Albert Baantjer - De Cock en de dartele weduwe

Здесь есть возможность читать онлайн «Albert Baantjer - De Cock en de dartele weduwe» весь текст электронной книги совершенно бесплатно (целиком полную версию без сокращений). В некоторых случаях можно слушать аудио, скачать через торрент в формате fb2 и присутствует краткое содержание. Город: Baarn, Год выпуска: 2006, ISBN: 2006, Издательство: De Fontein, Жанр: Детектив, на нидерландском языке. Описание произведения, (предисловие) а так же отзывы посетителей доступны на портале библиотеки ЛибКат.

De Cock en de dartele weduwe: краткое содержание, описание и аннотация

Предлагаем к чтению аннотацию, описание, краткое содержание или предисловие (зависит от того, что написал сам автор книги «De Cock en de dartele weduwe»). Если вы не нашли необходимую информацию о книге — напишите в комментариях, мы постараемся отыскать её.

Rechercheur De Cock en zijn mensen onderzoeken de moord op de nieuwste verovering van een jonge weduwe.

De Cock en de dartele weduwe — читать онлайн бесплатно полную книгу (весь текст) целиком

Ниже представлен текст книги, разбитый по страницам. Система сохранения места последней прочитанной страницы, позволяет с удобством читать онлайн бесплатно книгу «De Cock en de dartele weduwe», без необходимости каждый раз заново искать на чём Вы остановились. Поставьте закладку, и сможете в любой момент перейти на страницу, на которой закончили чтение.

Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Albert Cornelis Baantjer

De Cock en de dartele weduwe

1

Rechercheur De Cock van het aloude politiebureau aan de Amsterdamse Warmoesstraat stapte op het drukke Stationsplein wat verkreukeld uit een gammele en overvolle tram van het Gemeentelijk Vervoerbedrijf. Voorzichtig voelde hij of al zijn ledematen de rit hadden overleefd en of zijn in het gedrang geplette longen nog in staat waren om normaal te functioneren. Toen die lichamelijke inspectie tot tevredenheid was voltooid, sjokte hij te midden van een stroom reizigers naar het brede trottoir van het Damrak.

Een bleek, vriendelijk zoonetje meldde schuchter en wat omfloerst dat ondanks dagen van felle sneeuwbuien en lange files, de lente toch echt in aantocht was.

De zonnewarmte deed de oude rechercheur goed. Hij knoopte zijn regenjas wat losser en zag verlangend uit naar de dag dat hij zou worden verlost van het dikke zelfgebreide vest dat zijn vrouw hem dwong te dragen zolang er nog een ‘r’ in de maand was.

Bij de Oudebrugsteeg stak hij in een pover sprintje voor een aanstormende tram van lijn 9 de rijbaan van het Damrak over. Een hem bekend hoertje, op de hoek van de Beurs van Berlage, verborg een schaterlach achter haar hand. Begrijpelijk. De Cock in draf was een koddig gezicht. Toen de oude rechercheur de vrouw hijgend passeerde schonk hij haar een milde glimlach en lichtte als groet beleefd zijn hoedje. In de smalle Warmoesstraat voor de diep uitgesleten blauwstenen stoep van het politiebureau bleef hij even mijmerend staan. Het was een vreemde gewoonte van hem. Ondanks de tientallen jaren die hij aan dat bureau al dienstdeed, overviel hem op onverklaarbare wijze nog steeds een lichte aarzeling om naar binnen te gaan. Er waren dagen dat hem een zoete lust bekroop om zich om te draaien, om dat vreemde, bijna magische politiebureau voorgoed de rug toe te keren. Hij had aan die stille verlokking tot nu toe steeds voldoende weerstand kunnen bieden. Maar hoe lang nog?

In de hal merkte Jan Rozenbrand hem niet op. De wachtcommandant achter de balie had het te druk om met handen en voeten aan een groepje buitenlanders uit te leggen hoe zij het Rijksmuseum konden vinden waar ze de beroemde Nachtwacht konden bewonderen.

Eenmaal binnen besteeg De Cock opmerkelijk kwiek de stenen trappen naar de tweede etage. Toen hij de grote recherchekamer binnenstapte, zwiepte hij zijn oude hoedje missend naar de kapstok. Hij raapte zijn trouwe hoofddeksel van de vloer en trok zijn regenjas uit. Met een grijns op zijn gezicht slofte hij naar zijn bureau en keek toe hoe Vledder zijn snelle vingers over het toetsenbord van zijn computer liet dartelen. Het was een lust voor het oog. Zijn jonge assistent liet zijn vingers even rusten en keek op.

“Je bent laat.”

Het klonk bestraffend. De Cock knikte gedwee.

“Inderdaad.”

“Op normale werkdagen,” sprak de jonge rechercheur streng, waarbij hij een wuivend gebaar maakte, “beginnen we hier om negen uur.”

“Ik heb altijd gedacht,” antwoordde De Cock lachend, “dat het minstens een halfuurtje later was.”

Vledder reageerde niet. Hij trok een lade van zijn bureau open, nam daaruit een ansichtkaart en wierp die De Cock toe.

“Is aan jou gericht.”

De oude rechercheur pakte de ansichtkaart op en bezag een schitterde kleurenfoto van de imposante Sint-Pieterskerk in Rome. Hij draaide de kaart om. Hij was inderdaad aan hem gericht. Hij las hardop: “Prachtig weer hier in Rome. Veel liefs, Maria van Overloon.”

Vledder wees voor zich uit.

