‘Ik deed ook kinderfeestjes in het restaurant. Ik ben een heel vriendelijk iemand. Ik kan goed opschieten met anderen, en ik ben geduldig...’
Maureens perste haar lippen op elkaar. ‘Jammer dat je ervaring niet wat recenter is. Je hebt ook geen officiële diploma’s in kinderverzorging. De meeste families eisen een diploma, of op z’n minst wat meer ervaring. Het zal lastig worden om je met zo weinig te plaatsen.’
Cassie keek haar wanhopig aan. Ze moest dit doen, wat er ook voor nodig was. De keuze was duidelijk. Ontsnappen... Of verstrikt raken in een net van geweld, wat ze juist achter zich had willen laten door het huis uit te gaan.
De blauwe plekken op haar bovenarm waren na een paar dagen goed zichtbaar geworden, met donkere randen, zodat ze zijn knokkels kon tellen waar hij haar geraakt had. Haar vriend, Zane, die tijdens de tweede date had beloofd dat hij van haar hield en haar altijd zou beschermen.
Toen de lelijke vlekken zichtbaar werden, had ze zich huiverend gerealiseerd dat ze bijna identieke blauwe plekken op diezelfde plek had gehad, tien jaar geleden. Eerst was het haar arm geweest. Toen haar nek, en uiteindelijk haar gezicht. Ook veroorzaakt door een zogenaamde beschermer: haar vader.
Hij was begonnen met haar te slaan toen ze twaalf was, nadat Jacqui, haar oudere zus, van huis was weggelopen. Daarvoor had Jacqui het meeste van zijn woede over zich heen gekregen. Haar aanwezigheid had Cassie uit de wind gehouden.
De blauwe plekken van Zane zaten er nog; het zou even duren voordat ze vervaagden. Ze droeg lange mouwen om ze te verbergen tijdens de sollicitatie, en had het te warm in het benauwde kantoor.
‘Is er nog een andere plek die u kunt aanraden?’ vroeg ze Maureen. ‘Ik weet dat dit een lokaal bedrijf is, maar is er misschien een website waar ik me zou kunnen aanmelden?’
‘Een website zou ik niet aanraden,’ zei Maureen streng. ‘Te veel kandidaten hebben daar slechte ervaringen mee gehad. Sommigen kwamen in een situatie terecht waar ze zich niet aan werktijden konden houden, of ze moesten schoonmaakwerk doen terwijl ze ook op de kinderen pasten. Dat is voor geen van de betrokkenen eerlijk. Ik heb ook gehoord dat au pairs op andere manieren misbruikt werden. Dus, nee.’
‘Alstublieft… Heeft u niemand in uw bestand die me zou overwegen? Ik ben een harde werker, ik leer graag en ik kan me makkelijk aanpassen. Geef me alstublieft een kans.’
Maureen was een ogenblik stil, en begon toen fronsend op haar toetsenbord te tikken.
‘Je familie… Hoe vinden zij het dat je een jaar haar reizen? Heb je een vriend, laat je hier iets achter?’
‘Ik heb het kortgeleden uitgemaakt met mijn vriend. En ik ben altijd erg onafhankelijk geweest, dat weet m’n familie ook.’
Zane had gehuild en zijn excuses aangeboden nadat hij haar arm had gestompt, maar ze had niet toegegeven. Ze had gedacht aan de waarschuwing die haar zus haar lang geleden had gegeven en waarvan was gebleken dat het waar was: ‘Geen enkele man slaat een vrouw één keer.’
Ze had haar tassen gepakt en was bij een vriendin ingetrokken. Om hem te ontlopen, had ze zijn nummer geblokkeerd en haar werkrooster veranderd. Ze had gehoopt dat hij haar beslissing zou accepteren en haar met rust zou laten, ook al wist ze diep vanbinnen dat hij dat niet zou doen. Het uitmaken had zijn idee moeten zijn, niet die van haar. Zijn ego kon de afwijzing niet aan.
Hij was haar al komen zoeken in het restaurant. De manager had gezegd dat ze twee weken vrij had genomen en naar Florida was gegaan. Dat had haar wat tijd opgeleverd... Maar ze wist dat hij de dagen telde. Over een week zou hij haar weer op het spoor zijn.
De VS voelde te klein om aan hem te ontsnappen. Ze wilde een oceaan – een grote – tussen hen in. Het ergste was de angst dat ze zou verslappen, dat ze hem zou vergeven en hem nog een kans zou geven.
Maureen legde de papieren neer en vroeg een paar standaardvragen die Cassie makkelijker kon beantwoorden. Haar hobby’s, chronische medicatie, dieetvoorschriften of allergieën.
‘Ik heb geen dieetvoorschriften of allergieën. En geen problemen met mijn gezondheid.’ Cassie hoopte dat haar medicijnen tegen paniekaanvallen niet telden als chronische medicatie. Ze kon het maar beter niet noemen, besloot ze, omdat het vast een reden zou zijn om haar af te wijzen.
Maureen schreef iets op de map. Toen vroeg ze: ‘Wat zou je doen als de kinderen waar je voor zorgt stout of ongehoorzaam zijn? Hoe zou je daarmee omgaan?’
Cassie haalde diep adem. ‘Nou, ik denk niet dat er één oplossing is die voor iedereen werkt. Als een kind ongehoorzaam is omdat ze op een gevaarlijke weg afrent, is er een andere aanpak nodig dan als ze haar groenten niet wil eten. In het eerste geval staat veiligheid voorop, en moet het kind zo snel mogelijk bij het gevaar worden weggehaald. In het tweede geval zou ik praten en onderhandelen. Waarom vind je ze niet lekker? Is het om hoe het eruitziet, of hoe het smaakt? Zou je een hapje kunnen proeven? We gaan tenslotte allemaal door fases heen met eten, en meestal groeien we eroverheen.’
Maureen leek tevreden, maar de volgende vragen waren moeilijker. ‘Wat doe je als kinderen tegen je liegen? Als ze bijvoorbeeld zeggen dat iets mag, terwijl de ouders dat verboden hebben?’
Читать дальше