Daniel Defoe - Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2
Здесь есть возможность читать онлайн «Daniel Defoe - Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2» — ознакомительный отрывок электронной книги совершенно бесплатно, а после прочтения отрывка купить полную версию. В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Жанр: foreign_antique, foreign_prose, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.
- Название:Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2
- Автор:
- Жанр:
- Год:неизвестен
- ISBN:нет данных
- Рейтинг книги:4 / 5. Голосов: 1
-
Избранное:Добавить в избранное
- Отзывы:
-
Ваша оценка:
- 80
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2: краткое содержание, описание и аннотация
Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.
Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2 — читать онлайн ознакомительный отрывок
Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.
Интервал:
Закладка:
De drie kerels kwamen op een morgen naar de Spanjaards toe, en verzochten zeer gedwee hen eens te mogen spreken. De Spanjaards waren bereid te hooren wat zij te zeggen hadden, hetgeen hierop neerkwam. Langer zoo te leven, verveelde hen. Zij waren niet vlug genoeg om te maken wat zij noodig hadden, en zagen wel in, dat zij zonder hulp van gebrek zouden omkomen, maar zoo de Spanjaards hun een van de kanoes wilden geven, waarmede zij op het eiland gekomen waren, en genoegzame wapens en kruid en lood, om zich te verdedigen, zouden zij naar het vasteland oversteken en hunne fortuin zoeken, en hen zoo van den last bevrijden, hun van meer voorraad te voorzien.
De Spanjaarden waren wel blijde, dat zij van hen ontslagen zouden raken, maar stelden hun toch eerlijk voor hoe zij zeker hun verderf in den mond liepen, en zeiden, dat zij daar zooveel ongemakken hadden moeten verduren, dat zij, zonder profeten te zijn, hen konden voorspellen te verhongeren of vermoord te zullen worden, en verzochten hen hierover na te denken.
Zij antwoordden vrij norsch, dat zij zeker verhongeren zouden als zij op het eiland bleven, want zij konden niet werken en wilden niet werken; dus mogt het even zoo goed elders gebeuren; wierden zij vermoord dan was het met hen gedaan; vrouwen noch kinderen zouden hen beweenen; kortom, zij drongen er sterk op aan, en verklaarden, dat zij vertrekken zouden, hetzij men hun wapens wilde geven of niet. De Spanjaards zeiden daarop zeer goedhartig, dat als zij volstrekt gaan wilden, zij niet naakt en bloot en zonder verdedingsmiddelen behoefden te gaan, en hoewel zij slecht hunne vuurwapens konden missen, daar zij zelfs voor zich niet genoeg hadden, zouden zij hun twee geweren, eene pistool, eene sabel en drie bijlen medegeven, waaraan zij huns oordeels genoeg hadden.
Zij namen dit aanbod aan, en nadat men hen voor eene maand van brood voorzien had, en van zooveel geitenvleesch als zij konden eten, zoo lang het goed bleef; een groote mand vol rozijnen, een jonge geit om te slagten en een groote pot met zoet water, ondernamen zij moedig in hunne kanoe de reis over zee, waar die ten minste veertig (Eng.) mijlen breed was. De boot was zeker groot en had zeer goed vijftien of twintig man kunnen bevatten, en dus zwaar genoeg voor hen om te besturen; maar daar de wind en het getij hun gunstig was, ging het zeer goed. Zij hadden van een langen staak een mast gemaakt en een zeil van vier groote gedroogde geitenvellen, dat hen snel genoeg deed voortuitgaan. De Spanjaards riepen hun achterna: Buen viago , en niemand dacht, dat hij hen ooit weder zou zien.
Dikwijls zeiden de Spanjaarden tegen elkander en de twee achtergebleven eerlijke Engelschen: hoe rustig en genoegelijk leven wij thans, nu die drie onruststokers weg zijn. Dat zij ooit weder zouden komen, daaraan dachten zij het minst, doch twintig dagen na hun vertrek zag een der Engelschen, die op het veld arbeidde, in de verte drie vreemde gestalten naar zich toekomen, waarvan twee geweren op den schouder hadden. Weg liep de Engelschman alsof hij dol was, en kwam geheel ontzet bij den Spaanschen gouverneur, zeggende, dat zij verloren waren, want er waren vreemdelingen op het eiland, hij wist niet wie. Na eenig nadenken zeide de Spanjaard: "Wat meent gij, dat gij niet weet wie. Het zijn toch zeker wilden?" – "Neen, neen," zeide de ander, "zij hebben kleederen en wapens." – "Welnu," zeide de Spanjaard, "waarvoor vreest gij dan? Zijn het geen wilden, dan zijn het vrienden, want geen Christennatie op de wereld is er, die ons anders dan goed zou doen."
