Camille Flammarion - De Wereld vóór de schepping van den mensch
Здесь есть возможность читать онлайн «Camille Flammarion - De Wereld vóór de schepping van den mensch» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: foreign_edu, Биология, geography_book, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:De Wereld vóór de schepping van den mensch
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
De Wereld vóór de schepping van den mensch: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Wereld vóór de schepping van den mensch»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
De Wereld vóór de schepping van den mensch — читать онлайн ознакомительный отрывок
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Wereld vóór de schepping van den mensch», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
Doch zie! Daar leeren wij een nieuw heelal kennen. Voor ons opent zich een onmetelijk verleden, bewoond met schepselen, waarvan wij geen denkbeeld hadden. De visioenen der dichters en profeten zijn door de werkelijkheid overtroffen. Zij nemen voor ons een’ vorm aan en heeten pterodactylen (vleugelvingerigen), plesiosauren, dinotheriums enz.
„Welk eenen invloed,” zegt Edgard Quinet, „moeten dergelijke veranderingen in onze beschouwingen, een zoodanige rijkdom, bij den reeds aanwezigen rijkdom gevoegd, de gift van eene geheel nieuwe natuur, in den dood bewaard, uitgeoefend hebben op onze voorstellingen van leven en dood, van het heden en de toekomst, van onze plaats aan de spits der bewerktuigde schepselen! Indien de kruipende dieren in het secundaire tijdperk hadden kunnen spreken, dan zouden zij gezegd hebben: Wij zijn de koningen der schepping. Geen wezen staat boven ons, niemand dan wij is in staat te kruipen. Tevergeefs tracht een troep lagere wezens, straaldieren, weekdieren, visschen zich met ons te meten. Het kruipende dier is het uitverkoren schepsel, de goddelijke vorm; met hem eindigt de wereld haren vooruitgang en hij is de kroon der schepping.

De eerste dagen der silurische periode: Alleen de wateren zijn bewoond.
„Indien de groote zoogdieren van het tertraire tijdperk hunne stem hadden doen hooren, dan zouden zij gezegd hebben: Het heelal heeft eenen stap voorwaarts gedaan, wij staan op de hoogste trede der ontwikkeling. Hoe is het mogelijk, dat de kruipende dieren ooit hebben kunnen gelooven, dat met hen de wereld voltooid was. Zij zijn in staat op den buik voor te gaan; maar wij hebben het hoofd opgeheven. Wij zijn de wettige heerschers, hoe kunnen er nog hooger bewerktuigde wezens bestaan? Al die overgangsvormen, die zich oefenden tot het leven, ontwikkelden zich geleidelijk tot onze gedaante. Maar wij hebben het eindpunt bereikt, zonder vrees, dat ooit eenig ander wezen ons van onzen troon verjaagt; wij kunnen van eeuw tot eeuw rustig de aarde afweiden en ons onderling verscheuren.
„Doch zie! Daar begint het quaternaire tijdstip; de mensch verschijnt en zegt: Tot nu toe heeft iedereen zich vergist, wij alleen niet. De kruipende dieren geloofden aan de goddelijke heerschappij der kruipende dieren, de zoogdieren aan die der zoogdieren. Dwaling, vermetelheid van het lagere volk der schepping. Ik alleen ben de wettige heerscher. Om voor mij plaats te maken, zijn al die koningen van éénen dag ter aarde gestort, van de trilobieten en de koninklijke ammonieten tot de groote gewervelde dieren. Ik alleen ben de heerscher, in wien het leven zijnen volmaaktsten vorm heeft verkregen; of juister gezegd, er is geene enkele schakel tusschen de vroegere vormen en den mijnen. Het heelal is voltooid, de tijden zijn vervuld. In mij heeft God zich uitgeput, ik ben de laatste zoon van zijnen ouderdom.
„Dat gezichtspunt is dagelijks moeilijker vol te houden; zoo talrijke organische dynastiën moeten den mensch eindelijk overtuigen, dat hij zelf eene soort van ééne dag is, en dat het oogenblik komen zal, waarop ook hij zal worden onttroond.