“Kijk maar op het poststempel. Die kaart is twee dagen geleden in Rome gepost. Het lijkt mij zinvol om direct de politie in Rome in te schakelen. Misschien verblijft zij daar ergens in een hotelletje of een appartementje. Ze moet vrij gemakkelijk te lokaliseren zijn.”

De Cock schudde zijn hoofd.

“Daar voel ik niets voor.”

Vledder keek hevig verbaasd.

“Die…eh, die vrouw,” sprak hij boos en hakkelend, “die Maria van Overloon heeft drie moorden op haar geweten…drie koelbloedige moorden, met overleg gepleegd. [1] Zie: De Cock en de dood van een kunstenaar .

Wil je dat ze daarmee wegkomt?”

De Cock glimlachte.

“Ik wil niet dat Peter Karstens mij met een oude truc opnieuw een loer draait.”

“Truc?”

“Ik leg het je uit,” zei De Cock.

“Je laat iemand in Rome een kaart posten terwijl je zelf bijvoorbeeld ergens in het Zwarte Woud verblijft. Handige Henkie heeft mij zo in een ver verleden een paar maal in de maling genomen. Ik ontving van hem in die tijd bijna dagelijks een ansichtkaart van het Gardameer in Italië met de vriendelijke groeten, terwijl ik hier in Amsterdam geconfronteerd werd met een serie inbraken die duidelijk zijn signatuur droegen.”

“En?”

De Cock plukte aan het puntje van zijn neus.

“Tot ik erachter kwam,” sprak hij gniffelend, “dat Handige Henkie die ansichtkaarten door een ver familielid in Italië liet posten.”

Vledder lachte.

“Jij dacht dat Handige Henkie in Italië aan het Gardameer met vakantie was en dus die bewuste inbraken niet kon hebben gepleegd?”

“Een truc,” sprak De Cock smalend.

“Maria van Overloon is een intelligente vrouw. Ze zal mij beslist geen bewuste aanwijzing geven naar haar huidige verblijfplaats. Ik denk dat Peter Karstens in zijn kist zou liggen te schateren van de lach als ik op basis van die ansichtkaart van zijn vriendin de politie in Rome in gang had gezet.”

Hij zweeg even.

“Als ik wijlen mijn vriend Peter Karstens goed inschat,” ging hij verder, “dan kunnen we in de nabije toekomst nog meer van dergelijke ansichtkaarten verwachten.”

Vledder strekte zijn rechterhand in een vragend gebaar naar hem uit.

“Zal ik die kaart voor je bewaren? Wie weet valt er nog ergens een lijn in te ontdek…”

De jonge rechercheur stokte. Er werd op de deur van de grote recherchekamer geklopt. Vledder riep: “Binnen!”

Het klonk niet vriendelijk.

De deur ging open en in de deuropening verscheen de gestalte van een knappe jonge vrouw. De ademhaling van De Cock weigerde even. Ze was mooi, vond hij, uitzonderlijk mooi. Ze was, zo stelde hij gretig vast, van een opwindende schoonheid. Hij schatte haar op begin dertig. Misschien iets jonger. Op modieuze schoenen met een klein hakje schreed ze statig op de rechercheurs toe. De Cock bleef haar met halfopen mond al zijn aandacht schenken. Ze droeg naar zijn gevoel een te frivool hoedje op haar lange, glanzend golvende kastanjebruine haar. Verder was ze onberispelijk gekleed. Alleen vond de oude rechercheur, op basis van zijn puriteinse ziel, de rok van haar mantelpakje van ruige rode tweed iets te kort. Bij het bureau van de grijze speurder bleef ze staan en boog zich iets naar voren.

“U…eh, u bent rechercheur De Cock?”

Ze nam een kleine pauze.

“Met…eh, ceeooceekaa?”

De oude rechercheur knikte met een zuur gezicht. Hij vond het nooit prettig wanneer anderen hem met zijn hebbelijkheid plaagden.

“Om u te dienen,” sprak hij vormelijk.

Ze nam ongevraagd plaats op de stoel naast zijn bureau. Met precieze bewegingen plukte ze haar handschoenen van haar vingers en trok daarna haar rode rok iets dichter naar haar knieën.

“Vrienden en vriendinnen van mij, die u bewonderen, hebben mij aangeraden om juist bij u aangifte te doen. Dan was ik er zeker van, zo zeiden zij, dat er aandacht aan de zaak zoo worden besteed.”

De Cock negeerde de lof.

“Waar wilt u aangifte van doen?”

“Stalking.”

“Stalking?”

De Cock herhaalde het woord en trok zijn neus iets op.

“Ik word geplaagd door een stalker,” zei de jonge vrouw beslist.

“Een man die mij bijna onafgebroken bespiedt, mij achtervolgt, waar ik ook ga, en mij voortdurend telefonisch lastigvalt. Het is om wanhopig van te worden.”

Читать дальше
Тёмная тема
Сбросить

Интервал:

Закладка:

Сделать

Похожие книги на «De Cock en de dartele weduwe»

Представляем Вашему вниманию похожие книги на «De Cock en de dartele weduwe» списком для выбора. Мы отобрали схожую по названию и смыслу литературу в надежде предоставить читателям больше вариантов отыскать новые, интересные, ещё непрочитанные произведения.


Отзывы о книге «De Cock en de dartele weduwe»

Обсуждение, отзывы о книге «De Cock en de dartele weduwe» и просто собственные мнения читателей. Оставьте ваши комментарии, напишите, что Вы думаете о произведении, его смысле или главных героях. Укажите что конкретно понравилось, а что нет, и почему Вы так считаете.

x