Terwijl zij spraken kwamen de drie Engelschen nader, en het bosch voor de woning intredende, riepen zij hun toe. Zij herkenden de stemmen en alle verwondering van dien aard hield dus op. Maar nu waren zij over iets anders verwonderd, namelijk hoe het kwam, dat men hen terugzag. Weldra waren zij aangekomen, en op de vraag, waar zij geweest waren, en wat zij uitgerigt hadden, verhaalden zij in korte woorden hunne geheele reis, namelijk, hoe zij in minder dan twee dagen het land ontdekt hadden, doch bij hunne nadering het volk op de been en gereed vindende hen met boog en pijl te bevechten, durfden zij niet aan wal gaan, maar zeilden zes of zeven uren noordwaarts, tot zij aan eene groote opening kwamen, waaraan zij bespeurden, dat het land, dat zij van ons eiland gezien hadden, niet het vasteland, maar ook een eiland was. In de opening gekomen, zagen zij een ander eiland regts van hen, in het noorden, en nog verscheidene in het westen. Besloten hebbende ergers te landen, hielden zij op een der westelijke eilanden aan, en stapten moedig aan wal. Zij vonden het volk vriendschappelijk; men gaf hun verscheidene wortelen en gedroogden visch, en ontving hen zeer welwillend, zoo wel vrouwen als mannen voorzagen hen vlijtig van levensmiddelen, en bragten die een groot eind weegs ver, op het hoofd. Zij bleven daar vier dagen, en vroegen door teekens, zoo goed zij konden, wat slag van volk elders op de eilanden woonde. Men gaf hun te kennen, dat overal woest en kwaad volk woonde, dat menscheneters waren; zij echter aten nimmer menschenvleesch, behalve van in den oorlog gemaakte gevangenen, dan hielden zij van deze een groot gastmaal. De Engelschen vroegen wanneer zij zulk een feestmaal zouden houden, en zij antwoordden, twee manen later, door op de maan te wijzen en dan twee vingers op te steken; en dat hun groote koning thans tweehonderd gevangenen gemaakt had, en dat zij die vet maakten voor het volgende feest. De Engelschen schenen zeer verlangend om deze gevangenen te zien, maar de wilden begrepen hunne meening verkeerd, en dachten, dat zij eenigen van hen verlangden om zelf op te eten. Zij wezen dus eerst naar de ondergaande en dan naar de opgaande zon, om te beduiden, dat zij den volgenden morgen met zonsopgang hun eenigen zouden brengen, en den volgenden morgen kwamen zij met vijf vrouwen en elf mannen aan, en gaven die aan de Engelschen om op reis mede te nemen, even als wij in een zeehaven ossen en koeijen zouden brengen om een schip te provianderen.
Hoe ruw en woest de Engelschen ook waren, maakte dit gezigt toch diepen indruk op hen, en zij wisten niet wat zij zouden doen; de gevangenen te weigeren, ware de grofste beleediging geweest, die zij den wilden hadden kunnen aandoen, en wat zij er mede beginnen zouden wisten zij niet. Zij besloten echter, na eenig beraad, hen aan te nemen, en gaven wederkeerig aan de wilden, die hen gebragt hadden, een hunner bijlen, een ouden sleutel, een mes en zes of zeven kogels, welke laatsten hen bijzonder schenen te bevallen, schoon zij er niets mede konden doen. Daarop werden de arme gevangenen gebonden en door de wilden in de boot gebragt.
De Engelschen waren verpligt zoo spoedig mogelijk te vertrekken, anders zouden de gevers van dit geschenk zeker verwacht hebben, dat zij er den volgenden morgen een paar van geslagt en misschien de gevers ten maaltijd er op genoodigd hadden. Zij namen dus afscheid met alle vriendschapsbetuigingen, die mogelijk waren tusschen menschen, waarvan de een geen woord verstond wat de ander zeide, staken van wal en kwamen terug naar het eerste eiland, waar zij aan wal stapten en acht der gevangenen in vrijheid stelden, daar zij er te veel hadden. Onder weg trachtten zij met hunne gevangenen te spreken, maar zij konden hun niets aan het verstand brengen; wat zij ook zeiden, of deden of gaven, uit alles begrepen zij, dat hun oogmerk was hen te vermoorden. Eerst maakten zij hen los, maar zij gilden hierbij verschrikkelijk, vooral de vrouwen, alsof zij het mes reeds in hunne keel gevoelden, want zij besloten dadelijk, dat hunne banden alleen losgesneden werden om hen ter dood te brengen. Gaven zij hun iets te eten, het was even zoo, dat begrepen zij was uit vrees, dat zij vermageren zouden en niet vet genoeg worden om geslagt te worden. Zagen zij een hunner slechts aan, zij begrepen dadelijk, dat het was om te zien of hij de vetste of beste was om te slagten, ja, nadat zij hen overgevoerd hadden, en goed behandelden, verwachtten zij nog elk oogenblik, dat zij tot voedsel voor hunne nieuwe meesters moesten strekken.
Читать дальшеИнтервал:
Закладка:
Похожие книги на «Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2»
Представляем Вашему вниманию похожие книги на «Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.
Обсуждение, отзывы о книге «Het leven en de lotgevallen van Robinson Crusoe, t. 2» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.