„Wanneer ik dien langzamen vooruitgang zie, van den trilobiet, den eersten verbaasden getuige van de wordende wereld tot aan het menschengeslacht, dan is het mij onmogelijk, te gelooven, dat de opklimming bij mij eindigt en dat die oneindige arbeid zich niet verder uitstrekt dan tot den horizon, dien ik overzie. Dan kan ik mij niet langer tevreden stellen met wat ik ben. Dan verlang ook ik vleugelen en schep ik mij in mijne verbeelding toekomstige, nu nog onbekende rijen van vormen en wezens, die mij in kracht en in licht evenveel zullen overtreffen, als ik uitmunt boven het eerste wezen, in de oude wereldzee geschapen. Dan kan ik mij dat wonder van hoogmoed en nederigheid verklaren, mensch genoemd; hoogmoedig tegenover de vroegere wezens, die langzaam tot hem opklimmen; maar nederig tegenover de hoogere wezens, waarvan hij de kiem in zich omdraagt en waarvan hij de hoogere aspiraties in zich voelt. 8”
Langzaam en regelmatig groeit en ontwikkelt zich de boom des levens. De ontwikkeling van het plantenrijk loopt evenwijdig met die van het dierenrijk. De oudste planten zijn de laagste zeeplanten, evenals de oudste dieren zeedieren waren. Opmerkelijk is het, dat planten- en dierenrijk ontwikkeld zijn in de volgorde, door de physiologie aangegeven: dit is een belangrijk en tevens onwederlegbaar feit. Indien de gesteenten, in de laurentische, cambrische en silurische lagen bewaard gebleven, ons hoogere planten, boomen, bloemen of vruchten hadden leeren kennen, aan de onze gelijk, dan had men grond gehad, de beginselen in dit boek neergelegd te bestrijden. Maar beide rijken hebben nauwkeurig den weg gevolgd, dien onze lezers bij deze onderzoekingen hebben leeren kennen. De eenvoudigste planten, de cryptogamen, zijn de oudste; men vindt deze alleen in de geologische lagen der azoïsche periode; de meer volkomen planten, de phanerogamen zijn eerst veel later ten tooneele verschenen. De cryptogamen zijn in de geschiedenis der planeet evenals in de plantenphysiologie, de oorsprong en het uitgangspunt van alle planten.
Aan den oorsprong van alle planten ontmoeten wij het vormelooze protoplasma, dat echter reeds de kenmerken van het leven bezit. Het is dezelfde stof, waaruit ook de eerste dieren bestaan, en in de meest volmaakte plant vindt men nog de herinnering aan dien toestand terug. Binnen de plantencellen trekt het protoplasma zich samen en ademt het, zooals de dierlijke stof. De vleeschetende planten herinneren ons aan dien toestand, evenzeer als het kruidje-roer-mij-niet, dat den invloed van verdoovende middelen ondervindt. De eerste planten, de ééncellige wieren, de paddestoelen, de korstmossen, zijn slechts opeenhoopingen van protoplasmacellen.

Fig. 81. De oudste planten. Chondrites bollensis elongatus.
Terecht heeft men aan de azoïsche periode den naam van de periode der wieren gegeven, want spoedig hebben zij zich in de oorspronkelijke zeeën verspreid, en het zijn ook de eerste planten, die zich aan de kusten een weinig gewijzigd hebben, om zonder veel water te kunnen leven of zelfs in vochtige lucht. Die wieren, welke op den bodem van het water gebleven zijn, onder ongewijzigde omstandigheden, behoefden zich niet te vervormen, en zooals zij dan ook voor millioenen jaren bestonden, zoo vinden wij ze nog heden terug. Die eerste planten ( protophyten ) vertoonen echter op het einde der silurische periode eene groote verscheidenheid van vormen en afmetingen. Bij de vroeger genoemde soorten kan men nog voegen de crossochorda , in de lagere silurische lagen van Schotland en Bagnols (département de l’Orne) gevonden, die uit niets anders bestaat dan uit dooreengestrengelde buizen; de arthrophycus , op alle diepten der silurische formatie, de eophyton en vooral de belangrijke groep der Chondriten , die beginnende in de silurische periode, in het midden der tertiaire periode verdwenen zijn. De hoogere wieren, fucoïdeën, florideën enz. zijn eerst veel later verschenen. Wij zullen thans niet verder in bijzonderheden afdalen. Ons doel was alleen aan te toonen, dat het planten- en dierenrijk begonnen is met de laagste zeeorganismen. De planten in de lucht zijn ontstaan uit de waterplanten. Verschillende wiersoorten hebben het water verlaten om bezit te nemen van den grond, die boven het water uitstak; eerst hebben zij zich gelegerd op vochtige en dikwijls overstroomde plaatsen, doch later hebben zij zich stap voor stap verspreid met die wijzigingen, die de levensvoorwaarden medebrachten. Onder den invloed van de nieuwe omgeving gaven de celweefsels, die oorspronkelijk gelijkslachtig waren, het aanzijn aan nieuwe bedekkingen. Bij gewijzigde voeding werden ook de planten voor dat doel gewijzigd. Zoo ontstonden eensdeels de blad- en levermossen, anderdeels de varens, de paardestaarten en andere. De eerste planten waren sporeplanten (cryptogamen); de phanerogamen (zaadplanten) stammen daarvan af.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «De Wereld vóór de schepping van den mensch»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Wereld vóór de schepping van den mensch» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «De Wereld vóór de schepping van den mensch» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.